Hellmaster (1992)

Regie: Douglas Schulze | 94 minuten | horror | Acteurs: John Saxon, David Emge, Amy Raasch, Edward Stevens, Robert Dole, Jeff Rector, Sarah Barkoff, Todd Tesen, Eric Kingston, Neil Savedes, Suzanne Labatt, Ron Asheton, Melissa Zafarana, Janet Linck, James Croteau, Steven E. Williams, Dave Dixon, Becky Traynor, Rebecca Jachman, Anne Marie Reilly, Valentine Agius, Sean Sweeney, Lisa Sheldon

In deze film uit 1992 komt het gevaar van een professor die zo’n twintig jaar geleden met noodlottige gevolgen met een drug heeft geëxperimenteerd. Na die tijd komt hij terug om met zijn inmiddels geperfectioneerde drug de wereld te veroveren. Hij reist daartoe met enkele van zijn groteske volgelingen terug naar de schoolcampus waar zich de vroegere noodlottige gebeurtenissen hebben afgespeeld. Op weg daarheen maken de professor en zijn trawanten al een begin met hun misdadige praktijken. De eerste beelden van de op een achteraf weg gemaakte slachtoffers komen vrij aardig over en gezien de plannen van de professor liggen er dan ook veelbelovende duistere tijden in het verschiet. Wel komt al snel het B-gehalte van deze film naar voren. Op zich natuurlijk geen bezwaar, er zijn genoeg B-films die het bekijken meer dan waard zijn.

Maar de verdere uitwerking van de gebeurtenissen laten in deze ‘Hellmaster’ veel te wensen over. Wanneer de professor en zijn handlangers eenmaal op het schoolterrein zijn aangekomen nemen ze hun intrek in het schoolgebouw waar de professor vroeger experimenteerde. In hetzelfde gebouw lopen ook een stel studenten en studentes rond die in aanraking met de professor en zijn trawanten komen, waarvan er enkele aan hen ten prooi vallen en die de strijd met de hen moeten aanbinden om zowel uit handen van de professor te blijven als om de wereld te redden van zijn misdadige plannen. Direct valt echter de kunstmatigheid van de gebeurtenissen op. Clichématig genoeg zijn de telefoonlijnen kapot zodat hulp van buitenaf niet is in te roepen, maar veel opvallender is dat de belaagde studenten gewoon het gebouw zouden kunnen verlaten. Niets logischer om er snel vandoor te gaan en de rest aan de politie over te laten dus. Maar nee, om onduidelijke of ongeloofwaardige redenen geven de studenten er de voorkeur aan zich in het gebouw te verstoppen of daarin schijnbaar eeuwig rond te dwalen, onderwijl zoekend naar een oplossing voor het gevaar dat hen bedreigt. Wat die oplossing dan wel is blijft lang onduidelijk, want wanneer de diverse personages afwisselend in beeld komen is wat ze nu precies lopen te doen een raadsel, want veel vooruitgang op enig terrein boeken ze niet. Dan loopt er ook nog een journalist met pijl en boog door het gebouw rond, vastbesloten om daarmee wraak te nemen op de professor aan wie hij de dood van zijn vrouw wijt. Nogal twijfelachtige uitgangspunten die op het eerste gezicht niet al teveel bijdragen aan enige geloofwaardigheid van het hele gebeuren.

Het grootste deel van de film staat in het teken van alle betrokkenen langdurig in het gebouw te laten dwalen en her en der vanuit het niets op te laten duiken met meestentijds vage, onduidelijke of niet uit de verf komende bedoelingen. Er vinden tussendoor wel de nodige confrontaties van verschillende aard plaats, er is links en rechts wat geknal, er zijn een paar schrikeffecten en achtervolgingen en er worden de nodige slachtoffers gemaakt, maar het vindt in relatief geringe mate plaats en weet vooral door de twijfelachtige, te langdradige en herhaaldelijk saaie opzet van het hele gebeuren niet bepaald veel spanning op te roepen of op een andere manier te overtuigen. Temeer daar het verhaal wordt aangevuld met hallucinaties die bestaan uit onder andere open- en dichtgaande kastdeuren, een uit zichzelf rijdende en ronddraaiende dooskist en een lijk dat uit een doodskist opstaat. Daarnaast komen er korte en lange flashbacks voorbij, inclusief enkele vertraagde opnames wanneer de handlangers van de professor hun beoogde prooien naderen. Blijkbaar om de betrokkenheid in welke zin bij de gebeurtenissen te vergroten, maar het komt voor het grootste deel vrij overbodig allemaal en de onduidelijkheid ervan maakt het herhaaldelijk tot een nogal warrig gebeuren. Ook omdat deze film lijdt aan een verregaande mate van onderbelichting, waardoor het er, samen met een hoop gepraat en gedoe over de door de professor ontwikkelde drug, in de toch al spaarzaam verlichte ruimtes en gangen niet veel duidelijker op wordt en ook irritatie oproept. Regisseur Schulze experimenteert verder wat met rode en blauwe lichteffecten, maar gezien de toch al niet al te hoogstaande beeldkwaliteit van deze productie doet het resultaat bij tijd en wijle vooral denken aan een half mislukte homevideo.

Bijna traditiegetrouw komen er de nodige onlogischheden en twijfelachtigheden in het verhaal voor die de kwaliteit van deze productie geen goed doen. Ook het meeste geweld waarmee de diverse slachtoffers aan beide zijden worden gemaakt speelt zich, betreurenswaardig genoeg voor de liefhebbers van speciale effecten, buiten beeld van de camera af. Datgene wat af en toe wel in beeld komt is qua speciale effecten dan soms nog wel enigszins aardig vormgegeven. Verder zien de volgelingen van de professor er door hun uiterlijk, uitspraken en handelingen er tot op zekere hoogte inderdaad eng en dreigend uit, maar door de gebrekkige vormgeving en uitwerking van de ontwikkelingen komt dit maar deels tot hun recht. En kunnen ook de overtrokkenheden in hun uiterlijk nog weleens onbedoeld op de lachspieren werken.

Weinig verheffend acteerwerk verder. De meest bekende en opvallende namen zijn John Saxon als de getikte professor en de bij vele zombiefans niet onbekende David Emge als de op wraak beluste journalist. Saxon doet wat hij kan, maar zijn mogelijkheden worden beperkt door de weinige schermtijd die hij krijgt, en ook zijn dreigende gezichtsuitdrukkingen, onheilspellende uitspraken of zijn luguber gelach weten de professor niet bepaald tot een schrikaanjagend personage te maken. Ook Emge’s mogelijkheden worden beperkt, zowel door de ontwikkelingen in het verhaal als de insteek waarmee hij zijn personage vorm moet geven. De overige castleden zijn niet bijster opvallend, zowel met betrekking tot hun platte personages in het verhaal als de wijze waarop deze gestalte worden gegeven. Het resulteert al met al in een film waarover niet al te veel positiefs is te melden. Een film die zichzelf veel te serieus neemt, waar van alles in is gestopt maar die door de tekortschietende vormgeving en uitwerking niet weet te overtuigen of de aandacht voldoende weet vast te houden. Voor de horrorfan geen film om noemenswaardig veel moeite voor te doen.

Frans Buitendijk