Deliver Us from Evil (2006)

Regie: Amy Berg | 101 minuten | misdaad, documentaire | Acteurs: Oliver O’Grady, Tom Doyle

Terwijl Al Gore’s documentaire ‘An Inconvenient Truth’ de gemoederen over de hele wereld bezig houdt vanwege verontrustende feiten over de opwarming van de aarde, proberen hooggeplaatste figuren in de Katholieke Kerk een andere ongemakkelijke waarheid te verbergen; eentje die minstens zo’n grote aandacht verdiend. Het betreft hier het seksuele misbruik van kinderen door priesters, waar naar schatting één op de tien priesters zich schuldig aan maakt. In Amy Bergs aangrijpende en kwaadmakende documentaire ‘Deliver Us From Evil’ krijgt de kijker inzicht in de manier waarop dit soort praktijken kunnen plaatsvinden en in stand worden gehouden.

Amy Berg interviewde zowel daders als slachtoffers. Ze kwam tot het maken van ‘Deliver Us From Evil’ vanwege haar langdurige onderzoek – zo’n vier jaar – naar pedofiele priesters voor haar prijswinnende documentaires voor CBS en ABC. Via kardinaal Mahony kwam ze terecht bij de veroordeelde priester O’Grady, die een belangrijk subject van de film zou worden. Het feit dat Berg zoveel tijd met deze misbruiker had doorgebracht toen ze bij de slachtoffers aankwam, zorgde voor een aanvankelijk gebrek aan vertrouwen bij hen. Want, wat was nu eigenlijk het doel van Berg met deze documentaire?

Even lijkt het inderdaad alsof Berg een soort documentaire-variant van ‘The Woodsman’ maakt, waarbij er empathie voor de dader wordt gevraagd. De eerste shots van O’Grady bestaan alleen uit close-ups van zijn lichaam: zijn ogen, zijn lichtelijk zenuwachtig wrijvende handen. Het is alsof de kijker gevraagd wordt zich in te leven in zijn waarschijnlijke behoefte aan anonimiteit en de moeite die het hem ongetwijfeld kost om over zijn beschamende daden te praten.

Maar dan komt de man vol in beeld, kalm pratend over zijn misstanden, en blijkt het de kijker wel erg moeilijk te worden gemaakt om sympathie of begrip voor de man op te brengen. O’Grady vertelt alles zo beheerst en schijnbaar zonder enige vorm van berouw, dat je danig begint te twijfelen aan zijn menselijkheid. Het breekpunt vormt toch wel de brief die hij nu, na zijn tijd in de gevangenis, naar zijn slachtoffers stuurt, waarin hij hen uitnodigt het verleden met hem af te sluiten. De hoop die hij uitspreekt dat ze elkaar “de hand kunnen schudden”, en ze “blij zullen zijn te zien hoe ik mijn leven weer oppak”, begeleid met een flauwe glimlach, en afsluitend met de uitdrukking “Godspeed”, haalt je als kijker definitief het bloed onder de nagels vandaan. Dit is ook één van de sterke punten van de film: de ongekleurde presentatie van de geïnterviewden, zonder duidelijke interventie van de filmmakers zelf. Er is geen sarcastische commentaarstem nodig in de trant van ‘Fahrenheit 9/11’ om de schrijnende situaties en het verwerpelijke karakter van de dader naar voren te brengen (waar dit in Michael Moore’s film eigenlijk ook overbodig was). Nee, juist door O’Grady voldoende ruimte te geven om te laten zien wij hij is, graaft hij zijn eigen graf. Een dergelijke verheldering over zijn persoonlijkheid is veel effectiever dan een manipulatief overkomende voice-over of editing ooit zou kunnen zijn.

Want, ook al krijgt O’Grady veel ruimte in Bergs documentaire om zijn zegje te doen, het doel van de regisseuse is, onder meer, om de slachtoffers een volwaardige stem te geven. “Om te luisteren naar hen die het verdienen om gehoord te worden,” zoals ze in het persmateriaal stelt. “Als we dit niet doen, veroordelen we ze stilzwijgend,” aldus Berg. In de film zelf durven de slachtoffers zich eindelijk – soms pas na vijfentwintig jaar, zoals het geval is bij Ann Marie Jyono – over dit onderwerp uit te spreken, om het zodoende enigszins achter zich te kunnen laten en verder te kunnen leven. Berg hoopt dat door de film andere de moed krijgen om hetzelfde te doen.

Maar het hoofddoel van Berg is uiteraard om deze afschuwelijke praktijken een halt toe te roepen. Om het systeem dat de misbruikende priesters een hand boven het hoofd houdt en alles in de doofpot stopt, te ontmaskeren. Het blijkt vaak om ordinaire machtsspelletjes te gaan, waardoor een rotte appel gewoon overgeplaatst wordt naar een andere staat om de eigen positie van de verantwoordelijke kardinaal of superieur brandschoon te houden. Dit is eigenlijk net zo erg als de misstanden van de daders zelf, die immers nog een mentale ziekte toegeschoven kan worden. Maar de manier waarop misbruik door hooggeplaatste Katholieken als betrekkelijk onschuldige daad terzijde wordt geschoven is ronduit misselijkmakend. Misbruik met jonge meisjes wordt sowieso niet moeilijk over gedaan, omdat dit een onderdeel zou zijn van de “normale nieuwsgierigheid” van de priester. Jongetjes wordt wat problematischer vanwege de afkeer van de Kerk tegen homoseksualiteit, maar ook dit is niet iets waar men nachten van wakker ligt. Liever een oogje dichtknijpen dan chaos binnen het Kerkelijke instituut veroorzaken en de eigen positie op de tocht zetten.

Het is hartverscheurend om gecontrasteerd met deze kilheid vervolgens de emotionele verhalen van de slachtoffers en hun families te horen. De vader van Ann Marie wordt gekweld door gevoelens van schuld wanneer hij verneemt dat zijn dochter het misbruik door O’Grady al die tijd heeft verzwegen uit angst dat haar vader in de gevangenis terecht zou komen, daar deze ooit had gezegd iedereen die zijn dochter wat zou aandoen, te zullen vermoorden. Zijn heftige uitbarstingen wanneer hij de gruwelen typeert die O’Grady zijn dochter heeft aangedaan, zijn bijna te pijnlijk om te zien. De simpele noemer “pedofiel” is wat hem betreft veel te zwak: zijn dochter is verkracht! Op vijfjarige leeftijd.

Wat de film erg goed doet is het uitbreiden van de reikwijdte van de film. Het begint heel klein, bij een enkele dader en een enkel slachtoffer, en wanneer de kijker op persoonlijke wijze een inzicht heeft gekregen in de problematiek, slaat de film zijn vleugels uit, om praktisch de gehele Katholieke Kerk op het strafbankje te plaatsen. Zelfs de huidige Paus Benedict blijkt geen schone handen te hebben in deze smerige zaakjes. Tegen het einde van de film wordt de omvang van het probleem – waar de kijker tot die tijd op intieme wijze deelgenoot van is gemaakt – pas écht goed duidelijk en is een grootschalige, publieke verontwaardiging een logische en alleszins terechte uitkomst. ‘Deliver Us From Evil’ is zeer heftig maar absoluut noodzakelijk.

Bart Rietvink

Waardering: 4.5

Bioscooprelease: 22 februari 2007