Interview Ari Folman (Waar is Anne Frank)
Filmregisseur Ari Folman heeft de monstertaak op zich genomen om één van de meest gelezen en geprezen dagboeken sinds de menselijke heugenis te vertalen naar animatiefilm. Als dat nog niet uitdagend genoeg is, doet hij dit nog eens met een nieuwe twist, want de film neemt niet het perspectief van Anne aan maar dat van haar ingebeelde vriendin Kitty.
De Israëlische Folman is voornamelijk bekend van zijn film ‘Waltz with Bashir’ (2008) die de ene internationale prijs aan de andere reeg, waaronder een Golden Globe en twee Bafta’s. Deze geanimeerde documentaire (contradictio in terminis?) duikt in Folmans traumatische ervaringen tijdens zijn militaire dienst in de Libanonoorlog. Daarna deed hij qua experimenteren er nog een schep bovenop door in 2013 te komen met ‘The Congress’ (2013), een combinatie van live-action en animatie gebaseerd op de roman ‘Waanzinnige wereld – Uit de memoires van Ion Tichy’ (1971) van Stanisław Lem. De schrijver Lem is ook de man achter de meerdere malen verfilmde science fictionroman ‘Solaris’ (1972), onder andere door Andrei Tarkvosky en Steve Soderbergh. Het resulteerde in een drugsachtige versie van ‘Who Framed Roger Rabbit” (Robert Zemeckis, 1988). Folman toont met zijn volwassen werk hoeveel meer animatie in zijn mars heeft dan wat de grote animatiestudio’s uit Hollywood ons jaarlijks voorschotelen.
Het dagboek
Op de vraag hoe Folman voor het eerst in aanraking met het dagboek van Anne Frank kwam, hoeft hij niet diep in zijn geheugen te graven. “Als jonge tiener moest ik op school het boek lezen, zoals eigenlijk iedereen in Israël. Om eerlijk te zijn kan ik me niet veel meer herinneren van die eerste leesbeurt, ook omdat ik uit een familie van holocaust-overlevenden kom, waaronder mijn eigen ouders.” Derhalve hoorde Folman zoveel gruwelijke verhalen van familieleden dat die Anne Franks verhaal enigszins overstemden. Daaraan voegt hij toe dat Annes dagboek vooral gaat over het achterhuis en helemaal niet over die laatste zeven maanden van haar leven in de kampen.
Nieuw perspectief
Opmerkelijk is dan ook dat ‘Waar is Anne Frank’ niet stopt waar Annes dagboek dat noodgedwongen wel moest doen, na het verraad in het achterhuis. Dit is een behoorlijk gewaagde keuze, zeker voor een jeugdfilm. Het kostte Folman daarom veel tijd of hij dit project wel wilde aangaan. “Als je het doet dan moet je wel iets nieuws toevoegen aan al de boeken en films die al bestaan over Anne Frank. Daarom heeft in ‘Waar is Anne Frank’ Kitty het vertelperspectief en niet Anne. Kitty is de onzichtbare vriendin van haar en daarom een fantastische mogelijkheid om Annes verhaal met animatie tot leven te brengen. Door animatie te gebruiken breek je tevens de iconografie rondom Anne Frank en wordt ze weer meer mens: intelligent, complex maar ook ontzettend grappig en een beetje gemeen. Ze heeft een heel rond personage, zeer geschikt voor film.” Daarnaast is de toevoeging van de laatste zeven maanden nog niet eerder vertoond op het grote doek, ook niet in de eerste grote Hollywoodverfilming van regisseur George Stevens, ‘The Diary of Anne Frank’ (1959). En dat dit er niet in zit, was feitelijk in opdracht van Otto Frank volgens Folman. “Stevens had die gitzwarte periode wel verfilmd maar vader Frank vroeg het te verwijderen. Voornamelijk omdat het testpubliek hier ontzettend emotioneel op had gereageerd en Otto Frank bang was dat dit de box-office te veel pijn zou doen.” En als laatste wilde Folman een verband leggen tussen Annes verhaal en de Europese immigratie-crisis van 2013-16. Over hoe Folman kwam tot het idee de film te verbinden met immigratiecrisis, zegt de regisseur: “Toen ik het script schreef was de immigrantencrisis in Europa heel relevant. Maar er zijn helaas altijd wel humanitaire rampen, want je ziet nu ook weer hoe tijdens de filmrelease Anne Franks verhaal resoneert met de oorlog in Oekraïne.
De opmerking dat er naast de gewillige opvang van Oekraïense vluchtelingen tegelijkertijd pushbacks van immigranten aan de grenzen van Europa zijn, toont de dubbelzinnige bereidheid van het Westen om vluchtelingen te helpen. Folman meent dat het makkelijker is voor Europeanen om zich te identificeren met mensen uit Oekraïne dan bijvoorbeeld uit Syrië. “Zou Hongarije er nog zo voor openstaan als het niet Oekraïners waren geweest? Sommige mensen kijken terug naar de holocaust en vragen zich af waarom mensen zich niet meer hadden verzet. Maar dat bleek toch niet zo makkelijk te zijn, voor bijna niemand.” Folman vertelt over de Poolse Katholiek Jan Karski uit de Tweede Wereldoorlog. “Via het Poolse verzet lukte het Karski om het verhaal over de Joodse vervolging te vertellen aan Westerse toppolitici, maar kon deze machthebbers er niet toe bewegen om meer in te grijpen. Ze luisterden gewoonweg niet.” Hierdoor is Folman anders gaan denken over weerstand in uiterst complexe crisissen, al vindt het plaats voor je ogen. “Bovendien raken mensen snel afgemat door het constante nieuws over oorlog. Het wordt bijna alledaags, banaal.” Een diepe zucht volgt.
