Dog Man (2025)

Recensie Dog Man CinemagazineRegie: Peter Hastings | 95 minuten | animatie, actie | Nederlandse stemmencast: Buddy Vedder, Pieter Valley | Originele stemmencast: Pete Davidson, Poppy Liu, Lil Rel Howery, Isla Fisher, Billy Boyd, Rahnuma Panthaky, Maggie Wheeler, Peter Hastings, Luenell, Melissa Villaseñor, Brian Hopkins, Yung Gravy, Percy Rustomji, Cheri Oteri, Ricky Gervais

Na het enorme succes van ‘Captain Underpants’ kon het eigenlijk niet uitblijven: een verfilming van Dog Man, Dav Pilkeys vrolijk gestoorde stripreeks over een agent met het lichaam van een mens en het hoofd van een hond. De boeken zijn al jarenlang favoriet bij kinderen en weten met hun rare humor en kinderlogica ook verrassend vaak een glimlach bij volwassenen los te peuteren. De verfilming probeert datzelfde kunstje, en slaagt daar grotendeels in.

‘Dog Man’ is een explosie van kleur, energie en flauwe grappen, gebracht in een animatiestijl die recht uit het potlood van Pilkey lijkt te komen. De film oogt alsof hij door kinderen zelf is getekend, en dat is precies de bedoeling. Kartontexturen, wiebelige lijnen en plakbandranden. Alles is even charmant en visueel verfrissend. Het maakt ‘Dog Man’ tot een feest om naar te kijken, of je nou zes of zesendertig bent.

Het verhaal is even simpel als absurd. Een agent en zijn hond raken zwaargewond bij een misdaadbestrijding, en een overijverige chirurg besluit om het hoofd van de hond op het lichaam van de agent te plaatsen. Dog Man is geboren. Daarmee begint een avontuur vol boeven, gekke gadgets en veel gegrom, geblaf, gespring, hyperintelligente katten en psychokinetische cyborg vissen.

Wat opvalt, is hoe geestig de film is. De grappen zijn op kinderniveau, maar slim genoeg gebracht om ook volwassenen erbij te houden. Slapstick, woordspelingen, visuele vondsten. Het zit er allemaal in.

Een van de grappigste elementen van de film is zonder twijfel Petey, de sluwe kat met grootheidswaan. Zijn sarcastische opmerkingen, dramatische flair en totaal gebrek aan zelfinzicht zorgen keer op keer voor hilariteit. De dynamiek tussen hem en Dog Man werkt uitstekend: waar Dog Man lomp, goedhartig en impulsief is, is Petey berekenend, egocentrisch en altijd een stap voor. Die tegenstelling zorgt niet alleen voor grappige botsingen, maar ook voor een verrassend levendige chemie. Ze zijn elkaars tegenpolen, maar precies daardoor houdt hun onderlinge strijd je geboeid.

De casting is over het algemeen geweldig. Stemacteurs weten precies de juiste toon te vinden: speels, expressief en met oprechte energie. Alleen Ricky Gervais, die de stem inspreekt van Flippy (een vis met psychokinetische krachten) voelt als een misser. Niet omdat hij slecht speelt, integendeel, zijn timing is zoals altijd scherp. Maar vanaf het eerste moment hoor je simpelweg Ricky Gervais. Zijn stem is zo iconisch en aanwezig dat het personage daaronder volledig verdwijnt. Het haalt je uit de film en doet af aan het zorgvuldig opgebouwde universum.

Toch blijft er veel te genieten. ‘Dog Man’ is een feestelijke film vol tempo en plezier. Het is geen meesterwerk, en ook geen animatieklassieker in de dop, maar het is wel een solide, creatieve bewerking van een razend populaire kinderserie. De visuele stijl is aanstekelijk, de grappen werken, en het is precies maf genoeg om je aandacht vast te houden. De film neemt zichzelf geen moment serieus, en dat is misschien wel zijn grootste kracht.

Jelco Leijs

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 9 april 2025