High Sierra (1941)

Regie: Raoul Walsh | 100 minuten | drama, thriller, misdaad | Acteurs: Humphrey Bogart, Ida Lupino, Alan Curtis, Arthur Kennedy, Joan Leslie, Henry Hull, Henry Travers, Jerome Cowan, Minna Gombell, Barton MacLane, Elisabeth Risdon, Cornel Wilde, Donald MacBride, Paul Harvey, Isabel Jewell, Willie Best, Spencer Charters, George Meeker, Robert Strange, John Eldredge, Sam Hayes, Zero the Dog

‘High Sierra’ (1941) was een hoogtepunt in het genre van de gangsterfilm, een keerpunt in Humphrey Bogarts carrière en een voorbeeldige existentialistische actiefilm van Raoul Walsh. Net als Walsh’ eerdere rolprent ‘The Roaring Twenties’ (1939) is ‘High Sierra’ een weemoedige gangsterfilm. Het sympathieke portret van een gangster als outcast die zijn beste tijd heeft gehad, was in het Hollywood van die dagen uitzonderlijk. Anders dan zijn tijdgenoten als John Ford, Howard Hawks, Frank Capra en Michael Curtiz, die de betekenis van de gemeenschap of groep benadrukten, was Walsh meer geïnteresseerd in het eigene en het non-conformistische van zijn personages. Zijn film ‘High Sierra’ geeft een opvallend scherp beeld van de bekrompenheid van de samenleving, met name in de scène waarin Roy op vernederende wijze wordt afgewezen door het nuffige nette meisje, dat kiest voor haar zelfingenomen, degelijke vriendje.

Amerika, ten tijde van de drooglegging. De gangster Big Mac (Donald McBride) beraamt een overval op het prestigieuze hotel Tropico Springs in California. Omdat hij alleen de juiste mensen wil voor de job, regelt hij de vrijlating van de ervaren Roy Earle (Humphrey Bogart), zodat hij de operatie kan leiden, samen met zijn onervaren handlangers ‘Babe’ Kozak (Alan Curtis) en ‘Red’ Hattery (Arthur Kennedy). Een van hen heeft ook een weggelopen jonge vrouw, Marie (Ida Lupino) meegenomen. Het duurt niet lang of zij wordt verliefd op Roy. Die ziet haar echter niet staan, zeker niet wanneer hij na de overval op de weg terug naar de bergen Velma (Joan Leslie) en haar familie ontmoet. Hij probeert haar het hof te maken door aan te bieden de operatie van haar klompvoet te betalen. Velma wijst hem echter af, omdat ze al verloofd is met een ander. De jaloerse Roy geeft vervolgens toch maar toe aan de avances van Marie. De politie zit hem echter op de hielen en wordt gedwongen het hooggebergte in te gaan in de hoop zijn achtervolgers af te schudden.

Dankzij Raoul Walsh’ rauwe, intense regie en het weinig geraffineerde maar toch voldoende intrigerende script van John Huston luidde ‘High Sierra’ een nieuw filmtijdperk in. Bogarts vertolking maakte van hem een ster en blies het gangstergenre nieuw leven in: de oude contrasten tussen goed en fout en zwart en wit maakten plaats voor de grijze, existentiële ondertonen van de film noir, waarin niemand in een hokje kan worden gestopt. Na tien jaar lang onbeduidende gangsterrollen te hebben gespeeld kon Bogart in ‘High Sierra’ eindelijk een personage met inhoud neerzetten. In ‘The Maltese Falcon’ (eveneens uit 1941) is hij een dominante, snelle en pientere figuur. In ‘High Sierra’ acteert hij veel subtieler en laat hij een heel andere kant van zichzelf zien: zijn personage is somber, teruggetrokken en nerveus. Zijn opgetrokken schouders en verkrampte motoriek benadrukken zijn eenzaamheid. In de intieme scènes met Ida Lupino heeft Walsh voorwerpen en barrières tussen de geliefden geplaatst om hun isolement extra te benadrukken.

‘High Sierra’ begint en eindigt met het beeld van Mount Whitney. Deze berg is de hele film door zichtbaar – als om de hoofdfiguur aan zijn eenzame lotsbestemming te herinneren. Een andere gangster zegt tegen Roy: “Weet je wat John Dillinger over kerels zoals jullie zei? Hij zei dat jullie recht op jullie dood af razen. En zo is het: je raast recht op je dood af.” In de grote achtervolgingsscène waarin de politie Roy tot op de berg achterna zit – een spectaculair hoogtepunt in deze strak gestileerde film – worden die woorden optimaal vertaald in de dynamische beeldtaal van de actiefilm. Bogart toont in deze film pas voor het eerst aan op acteergebied serieus iets in zijn mars te hebben. Want achter dit vlot vertelde verhaal van een mislukte roof en een klopjacht gaat een fascinerend portret schuil van een man die door de tijd vergeten lijkt. Bogart maakt een mens met zijn eigen tekortkomingen, gemodelleerd naar diezelfde John Dillinger. Met tegenspeelster Ida Lupino heeft Bogie weliswaar niet zo’n sterke chemie als met (zijn toekomstige echtgenote) Lauren Bacall in ‘To Have and Have Not’ (1944) en ‘The Big Sleep’ (1946), maar de onderlinge aantrekkingskracht is ruim voldoende om je als kijker mee te slepen in het verhaal.

Hoewel het verhaal van ‘High Sierra’ niet echt origineel is te noemen, betekende de film toch een mijlpaal en een omslagpunt in Hollywood. Alleen daarom al is deze film de moeite van het kijken waard. Daar komt echter bij dat acteerlegende Humphrey Bogart een van de beste rollen uit zijn carrière neerzet en ook de andere acteurs naar behoren presteren. ‘High Sierra’ is een film waar je wellicht eerst een beetje ‘in’ moet komen. Maar de laatste drie kwartier zijn van een bijzonder hoog niveau; adembenemend spannend en met een einde dat vele decennia later nog altijd als een mokerslag aankomt.

Patricia Smagge