Fubar: Gods of Blunder (2010)

Regie: Michael Dowse | 85 minuten | komedie | Acteurs: David Lawrence, Jamil Jabril, Paul Spence, Rose Martin, Matthew Brennan, Andrew Sparacino, Lori D’Amour Heidt, Tracey Lawrence, Hanna Lawrence, Sage Lawrence, Oliver Lawrence, Vincent Forcier, David Cairns, Ken Gardner, Francis Damberger

Fubar, oftewel Fucked Up Beyond All Recognition is een Amerikaanse term die wordt gebruikt om te beschrijven dat iets totaal niet meer te repareren valt en dus voor de eeuwigheid kapot is. Naar verluidt hebben Sylvester Stalone en Kurt Russel in de film ‘Tango & Cash’ (1989), de term definitief lading gegeven. ‘Fubar: Gods of Blunder’ maakt nogmaals dankbaar gebruik van de afkorting, die tevens als minisamenvatting dient voor wat deze film ons zal brengen.

‘Fubar: Gods of Blunder’, start als een fragmentarische opsomming van beelden, die doet denken aan de trailer van een heftige actiefilm. Niets is minder waar, het is het intro waarin filmmaker Michael Dowse  ons met een schokkende handcamera voorstelt aan de twee Amerikaanse niksnutten, Dean en Terry; twee overgebleven fossielen uit het headbang-tijperk, voor wie hen nog niet kende uit 2002. Onder het genot van de nodige drogerende middelen voeren zij terug
naar de essentie van het woord Fubar. Jawel, niets mag heel blijven.

Een welkom rustpunt dient zich aan, nadat acht ‘slopende’ beginminuten aan de kijker voorbij zijn getrokken. Een mooi moment om een fractie stil te staan bij dit bijzondere en grove schouwspel. Door wie lieten de filmmakers zich inspireren? Of, wie liet zich juist inspireren door deze film? Waarom doen deze eerste minuten in de verte denken aan ‘Beavis and Butthead’, ‘Dumb and
 Dumber’, ‘Fear and Loathing in Las Vegas’ (de lifter, de hallucinaties)? Maar ook het Nederlandse ‘New Kids’, kent raakvlakken. ‘Fubar: Gods of Blunder’ ligt bovenal in het verlengde van de populaire documentaire ‘Anvil! The Story of Anvil’ en ‘This Is Spinal Tap!’. Waarschijnlijk omdat het basisgegeven decennia lang blijft aanspreken: twee werkloze, aartsluie vrienden die hun tijd verdoen met bier drinken, blowen en rondrijden in hun favoriete auto. Toch besluiten Dean en Terry hun leven anders in te richten. Ze gaan werken…

Regisseur en schrijver Michael Dowse vond al in 2002 twee komisch acterende hoofdpersonen in acteurs Paul Spence en David Lawrence. Beiden speelden in 2004 ook in Dowse’s film ‘It’s al Gone Pete Tong’. In deze film ‘Gods of Blunder’ dus veel bot geweld, dat tevens zorgt voor de zwarthumoristische basislaag. Maar uiteindelijk zijn het Paul Spence en David Lawrence die de grappen ook daadwerkelijk weten in te koppen met een droge, mallotige manier van acteren.

‘Fubar: Gods of Blunder’ raast voorbij als een wervelwind en is heerlijk onverantwoordelijk.

Tjeerd Kooistra

‘Fubar: Gods of Blunder’ verschijnt op 16 januari 2012 op DVD en is vanaf 3 januari 2012 te huur.