Dinosaur (2000)

Regie: Eric Leighton, Ralph Zondag | 82 minuten | animatie, avontuur | Originele stemmencast: Alfre Woodard, Ossie Davis, Max Casella, Hayden Panettiere, D.B. Sweeney, Samuel E. Wright, Peter Siragusa, Julianna Margulies, Joan Plowright, Della Reese, Matt Adler, Sandina Bailo-Lape

‘The Lion King’, maar dan met dinosaurussen. Dat is de gedachte die Disney gehad moet hebben toen ‘Dinosaur’ het groene licht kreeg. Na het succes van ‘The Lion King’ en ‘Jurassic Park’ geen vreemde gedachte, die Disney ook zeker geen windeieren heeft gelegd. Geen enkele studio is zo bedreven in het bedenken van concepten die kinderen – en hun ouders als bonus – de bioscoop in krijgen.

‘Dinosaur’ is qua verhaal dan ook een klassieke Disneyfilm: een jonge held die zijn plek in de wereld moet vinden, en door zijn bijzondere achtergrond zijn herontdekte soortgenoten een belangrijke levensles kan leren. Aladar, de door aapjes opgevoede Iguanodon, ontsnapt met zijn pleeggezin aan een rampzalige meteorietinslag die hun eiland verwoest. Aangekomen op het vasteland wordt hij herenigd met zijn soortgenoten en voegt hij zich bij een grote dinosauruskudde op weg naar ‘de broedplaats’, een mystiek oord dat hopelijk aan alle verwoesting ontsnapt is. Aladar botst meteen met de andere dinosaurussen, die er de klauw niet voor omdraaien om hun zwakkere soortgenoten achter te laten als ze niet hard genoeg lopen. Iedereen die ooit een natuurdocumentaire heeft gezien weet dat dit volstrekt logisch is, maar Disney-dieren hebben nu eenmaal erg menselijke trekken en deze sentimentele boodschap past natuurlijk goed bij hen.

Maar het verhaal is eigenlijk ook niet waar het om gaat in ‘Dinosaur’. Oorspronkelijk was het niet eens de bedoeling dat de dinosaurussen zouden praten. Er zou hoogstens een verteller zijn, zoals bij de paardenfilm ‘Spirit’ of de bekroonde BBC-documentaire ‘Walking With Dinosaurs’. Maar Disney wilde op het laatste moment toch een verhaal en stemacteurs. Deze haast is helaas terug te zien in het simpele script en de clichématige dialogen, inclusief een voorspelbare romance tussen Aladar en de zus van de meedogenloze kuddeleider. De oorspronkelijke aanpak had waarschijnlijk beter gewerkt. De film moet het vooral hebben van de destijds indrukwekkende computereffecten en de opzwepende muziek, die de film inderdaad het kijken waard maken. Wel zien de digitale dino’s er achttien jaar na dato niet meer zo indrukwekkend uit als toen. Hier zien we de keerzijde van de digitale revolutie in de special effects – films zijn sneller gedateerd dan vroeger.

‘Dinosaur’ is zeker het kijken waard voor wie dinosaurusfanaten als kind heeft. Maar voor de echte dinoliefhebber is er nog altijd ‘Jurassic Park’, en wie een echte kinderfilm met dinosaurussen wil zien kan nog altijd bij Platvoet en zijn vriendjes terecht.

Yurre Wieken

Waardering: 2

Bioscooprelease: 15 juni 2000