Das Testament des Dr. Mabuse – Dr. Mabuses Testament (1933)

Regie: Fritz Lang | 122 minuten | fantasie, misdaad, horror, thriller | Acteurs: Oscar Beregi Sr., Paul Bernd, Henry Pleß, Gustav Diessl, Paul Henckels, Oskar Höcker, Georg John, Rudolf Klein-Rogge, Adolf E. Licho, Theo Lingen, Theodor Loos, Karl Meixner, Klaus Pohl, Rudolf Schündler, Ludwig Stössel, Hadrian Maria Netto, Otto Wernicke    

‘Das Testament des Dr. Mabuse’ volgt het mysterie rondom de doorgedraaide crimineel Dr. Mabuse, die in een speciale inrichting wordt vastgehouden, en een reeks misdaden die op een of andere wijze in verband blijken te staan met Dr. Mabuse. Het is aan commissaris Karl Lohmann dit op te lossen en het is al snel duidelijk dat het geen alledaagse zaak is.

De Duitse regisseur Fritz Lang (onder andere bekend van de klassiekers ‘Metropolis’ en ‘M’) trekt in deze film alles uit de kast, en naar eigen zeggen niet zonder reden: “This film meant to show Hitler’s terror methods as in a parable. The slogans and beliefs of the Third Reich were placed in the mouths of criminals.” Het is inderdaad niet moeilijk de parallellen naar de periode van de opkomst van Hitler en zijn NSDAP in de film terug te zien. Een gestoorde, maniakale leider stuurt met hypnotische krachten misdadigers – uiteindelijk toch ook simpele mensen – tot waanzinnige misdaden. Er zijn maar weinigen die aan zijn invloed kunnen ontsnappen.

Het is de vraag of het ook daadwerkelijk de eerste intentie van Lang was om met zijn film Hitler te bekritiseren, de meningen zijn hier over verdeeld. Een politieke dimensie blijkt echter niet van belang om van de film te kunnen genieten, het heeft veel meer dan dat te bieden. ‘Das Testament des Dr. Mabuse’ is een bijzonder inventieve film. Zo worden moorden veelal niet zomaar gepleegd, maar vinden ze plaats op een vernuftige dan wel speciale manier. Creativiteit in het script wordt niet geschuwd. Maar met name op cinematografisch vlak zijn de vondsten verbluffend.

De gedaante van de geheimzinnige dr. Mabuse die als een geest uit het niets verschijnt en opgaat in een ander lichaam, een autoachtervolging die op een bijna vervreemdende wijze wordt uitgebeeld; het zijn stuk voor stuk wonderlijk mooie beelden die de kijker even doen vergeten dat het hier een film uit 1933 betreft.  Toch draagt de film onmiskenbare kenmerken van het stille tijdperk met zich mee. Muziek wordt slechts sporadisch gebruikt en het geluid wordt veelal beperkt tot dialogen, andere noodzakelijkheden en enkele effecten, die krachtig bijdragen aan de mysterieuze, tussen-oorlogse sfeer. Het gebrek aan overdadig geluidsgebruik zorgt voor een maximaal effect. Het gebrom van een machine, ronkende automotors en loeiende sirenes vormen zo allemaal een onmisbare speel binnen het zorgvuldig uitgewogen geheel. Alles hangt nauw met elkaar samen, het getik van een bom dat de volgende scène bijna onopgemerkt overgaat in het geluid van het open tikken van een ei, de fotoafbeelding van een verdachte die overgaat in echte camerashots van de persoon zijn slechts enkele voorbeelden die dit treffend illustreren. Deze bijna naadloze montage houdt de vaart er goed in. Op een prettig tempo worden verschillende personages en verhaallijnen bij elkaar gebracht en een spannend einde zorgt voor een passende finale.

Ook de dialogen zijn vlot en sterk en met name Otto Wernicke weet zich als de scherpe, eerlijke en wat cynische commissaris Karl Lohmann, al eerder geïntroduceerd in ‘M’, prima raad met zijn rol. Lohmann vormt in de film vooral een luchtige, humoristische noot. Het is lastig de kaken op elkaar te houden wanneer hij enthousiast uitroept zich volledig te gaan bezatten als hij in zijn onderzoek op het juiste spoor zit. Het cynische en tegelijk ietwat jolige karakter van Wernicke is wat dat betreft tekenend voor het geheel; de film valt moeilijk in één genre onder te brengen. De mix van misdaad, mysterie, thriller én romantiek bewijst zich als een effectieve mengelmoes, al is het romantische aspect soms misschien net wat teveel.

Toegegeven, ‘Das Testament des Dr. Mabuse’ heeft geen Peter Lorre, zoals in ‘M’ (1931), maar weet zich dankzij onder andere een sterke Otto Wernicke, een spannend verhaal, prachtige beelden en daarnaast enkele gewaagde en fantasierijke elementen niet alleen sterk te houden naast zijn klassieke voorganger maar zich er zelfs van te onderscheiden. ‘Das Testament des Dr. Mabuse’ staat als een huis en daar is geen politieke aanklacht voor nodig.

David Croese