Gangsterboys (2010)

Regie: Paul Ruven | 87 minuten | komedie, misdaad | Acteurs: Yesser Roshdy, Önder Dogan, Georgina Verbaan, Jeroen van Koningsbrugge, Beau van Erven Dorens, Cahit Olmez, Gamze Tazim, Salah Edin, Mimoun Ouled Radi, Fatma Genc

In het kielzog van Ali B veroverde Yes-R, een Amsterdammer van Marokkaans-Egyptische afkomst, de afgelopen jaren een plekje in de Nederlandse rapscene. Net als zo veel hiphopartiesten, in Nederland en daarbuiten, vond Yes-R het nodig om zijn horizon te verbreden en zich behalve met muziek ook met film te bemoeien. Het resultaat: hoofdrollen in ”n Beetje verliefd’ (2006) van Martin Koolhoven en ‘Gangsterboys’ (2010) van Paul Ruven. Beide films liftten mee op de populariteit van Yes-R, want de bezoekersaantallen maakten indruk. Door de vaderlandse (film-) pers werd ”n Beetje verliefd’ en ‘Gangsterboys’ echter met de grond gelijkgemaakt. De acteerkwaliteiten van Yes-R laten nogal te wensen over: hij kreeg niet voor niets een Gouden Ui voor zijn bijdrage aan ”n Beetje verliefd’. Aan de zijde van Önder ‘Turk’ Dogan, zijn tegenspeler in ‘Gangsterboys’, is het al niet veel beter. Toch kwam ook op die film veel publiek af. De specifieke doelgroep waar Paul Ruven zich op richt kan zich blijkbaar wél vinden in de melige avonturen van het tweetal.

‘Gangsterboys’ gaat verder op de weg die met ‘Shouf Shouf Habibi’ (2004) en ‘Het schnitzelparadijs’ (2005) werd ingeslagen. Yes-R en Turk spelen Apo en Mahmoud, twee Turkse jongens die hopen door te breken als rapper, maar tot die tijd met kleine duistere klusjes hun geld verdienen. Tijdens een klusje als drugkoerier worden ze betrapt. De politie stelt ze voor de keuze: of ze draaien de bak in, of ze duiken als infiltrant de Turkse onderwereld in. Omdat het ze wel wat lijkt om ‘gangsterboy’ te worden, besluiten ze voor de tweede optie te gaan. Aanvankelijk wordt het ze door de grote baas Karan (Cahit Ölmez) als loopjongen gebruikt, om allerlei rotklusjes op te knappen. Net wanneer de vernederingen hen te veel lijken te worden, worden ze ingeschakeld bij een serieuze klus. ‘Gangsterboys’ draait voor een belangrijk deel op het onderlinge gekibbel en het eindeloze gestuntel van Apo en Mahmoud. Werkelijk alles loopt bij hen in het honderd. Voor even zijn die grappen aardig, maar Ruven blijft ze eindeloos herhalen waardoor het leuke er al snel af is. Ruven en scenarioschrijver Orhan Sahin menen humor te moeten halen uit het beledigen van homo’s, het uitvergroten van cultuurverschillen en flauwe grappen met peniskokers en viagra. Er zal wel een doelgroep voor zijn, maar echt leuk wordt het nooit.

Om nog maar te zwijgen van de acteerprestaties van de twee hoofdrolspelers. Op hun natuurlijke charisma komen ze nog een heel eind, maar van acteren hebben Yes-R en Turk simpelweg geen kaas gegeten. Om hun prestaties nog een beetje uit de verf te laten komen, laat Ruven tal van bekende Nederlanders voorbijkomen, die stuk voor stuk op hun meest onvoordeligst voor de dag komen. Want zeg nou eerlijk: Georgina Verbaan, Dirk Zeelenberg en Jack Wouterse hebben we toch wel eens beter gezien? Het kan altijd erger: Beau van Erven Dorens zet zichzelf voor schut als aalgladde presentator die er een sport van maakt al zijn assistentes het bed in te krijgen. Lolbroek Jeroen van Koningsbrugge neemt zichzelf gelukkig niet al te serieus en houdt het luchtig als geflipte Brabantse cokedealer. Ook John Jones en Mimoun Ouled Radi (vaste klant in dit soort multicultikomedies) passen zich moeiteloos aan het niveau aan. Rapper Salah Edin en cabaretier Jeffrey Spalburg weten het niveau ook niet op te krikken. De enige die nog écht iets van zijn rol tracht te maken is de Turkse acteur Cahit Ölmez. Helaas is hij een roepende in een woestijn.

Het scenario rammelt, het acteerwerk is matig: is er dan niets de moeite waard aan ‘Gangsterboys’? Voor de neutrale filmkijker, die de film alleen al door alle straattaal die erin gebezigd wordt waarschijnlijk niet eens goed kan volgen, helaas niet. Maar Paul Ruven maakt films die zich specifiek op een bepaalde doelgroep richten. Onder de puberende (allochtone) jeugd scoort ‘Gangsterboys’ waarschijnlijk wél hoge cijfers. Zij liggen er niet wakker van dat de humor van een bedroevend slecht niveau is, het acteerwerk te wensen overlaat en de plot zo plat is als een dubbeltje. Zij wachten op het moment dat Yes-R en Turk de microfoons aanpakken en beginnen te rappen. Want dán zijn de heren ineens wel in hun element. Acteren kunnen ze niet, rappen des te meer. Zit je niet te wachten op straattaal, dreunende beats en onderbroekenlol? Dan kun je ‘Gangsterboys’ met gemak links laten liggen.

Patricia Smagge

Waardering: 1.5

Bioscooprelease: 18 februari 2010