Code groen (2022)

Recensie Code groen CinemagazineRegie: Marjoleine Boonstra | 71 minuten | documentaire

Als niet politici, maar documentairemakers de macht zouden hebben, zou de wereld er heel anders uit zien. Met een manier van kijken die gericht is op open- en nieuwsgierigheid, in plaats van uitsluiting en afkeer, zijn ze beter in staat misstanden en amoraliteit aan de kaak te stellen. Wars van oeverloos gezwatel, brengen ze hun boodschap in rake beelden die acuut hun betekenis blootgeven. Geen leugens, verstrooiing of afleidingen. Natuurlijk, een beeld is, zeker geënsceneerd, altijd een subjectieve reflectie op de werkelijkheid en daardoor per definitie leugenachtig. Echter nadert dat puur registrerende beeld in documentairevorm de objectieve werkelijkheid het meest.

De documentaire kent een rijke traditie in Nederland. Van vermaarde filmmakers als Joris Ivens en Bert Haanstra tot hedendaagse chroniqueurs als Frans Bromet en Michiel van Erp. Ook regisseur Marjolein Boonstra behoort in zekere zin toe aan die laatste generatie. Hoewel ze in het verleden uitstapjes naar fictie heeft gemaakt (het poëtische ‘Kurai Kurai’), maakt Boonstra hoofdzakelijk strak geschoten documentaires waarin gewone mensen centraal staan. Gewone mensen die om moeten gaan met de tegenslagen in hun levens.

Ook ‘Code groen’ hanteert eenzelfde werkwijze. De gewone mensen van dienst zijn de mannen en vrouwen, die om verschillende redenen, werkzaam zijn in de gemeentelijke plantsoenendienst. Al schoffelend en snoeiend banen ze zich in hun oranje hesjes, weer of geen weer, een weg door een wildgroei van groen. Een wildgroei die symbool staat voor de wirwar in hun privéleven. Allen hebben ze een verleden met krasjes. Gevangenisachtergronden, verslavingen of vluchtelingentrauma’s zijn aan de orde van de dag. Veelal gaat dat gepaard met hoge schulden, en weinig kans daar iets aan te doen. ‘Beperkingen’ worden dat vanaf hogerhand genoemd.

In frontaal gefilmde interviews komen de hoofdrolspelers van ‘Code groen’ aan het woord. De achtergrond is geheel zwart, alleen de mens staat centraal. Alsof ze tegelijkertijd een spiegel wordt voorgehouden. Wat zien ze zelf in dat beeld? Openhartig zijn ze. De schaamte negerend proberen ze hun leven te duiden. Voor de een is het plantsoenwerk een zegen, een ander had zich alles anders voorgesteld. Maar allen voelen in hun werk een zekere verbondenheid. Ze krijgen er vertrouwen voor terug. In henzelf en in de mensheid. In hun onderlinge verschillen en overeenkomsten krijgen de oranje hesjes een stem en een gezicht.

De interviews worden afgewisseld met beelden van hun werkzaamheden. De toeschouwer maakt verder kennis met hun omgang, de praatjes, maar ook het respect voor elkaar en het groen. Het werk is voor ieder overwegend een warm bad, de buitenwereld soms aan de enge kant. Maar uiteindelijk is het plantsoenwerk tijdelijk. Mensen komen, mensen gaan. Soms met toekomst, net zo vaak zonder. Iedereen krijgt zijn (en haar) eigen verhaal. Dat is een goede zaak. Niet alleen vanwege het nut van hun schoffelwerk, maar vooral omwille van hun menselijkheid. Tenslotte zijn ze net als een ieder ander onderdeel van onze maatschappij.

Wouter Los

Waardering: 4

Speciale vertoning: Nederlands Film Festival 2022
Uitzending: 27 oktober 2022, NPO 2