Five Minutes of Heaven (2009)

Regie: Oliver Hirschbiegel | 90 minuten | drama, thriller, misdaad | Acteurs: Liam Neeson, James Nesbitt, Anamaria Marinca, Mark David, Diarmuid Noyes, Niamh Cusack, Mathew McElhinney, Conor MacNeill, Paul Garret, Gerard Jordan, Paula McFetridge, Gerry Doherty, Luke O’Reilly, Luke McEvoy, Ruth Mathewson, Carol Moore, Richard Orr, Richard Dormer, Pauline Hutton, Andrea Irvine, Katy Gleadhill, Paul Kennedy, Juliet Crawford, Jonathan Harden, Lalor Roddy, Daniel McClean, Emma Neill, Stella McCusker, Amber O’Doherty, Louis Rolston

Oliver Hirschbiegel is een moedig man. In 2004 gunde de regisseur menselijke trekjes aan Adolf Hitler (‘Der Untergang’) en oogstte controverse, haat, bewondering en lof. In 2009 toont de Duitser opnieuw moed door een film te maken over een onderwerp dat al heel wat hoogstaande (film)kunst heeft opgeleverd: Ierland en diens bloedige 20e eeuw. Wat kan een Duitse regisseur nog toevoegen aan ‘Bloody Sunday’, ‘Michael Collins’, ‘Hunger’, ‘The Wind that Shakes the Barley’ en ‘Omagh’?

Een universeel thema, zal Hirschbiegel hebben gedacht. ‘Five Minutes of Heaven’ gaat minder over het Ierse conflict dan over schuld, boete en verlossing. En over de menselijke neiging om succes op korte termijn te verkiezen boven duurzaam geluk. In ‘Five Minutes of Heaven’ krijgt Alistair Little vijf hemelse minuten als hij een aanslag pleegt op een onschuldig katholiek. De rest van zijn leven gaan hij en de broer van het slachtoffer gebukt onder deze daad. Wat misschien helpt is een confrontatie.

Helder verhaal, boeiend thema, maar een boeiende film levert het niet op. ‘Five Minutes of Heaven’ weet nooit welke kant het op wil. Na de geslaagde eerste akte, een onheilspellend minimozaïek in de trend van ‘Omagh’, volgen twee mindere akten. Waar de eerste akte zich beperkt tot een strakke reconstructie van de aanslag, is de tweede akte een rommeltje. Beetje wraakfilm, beetje psychologisch drama, beetje satire (over moderne media). Hierdoor wordt de film nooit echt spannend. Of diep. Of komisch. Bovendien wordt er in de tweede akte wel veel gepraat maar nauwelijks iets gezegd. De derde akte is een afgeraffelde climax, waar we in een loutering moeten geloven die nooit invoelbaar is.

De personages overtuigen evenmin. Joe Griffin is soms een geobsedeerde gek, soms een depressieve achterbuurtbewoner, soms een grappig burgermannetje. Bij Alistair Little wordt het nooit duidelijk hoe een fanatieke en gewetenloze jongen kan veranderen in de Ierse incarnatie van Gandhi. Omdat de film in één keer verspringt van 1975 naar 2009, mis je als kijker de ontwikkeling van de personages en moet je maar geloven wat je ziet.

Tegenover al die minpunten staan het goede spel van Neeson, een geslaagde sfeertekening van de jaren 70 en de aanwezigheid van AnaMaria Marinca. Dat is te weinig, zeker voor een film van Hirschbiegel. Het ontbreekt de Duitser opnieuw niet aan moed en goede bedoelingen. Wel aan richting.

Henny Wouters

Waardering: 2.5

Bioscooprelease: 29 juli 2010