Douar de femmes (2005)

Regie: Mohamed Chouikh | 102 minuten | drama, komedie, oorlog, romantiek | Acteurs: Sofia Nouacer, Khaled Benaissa, Bahia Rachdi, Aida Guechoud, Nawel Zaater, Amine Chouikh

‘Douar de femmes’ heeft op het Arab Film Festival Rotterdam 2006 de Gouden Havik gekregen, en het is ergens wel te begrijpen waarom. De film handelt over serieuze en beladen thema’s als terrorisme en de ongelijke behandeling van de seksen (in de Islam), en weet hier zowaar een luchtige draai aan te geven en hier mee weg te komen. De komische, relativerende aard van vele scènes zorgen dikwijls voor een bevrijdende lach. Dit kan, en mag, dus ook.

Vanaf het begin worden we geconfronteerd met een ongewone situatie, tegengesteld aan het beeld dat we hier normaal gesproken van zouden hebben. De eerste shots tonen namelijk verschillende vrouwen, met lange jurken en gewaden, die zichzelf behangen met vuurwapens en les krijgen in schieten en laden. We zien een omaatje met een dubbelloops geweer en kinderen die molotov cocktails maken. En wanneer een vrouw ruzie heeft met haar man en deze haar dreigt te slaan komt een vriendin tussenbeide met haar mitrailleur: “als je haar aanraakt, schiet ik je kop eraf”. De boodschap is duidelijk: de mannen hebben hier weinig te vertellen (de titel betekent dan ook “dorp van vrouwen”).

De (sterke) mannen moeten namelijk weg om te werken en het dorp wordt zodoende onder toezicht gegeven van een stel bejaarde mannen, die echter niet het overwicht hebben, waar de vertrekkende mannen waarschijnlijk op gehoopt hadden. Sabrina (Sofia Nouacer) haalt het zelfs in haar hoofd om ineens in een spijkerbroek te verschijnen, in combinatie met haar traditionele kleding, ter ontzetting van de oude mannen. Het mag dan een stuk praktischer zijn, mochten ze in actie moeten komen, het is toch typisch een geval van “not done”. Één van de oude mannen, een erg komische, die constant met zijn geloof schermt, zegt dan ook, wanneer hij door zijn argumenten heen is: “Nog één woord en ik spreek een fatwa uit. Een tijdelijke”. Het maakt totaal geen indruk en zorgt vooral voor lachsalvo’s bij het publiek. De man, zo blijkt namelijk, spreekt bij het minste of geringste obstakel al een fatwa uit (dat overigens zoiets is als een juridisch advies, en dus lang niet altijd met doodsbedreigingen van doen heeft). Wanneer er een man in het dorp sterft, en enkele kinderen durven hem niet naar buiten te dragen, is weer de oplossing van de man: “We spreken een fatwa uit”. Het wordt een running gag, waarbij de uitgesproken fatwa net zo goed vervangen kan worden door een beeld van de oude man die zijn armen de lucht in gooit en met zijn hoofd schudt. Hij staat, kortom, met zijn mond vol tanden en heeft totaal geen overwicht.

Het is dit soort humor, en de omkering van de traditionele genderrollen, die de film zo aantrekkelijk maakt. De humor wordt dan wel soms wat flauw of voorspelbaar, het draagt toch grotendeels bij aan het unieke karakter van de film. En de leuke inkijk in de wijze waarop vrouwen een dorp zouden (kunnen) bestieren, zorgt ervoor dat de weinig om het lijf hebbende plot en het gebrek aan dramatiek de film niet onderuit kunnen halen. Want, er gebeurt betrekkelijk weinig in het dorp, wanneer de mannen weg zijn, en de vrouwen zich voorbereiden op aanvallen van terroristen. Er komt een veehandelaar langs die voor wat romantische spanning zorgt, maar verder is het verhaal weinig opwindend of veelzijdig en wordt er vaak teruggevallen op sitcom-achtige momenten. In de laatste circa dertig minuten wordt er wel wat dramatiek ingevoerd, wanneer terroristen daadwerkelijk opduiken, en er tegelijkertijd een vrouw moet bevallen. Maar ook dit probleem wordt vooral op humoristische wijze afgehandeld. Het enige écht heftige moment vindt tegen het einde plaats en betreft een sterfgeval.

Aan de andere kant zouden te grimmige scènes niet consistent zijn met de toon van de rest van de film. En ook al is de luchtige toon niet altijd genoeg om de kijker inhoudelijk bij het geheel betrokken te houden, deze aanpak blijkt ook regelmatig bijzonder effectief op thematisch vlak. Vooral het einde van de film laat zien hoe goed de humor in de context van een dramatische gebeurtenis, het thema van de film des te krachtiger naar voren kan laten komen. De werkende mannen komen hier terug naar het dorp en tegelijkertijd worden ze belaagd door terroristen. Groot is hun verbazing als hun onzichtbare beschermers in het bos spontaan in “youyous” uitbarsten (het karakteristieke jubelende geluid van moslimvrouwen). En groot is ook de glimlach op het gezicht van de toeschouwer.

Bart Rietvink

Waardering: 3