Howl’s Moving Castle – Hauru no ugoku shiro (2004)

Regie: Hayao Miyazaki | 119 minuten | animatie, romantiek, avontuur, fantasie, science fiction | Originele stemmencast: Chieko Baisho, Takuya Kimura, Akihiro Miwa, Tatsuya Gashuin, Ryunosuke Kamiki, Mitsunori Isaki, Yo Oizumi, Akio Ôtsuka, Daijiro Harada, Haruko Kato

Japans animatiegrootmeester Hayao Miyazaki had al zeven lange films op zijn naam toen hij met ‘Spirited Away’ (2001) een grote internationale doorbraak beleefde. ‘Spirited Away’ ging over het jonge en dappere meisje Chihiro dat opgesloten raakt in een betoverd attractiepark, alwaar zij in het Badhuis van de Goden te werk wordt gesteld. In Miyazaki’s nieuwste, ‘Howl’s Moving Castle’, gaat het opnieuw over een dapper meisje in een wonderbaarlijke wereld. Maar er zijn meer overeenkomsten.

Net als ‘Spirited Away’ moet ‘Howl’s Moving Castle’ het niet hebben van een geweldige plot. De jonge hoedenmaakster Sophie wordt omgetoverd in een oud besje, trekt in bij tovenaar Howl in zijn wandelende kasteel en probeert van daaruit de betovering te verbreken. Onder dit oppervlakkig verhaal wordt weer een heel ander verhaal verteld, over schoonheid, verlossing, geloof in eigen kunnen, oorlogszucht en machtsmisbruik. Helaas zit dit andere verhaal zo diep verstopt dat je het nauwelijks nog kunt zien. Daarnaast blijft het soms gissen naar wat de maker nou precies bedoeld heeft en wat niet.

Een minpunt mag je dit eigenlijk niet noemen. Wat zou je malen om plots en diepere lagen als je eenmaal bent beland in de magische wereld van Miyazaki? ‘Howl’s Moving Castle’ speelt zich af in een land dat wel wat lijkt op het Oostenrijk aan het begin van de vorige eeuw. Pittoreske steden met vakwerkhuisjes en paleizen maar ook alpenweiden en hoge bergruggen. Dit alles in een tijdperk waarin nationalisme en militarisme flink toenemen, getuige ook het fantasievolle oorlogstuig dat regelmatig voorbijtrekt. In deze betoverende wereld zijn de merkwaardige personages van Miyazaki soepeltjes geïntegreerd. De behulpzame vogelverschrikker op zijn springende stok, de vadsige Heks van de Verspilling, het babbelzieke vuurtje Calcifer en natuurlijk het wandelende kasteel zelf dat een bouwvallige combinatie is van een ouderwetse stoommachine, een zomerhuisje en een monster op kippenpoten. Het kasteel kent zelf allerlei verborgen hoekjes, zoals de protserige slaapkamer van Howl, zodat je er niet snel op uitgekeken raakt.

De prachtige animaties, milde humor en onbegrensde fantasie van Miyazaki, gevoegd bij de sympathieke personages (des te sympathieker omdat ze nooit volkomen goed of slecht zijn), maken van ‘Howl’s Moving Castle’ een feest om naar te kijken. Minder verpletterend dan ‘Spirited Away’ en wellicht iets minder verrassend, maar nog altijd een animatiefilm van wereldklasse.

Henny Wouters