Hamlet (2024)
Regie: Sean Mathias | 117 minuten | drama | Acteurs: Ian McKellen, Jonathan Hyde, Jenny Seagrove, Steven Berkoff, Francesca Annis, Frances Barber, Ben Allen, Alis Wyn Davies, Emmanuella Cole, Nick Howard-Brown, Llinos Daniel, Missy Malek, Ashley D Gayle, Lee Knight, Asif Khan, Olivia Fines, William Bozier, George Olney
Kunst en cultuur kunnen je meenemen naar een andere wereld, of diep in de gedachten van de maker of eventuele personages. Vooral dit laatste is het geval in de ‘theateruitvoering’ van Shakespeares legendarische toneelstuk Hamlet. ‘Theateruitvoering’ staat hier tussen aanhalingstekens; niet omdat het stuk niet in het theater wordt opgevoerd – want dat is wél zo – maar omdat de scènes overal plaatsvinden, behalve op het podium: in de zaal, kleedkamer, het hokje van de techniek, in gangen, op een buitenplaats… zelfs op het toilet. Dit maakt een aantal dingen haarfijn duidelijk. Ten eerste: sterke dialoog en krachtige vertolkingen komen altijd bovendrijven, ook al is de setting niet ideaal. En ten tweede: dit soort tijdloze, meeslepende verhalen en prachtig acteerwerk verdienen theaters. Het zou een schande zijn als deze plekken zouden verdwijnen.
Het is goed mogelijk dat dit laatste een van de beweegredenen was van regisseur Sean Mathias voor het maken van deze interpretatie. De film is immers in 2021 opgenomen, aan het begin van de coronapandemie, toen theaterbezoek geen optie was. Mathias koos ervoor om Hamlet uit te beelden in het historische Theatre Royal Windsor, nabij Londen. Het is de plek waar Ian McKellen, die de titelrol vertolkt, in 1971 voor het eerst de rol van Hamlet op zich nam. En hoewel de acteur inmiddels de 80 is gepasseerd, lijkt het er soms op alsof hij zich nog steeds in die tijd waant; of hard zijn best doet om zich tegen het verstrijken van de tijd te verzetten. Regelmatig hupst hij kwiek een trapje op of werkt hij zich in zijn kamer op een hometrainer in het zweet. Ook in zijn degengevecht aan het eind van de film komt hij allesbehalve stram over.
Niet dat lenigheid of jeugdigheid per se een vereiste is voor de rol. Al helemaal niet in deze ‘leeftijdsblinde’ versie van Hamlet, waarin McKellen ouder is dan de acteurs die zijn moeder en stiefvader spelen, respectievelijk Jenny Seagrove en Jonathan Hyde. Hier moet je in het begin even doorheen prikken, maar door de innemende vertolkingen van de acteurs, valt het al snel niet meer op (of stoor je je er in ieder geval niet meer aan).
De rijpere leeftijd van McKellen heeft ook voordelen, zijn levenservaring zich aftekenend op zijn gezicht, waarin alle nuances en gecompliceerde emoties die nodig zijn voor de rol perfect af te lezen zijn. Zelfs als je even de draad kwijt zou mogen raken vanwege de wollige taal van de beroemde Bard, hoef je alleen maar naar zijn gezicht, ogen of gebaren te kijken om toch te kunnen voelen wat er aan de hand is. Je voelt pijn, verdriet, jaloezie, liefde, blijdschap, spijt, zorgen… alles wat de personages bezighoudt. Door wát ze zeggen, maar vooral door hoe ze het zeggen.
Over die taal gesproken, die kan heel poëtisch zijn, uiteraard, en je hierdoor juist diep raken. Maar hij houdt je als kijker ook op afstand. Je hoeft immers niet alles uit te spreken, maar kunt het ook laten zien. Zo voelt het een beetje onnodig om Claudius de tekst te horen uitspreken: ‘My soul is full of discord and dismay’ terwijl hij met Gertrude door een gang loopt. Maar in een toneelsetting, waarin je niet kunt inzoomen op gezichten is dit waarschijnlijk wat minder onlogisch.
Wat dat betreft is deze filmregistratie een beetje een vreemde eend in de bijt. Het maakt gebruik van beide kunstvormen – film en theater – maar gebruikt beide niet optimaal. Het is een interessante hybride vorm maar ook een beetje vlees noch vis. Regelmatig blijf je als kijker teveel op afstand en je te bewust van de gekunstelde vorm die een ‘echt’ toneel verdient. Maar op andere momenten hang je aan de lippen van de acteurs, zoals Jenny Seagrove, Jonathan Hyde of Alis Wyn Davies (als Ophelia). Waaruit blijkt dat echte kwaliteit zich niet laat beperken. Je leeft hoe dan ook mee met de acteurs en kunt dan helemaal vergeten dat de setting niet optimaal is, zoals wanneer Hamlet zijn moeder confronteert (en Polonius vermoordt) of de beroemde ‘To be or not to be’-speech afsteekt.
Wanneer de omgeving heel minimalistisch is en nauwelijks opsmuk heeft, is het zelfs zo dat de kracht van de vertolking extra goed duidelijk wordt, omdat er niets is om je af te leiden. Of omdat dan je eigen verbeelding de vrije loopt krijgt. Een beetje zoals in het experimentele ‘Dogville’, waarin Lars Van Trier zijn dramatische verhaal volledig op een podium liet afspelen, waarbij woningen werden aangeduid met slechts wat krijtstrepen op de vloer. In zo’n geval kún je je alleen maar op het verhaal, de thema’s en de acteerprestaties concentreren.
Deze en andere elementen spelen een rol bij de beoordeling van deze bijzondere Hamlet-film. Het is allemaal enigszins vervreemdend maar we zien hier ook een verhaal en acteerprestaties waartoe je altijd toegang zou moeten kunnen houden. Met daarbij de pijnlijke realisatie dat dit niet vanzelfsprekend is en het ook zomaar op zou kunnen houden, als er teveel gesneden wordt in cultuurbudgetten. Deze – hoe zeggen we het netjes? – gemankeerde productie, is daarmee eigenlijk het beste argument voor het voortbestaan van theaters en de cultuursector.
Bart Rietvink
Waardering: 3.5
Bioscooprelease: 12 september 2024