Invisible Ghost (1941)

Regie: Joseph H. Lewis | 66 minuten | horror, misdaad | Acteurs: Bela Lugosi, Polly Ann Young, John McGuire, Clarence Muse, Terry Walker, Betty Compson, Ernie Adams, George Pembroke, Ottola Nesmith, Fred Kelsey, Jack Mulhall

In deze ‘Invisible Ghost’ uit 1941 wordt het verhaal verteld van de goedaardige meneer Kessler wiens vrouw enige jaren geleden hem voor een andere man heeft verlaten. Daarna heeft zij een auto-ongeluk gehad. Kessler gaat er vanuit dat ze bij hem zal terugkomen en houdt de gedachte aan haar levend door zijn butler haar lege plek aan tafel te laten bedienen alsof ze gewoon aanwezig is. Ook praat hij tegen haar denkbeeldige verschijning. Het zijn beelden waaruit blijkt dat Kessler het een en ander niet echt heeft weten te verwerken. Wat hij niet weet is dat zijn vrouw in een verdwaasde toestand door zijn tuinman wordt verzorgd in de kelder van diens vlakbij gelegen schuurtje. Wanneer ze in verwarde toestand nachtelijke wandelingen houdt en Kessler vanuit zijn huis een glimp van haar opvangt, slaat hij geestelijk door en vermoordt leden van zijn huishouding. Misdadige handelingen waarvan hij zich na afloop overigens niets meer weet te herinneren.

Geen uitgangspunten die op de gemiddelde kijker als bepaald geloofwaardig zullen overkomen. Er wordt geen verklaring gegeven voor het handelen van Kessler. Wat is er met de hem aan de hand als hij aan het moorden slaat? Is het hypnose? Een vorm van verstandverbijstering? Tijdens zijn dwaaltochten door zijn landhuis beweegt hij zich als een slaapwandelaar, maar een verklaring voor het hoe of wat wordt niet gegeven. Nog vreemder is dat Kesslers vreemde gedrag al jaren aan de gang is en er inmiddels al een behoorlijk aantal doden onder zijn personeelsleden gevallen zijn. Toch heeft Kessler, ondanks dat zijn merkwaardig gedrag ten aanzien van zijn weggelopen vrouw bekend is, nooit bij iemand onder verdenking gestaan. Ook de steeds weer opdravende politie komt niet veel verder dan Kessler te vragen waarom hij toch zo nodig ook nu weer in zijn landhuis wil blijven wonen.

Naast de onzinnige uitgangspunten maken ook de verdere ontwikkelingen in dit verhaal duidelijk dat het hechten aan de geloofwaardigheid van de gebeurtenissen al snel op een laag pitje kan worden gezet. Veel meer dan een simpel, ongeloofwaardig en kunstmatig tot stand gebracht gebeuren om zich daarin de nodige duistere gebeurtenissen te laten afspelen is het feitelijk niet. Maar daarbinnen heeft deze productie wel het een en ander te bieden. In de eerste plaats door de duistere en onheilspellende sfeer die voorop staat en de spanning die in meerdere scènes wordt opgeroepen, vastgehouden en uitgebouwd. Kessler maakt op zijn strooptochten op vastbesloten en voortvarende wijze diverse slachtoffers. Voor een film uit dit jaartal zonder enige gore vormgegeven, maar toch aansprekend in beeld gebracht. Verder vindt er in een aardig tempo het nodig overig nachtelijk gedwaal van deze en gene plaats, zijn er confrontaties van diverse aard en vinden er de nodige narrow escapes plaats. Dit tegen de achtergrond van verzorgde decors, met een effectief gebruik van de camera en van schaduwen en licht en donker, en met de nodige ondersteunende sfeervolle achtergrondgeluiden als regen en onweer. Verder zijn er wat bedoelde en onbedoelde humoristische ontwikkelingen her en der, en dit draagt ertoe bij dat in deze productie, ondanks het duidelijk low-budget gehalte dat deze film kenmerkt en de tekortkomingen die er in te onderkennen zijn, van verveling in elk geval geen sprake is en dat het zonder veel moeite de aandacht weet vast te houden. Minpunt is wellicht dat de identiteit van de dader in dit verhaal vrij snel wordt prijsgegeven, maar het roept wel weer nieuwsgierigheid op naar het verdere verloop van de gebeurtenissen. Met name ook aangaande hoe lang en op welke manier de doorgeslagen Kessler te midden van de slachtoffers die hij blijft maken boven verdenking van de politie kan blijven staan.

Horrorster Bela Lugosi duikt op als de in de war zijnde Kessler. En ook Lugosi’s verschijning kan de twijfelachtigheden of ongeloofwaardigheden in dit verhaal niet doen vergeten. Maar zijn optreden maakt veel goed, vooral in de scènes waarin hij er de nodige veelzeggende gezichtsuitdrukkingen tegenaan gooit. Iets wat, zoals in diverse van de herhaaldelijk niet al te hoogstaande producties waarin Lugosi voorkomt, effectief bijdraagt aan de kwaliteit van deze productie en aan zowel de dreiging als de verwarring die er in de loop van dit verhaal van Kessler uitgaan. En het roept, ondanks de door hem gepleegde misdaden, ook de nodige sympathie voor Lugosi’s filmpersonage op. Naast Lugosi’s verschijning een glansrol van Clarence Muse als de zich waardig gedragende butler Evans die, geconfronteerd met de zich steeds weer aandienende slachtoffers, het in de loop van de gebeurtenissen ook allemaal niet zo goed meer weet. Verder, hoewel mede door de onlogischheden in het verhaal niet altijd even overtuigend, aardig ondersteunend werk van de overige acteurs. Het meest opvallend zijn Polly Ann Young als Kesslers dochter Virginia en John McGuire in een dubbelrol als de onschuldig geëxecuteerde Ralph Dickson en diens broer Paul. Bepaald minder hoogdravend werk echter van George Pembroke als de incompetente en constant op sigaren kauwende politieman Williams, hoewel zijn gedrag wel in meer of mindere mate bijdraagt aan de humor in dit verhaal.

Al met al maakt het bovenstaande deze ‘Invisible Ghost’ in al zijn onlogischheden en twijfelachtigheid tot een kwalitatief niet bijster hoogstaand of geloofwaardig horrorwerkje. Ook is het duidelijk niet de beste productie waarin Lugosi ooit gespeeld heeft, maar niettemin heeft het voor degenen die niet te zwaar aan het een en ander tillen, voor de liefhebbers van sfeervolle horrorklassiekers en voor de fans van Lugosi genoeg te bieden.

Frans Buitendijk