Im Labyrinth des Schweigens (2014)

Regie: Giulio Ricciarelli | 122 minuten | geschiedenis | Acteurs: Alexander Fehling, André Szymanski, Friederike Becht, Johannes Krisch, Johann von Bülow, Robert Hunger-Bühler, Hansi Jochmann, Lukas Miko, Gert Voss, Tim Williams, Mathis Reinhardt, Hartmut Volle, Werner Wölbern, Timo Dierkes, Michael Schernthaner

Het is anno 2015 moeilijk voor te stellen, maar er is na de Tweede Wereldoorlog een hele generatie Duitsers opgegroeid die niet of nauwelijks op de hoogte was van de gruwelen uit de oorlog. In de jaren direct na de oorlog waren in de Processen van Neurenberg enkele kopstukken berecht, maar die processen werden door een internationaal tribunaal geleid. In Polen had kort na de oorlog een eerste Auschwitzproces plaatsgevonden, waarbij veertig kampmedewerkers werden berecht, maar het is maar de vraag hoeveel de doorsnee Duitser van dat proces meekreeg. Het Duitsland van na de oorlog was in de ban van het ‘Wirtschaftswunder’, de wederopbouw. En het was makkelijker om te vergeten, dan om misdaden uit de oorlog verder te onderzoeken.

Het is Frankfurt 1958, vijf jaar vóór de start van wat bekend staat als het tweede Auschwitzproces, waarbij 22 betrokkenen berecht werden volgens het Duitse strafrecht. De jonge, ambitieuze officier van justitie Johann Radmann (Alexander Fehling) duikt bovenop een tip dat voormalig SS’ers ongestraft overheidsbanen bekleden. Eerst doet hij dit vanuit een wens om carrière te maken (hij baalt ervan dat hij slechts kleine vergrijpen als verkeersovertredingen in zijn portefeuille krijgt), maar nadat hij in het reusachtige archief van Auschwitz is gedoken neemt zijn morele overtuiging de overhand. Voor Radmann komen de gruwelijkheden die in het concentratiekamp hebben plaatsgevonden als een grote schok. En hij vindt het onverteerbaar dat een voormalige beul nu zonder problemen als basisschoolleraar aan de slag kan.

Procureur-generaal Fritz Bauer (een uitmuntende Gert Voss, die spijtig genoeg is overleden vóór de première van de film) staat pal achter Radmann en stelt hem aan als onderzoekshoofd. De rest van het OM moet er aanvankelijk niks van hebben en kijkt Radmann met de nek aan. Onvermoeibaar gaat de jonge jurist in zijn uppie aan de slag, enkel bijgestaan door zijn secretaresse Erika Schmitt (Hansi Jochmann) en buiten kantoor geholpen door journalist Thomas Gnielka (André Szymanski), de oorspronkelijke tipgever. Al gauw ontdekt hij dat hij aan alle kanten gedwarsboomd wordt. Nazi-sympathisanten zijn met het einde van de oorlog niet plotseling uitgeroeid. Maar dat niet alleen, Radmann begint zichzelf ook dwars te zitten. Hoe verder het onderzoek vordert, hoe labieler hij zich gaat gedragen.

Dat het proces er uiteindelijk komt, is een historisch gegeven, dus het einde van de film is weinig verrassend. De weg ernaartoe is echter nogal problematisch. Radmann zelf is een fictief personage, dat staat voor de drie openbare aanklagers die in werkelijkheid de zaak hebben voorbereid. Hij is irritant naïef en rechtschapen op het ongeloofwaardige af. De scenaristen vonden het bovendien nodig een romantisch subplot voor hem te bedenken, maar geen enkel moment wordt duidelijk wat stijve hark Radmann en modemeisje Marlene Wondrak (Friederike Becht) in elkaar zien. Waar de film ingaat op het onderzoek, wordt krampachtig geprobeerd eenzelfde spanning op te wekken als in het veruit superieure ‘All the President’s Men’, in plaats van in te zoomen op het oorlogsleed.

Beter was het geweest om bijvoorbeeld de ingewikkelde morele kwestie nader te belichten waar Radmann gaandeweg tegenaan loopt als hij van zijn moeder hoort dat zijn vader, aan wiens nagedachtenis hij zijn rechtschapenheid ontleent, lid was van Hitlers NSDAP. Niet uit overtuiging, maar ‘omdat het erbij hoorde’. Die kant ziet Radmann in zijn naïveteit grotendeels over het hoofd. Voor de plot is dat misschien handig (het geeft de ideale aanleiding voor een door alcohol versterkte inzinking), maar het maakt dat de film te vlak uit de hoek komt. ‘Im Labyrinth des Schweigens’ ziet er fraai uit, met uitstekend acteerwerk , maar de film had gezien het bronmateriaal veel krachtiger kunnen zijn. Hoewel hij een belangrijk en ingrijpend keerpunt uit de moderne Duitse geschiedenis behandelt, schiet hij bovendien als historisch document tekort.

Wouter de Boer

Waardering: 3

Bioscooprelease: 30 april 2015