De stripromans: Polonsky en Guberman
Over de relatie van de film en de twee stripromans zegt Folman het volgende: “Ze zijn redelijk innig, maar niet onlosmakelijk verbonden.” Eentje is een adaptatie van het dagboek zelf en heeft hij samen met David Polonsky gerealiseerd tijdens het overtuigen van de distribiteurs dat een animatiefilm commercieel mogelijk is. Polonsky speelde ook een cruciale rol bij de animatie in ‘Waltz with Bashir’ en ‘The Congress’. De tweede striproman is gebaseerd op het script van de film, dus bijna een kopie in stijl en verhaalstructuur, en Lena Guberman was hiervoor grafisch hoofdverantwoordelijk. Volgens Folman was Guberman van onschatbare waarde voor de film. Hij bestempelt haar als een genie. Bovenal heeft Guberman een stijl die heel geschikt is voor animatie: “Zeer plezierig aan het oog, maar meer gestileerd dan realistisch.”
Geen budget maakt verschil
Ietwat lacherig reageert Folman op de observatie dat de animatiestijl van ‘Waar is Anne Frank’ aanzienlijk verschilt met ‘Waltz with Bashir’. “Laten we eerlijk wezen”, begint hij, “‘Waltz with Bashir’ had een budget van 1,5 miljoen dollar en maakten we aan de hand van een gratis software, een simpele techniek om mee te animeren. En dit heeft het toentertijd tot aan de Oscars (genomineerd) geschopt, het was een enorme gok.” Journalisten vroegen Folman toen ook vaak: “Lopen de soldaten zo langzaam omdat ze getraumatiseerd zijn?” “Nee, dat doen ze omdat het budget laag was.” ‘Waar is Anne Frank’ is qua budgettering zo beetje tegenovergesteld aan ‘Waltz with Bashir’. Voor deze productie had het animatieteam de luxe om verschillende stijlen uit te proberen, frame voor frame te animeren en een combinatie van 2D personages en stopmotion achtergronden te ontwikkelen. Met gepaste trots vertelt Folman, “Het achterhuis is aan de hand van miniaturen en stopmotion naar animatie omgezet in Londen door het team achter ‘Fantastic Mr. Fox’ (Wes Anderson, 2009).”
Iedere film is een kind
Qua animatiestijl lijkt ‘The Congress’ veel dichter bij ‘Waar is Anne Frank’ te staan. Folman vindt dat dit wel enigszins klopt. “Het is veel meer gestileerd, staat dichterbij zoiets als ‘Betty Boob’ en ‘Popeye’. Het verhaal gaat over identiteit, over controle en drugsgebruik, dus moet je ook wat vrijer zijn in animatiestijl. Elke film representeert een kind, en ‘The Congress’ is de wilde zoon die altijd rotzooi trapt op school en je iedere dag verrast. Als ik afstand neem, lijkt deze het meest op mij.” Daarnaast lijkt er een overeenkomst tussen ‘The Congress’ en ‘Waar is Anne Frank’ te zijn: de fictionele identiteit die Anne Frank aan de hand van Kitty aanneemt, zie je ook terug bij Robin Wright, de actrice die wordt gedigitaliseerd. Het gaat als het ware om een tweede persona. Folman vindt het een interessante associatie en voegt hieraan toe: “Kitty is het alter ego van Anne Frank en verbeelding is een vorm van escapisme, een manier om te overleven, zeker in haar precaire situatie. Wanneer Kitty uit het achterhuis weg wil, gaat dat eigenlijk over Anne Frank.”
Soldaten als naargeestige goden
Folman zat in een impasse over hoe hij de Duitse soldaten wilde afbeelden in ‘Waar is Anne Frank’. Uiteindelijk vroeg hij zijn moeder advies. Folmans moeder was tijdens de oorlog iets ouder dan Anne Frank en inmiddels 99. “Volgens haar zagen de soldaten er uit als goden, niet als mensen. Ze hadden de perfecte proporties en zagen er prachtig uit. Op de rand van verhongering en de dood zagen zijn oma en andere familieleden de Duitse soldaten als alles wat zij niet waren.” Folman nam deze beschrijving ter harte en vertaalde het naar de film. En als het gaat over de gezichtsuitdrukking van de soldaten, een persoonlijkheid, onthield Folman zich hiervan. “Immers alles wat ik hier zou doen, leverde een moreel standpunt op, dus dan beter geen gezicht.” Zo bezit de afbeelding van de Duitse soldaten een vreemde dubbelzinnigheid. Ze zijn afstotelijk, tegelijkertijd hebben ze een soort aantrekkingskracht.
Verhalen in leven houden
Wat kunnen volwassen halen uit ‘Waar is Anne Frank’? “Allereerst wil ik dat ouders hun kinderen meenemen naar de film. Het is voor kinderen gemaakt, maar het geeft ouderen ook dingen mee.” Bij het maken van de film dacht Folman voornamelijk aan hoe toekomstige generaties Anne Franks beproeving kunnen begrijpen en verder vertellen. “Als de laatste Holocaustoverlevenden verdwenen zijn, wordt het moeilijker voor jongeren om zich in te leven in wat er toen gebeurde. Daarvoor is deze film gemaakt. Jongeren kunnen zich het best identificeren met de emoties van Anne en Kitty. Zo willen we deze verhalen in leven houden.”
Roy van Landschoot