Das Boot (1981)

Regie: Wolfgang Petersen | 216 minuten | actie, avontuur, drama, geschiedenis, oorlog | Acteurs: Jürgen Prochnow, Herbert Grönemeyer, Klaus Wennemann, Hubertus Bengsch, Martin Semmelrogge, Bernd Tauber, Erwin Leder, Martin May, Heinz Hoenig, Uwe Ochsenknecht, Claude-Oliver Rudolph, Jan Fedder, Ralf Richter, Joachim Bernhard, Oliver Stritzel, Konrad Becker, Lutz Schnell, Martin Hemme, Rita Cadillac, Otto Sander, Günter Lamprecht

Nagenoeg perfecte oorlogsfilm naar het boek van Lothar Buchheim, gebaseerd op diens eigen ervaringen als correspondent op een onderzeeër. ‘Das Boot’ wordt alom erkend als de beste duikbootfilm ooit gemaakt en dat is volkomen terecht. Het tergende wachten op orders en de intense spanning tijdens een aanval en het opgesloten gevoel is nooit beter tot uitdrukking gebracht als in deze film. Er zijn drie versies van ‘Das Boot’ in omloop: de bioscoopversie van 1981, de tv-serie uit 1985 (de film plus heel veel extra scènes) en de ‘Director’s Cut’ uit 1997.

De boot uit de titel is de Duitse U-96, die gedurende één missie tijdens de Tweede Wereldoorlog gevolgd wordt. Aan het begin komt er een correspondent van het Rijksministerie voor Volksvoorlichting en Propaganda (geleid door Joseph Goebbels) aan boord. Handig voor de kijker, want hierdoor wordt er veel uitgelegd wat voor de bemanning als gesneden koek zou gelden. Deze luitenant Werner (Grönemeyer) is tevens een persoon voor de kijker om zich mee te identificeren. Dit cinematografische trucje wordt hier optimaal benut, aangezien de wereld van de duikboten een geheel eigen was en een uniek onderdeel van de dodelijk worsteling tussen de Nazi’s en de Geallieerden in (vooral) de beginjaren van de Tweede Wereldoorlog. Enige houvast en uitleg is wel noodzakelijk. Grönemeyer (inmiddels in Duitsland vooral bekend als zanger) kwijt zich uitstekend van zijn taak en vormt de ene helft van het centrale duo van de film. De andere helft is de kapitein van de U-96. Deze rol is een prooi voor Jürgen Prochnow, die zich het personage volkomen toeëigent en een fantastische prestatie neerzet als de commandant van de boot. Liefkozend wordt hij door zijn manschappen ‘Der Alte’ genoemd. Met zijn harde gezicht en de ijzige ogen en zijn soms genadeloze opstelling ten opzichte van de vijand, is hij toch ook sympathiek. Het is een absolute verdienste van Prochnow dat hij een zo tegenstrijdig personage (geen Nazi, maar wel uitermate nauwgezet in het uitvoeren van zijn taken – het vernietigen van Geallieerde schepen) zo overtuigend weet neer te zetten. Ondanks het feit dat hij fouten maakt, draagt zijn bemanning hem op handen en dat lijkt niet anders dan logisch gezien het charisma en vertrouwen dat Prochnow uitstraalt.

Van de overige opvarenden worden er een aantal uitgelicht, waar gezien de langere speelduur van de ‘Director’s Cut’ ook voldoende tijd voor is en krijgen zij een eigen persoonlijkheid en dilemma’s voorgeschoteld, wat de ‘band’ die je met zo’n personage krijgt versterkt. Soms is het al lastig genoeg om al die, eender geklede, mannen voor nauwe gangen ziet rennen op weg naar hun posten en de rustmomenten worden zeker effectief gebruikt.

Een komische noot wordt verzorgd door Sander als een andere duikbootkapitein die Thomsen heet en in het begin van de film een hilarische dronkemanstoespraak houdt in een Franse nachtclub. De bittere ondertoon en het verweerde gezicht met de uitgebluste ogen tonen aan dat zijn voorkeur voor drank geen onschuldig tijdverdrijf is, maar een noodzaak om zijn leven aan te kunnen of zijn daden te verdragen.

De film was de grote doorbraak van Wolfgang Petersen, die hier vakwerk levert. Zijn associatie met film in en op het water, zou hem later nog meer ‘waterige’ films opleveren, zoals ‘The Perfect Storm’ (2000) en ‘Poseideon’ (2006). Met achteloos gemak weet hij actiescènes, karakterschetsen en intense situaties uit zijn mouw te schudden die stuk voor stuk op alle fronten werken. Petersen liet op basis van originele blauwdrukken een complete duikboot uit de klasse van de echte U-96 op ware grootte nabouwen en filmde grotendeels in het binnenste van de boot. Ook het beklemmende camerawerk van Jost Volcano en de muziek van Klaus Doldinger draagt bij aan de extreem realistische sfeer aan boord. Grotendeels in chronologische volgorde (‘in sequence’) opgenomen, zodat de fris gewassen en geschoren jongemannen van de opening, langzaam veranderen in bebaarde en hologige zombies die murw gebeukt worden door de constante spanning als ze opgejaagd worden door de Geallieerden. Aanvallen met dieptebommen en het navigeren door een schier onmogelijke doorgang bij de Straat van Gibraltar zijn nagelbijtertjes die in elk filmhandboek opgenomen kunnen worden met de bijbehorende tekst: ‘zo moet het!’.

De film eindigt, niet geheel verrassend, behoorlijk treurig en dat geeft nog extra kracht aan de anti-oorlogsboodschap van de film. Ondanks de lange speelduur is ‘Das Boot’ pakkend van begin tot einde en niet alleen de beste duikbootfilm aller tijden, maar ook één van de allerbeste oorlogsfilms ooit gemaakt. Een juweel van een film, onmisbaar voor elke filmliefhebber.

Hans Geurts

Waardering: 5

Bioscooprelease: 1 april 1982