Io capitano (2023)

Recensie Io capitano CinemagazineRegie: Matteo Garrone | 122 minuten | drama | Acteurs: Seydou Sarr, Moustapha Fall, Issaka Sawadogo, Hichem Yacoubi, Doodou Sagna, Ndeye Khady Sy, Venus Gueye, Oumar Diaw, Joe Lassana, Mamadou Sani, Bamar Kane, Beatrice Gnonko, Flaure B.B. Kabore, Affif Ben Badra, Jackie Zappa

Bij het intense ‘Io Capitano’ toont regisseur Matteo Garrone dezelfde smaak voor het lot van de minderbedeelden, als de Italiaanse neorealistische films in de jaren veertig hadden voor de gewone man en vrouw. Tegelijk zoekt Garrone houvast in mythen en voegt hij een sprankje magisch realisme toe aan een reis met uiterst zware beproevingen.

De zestienjarige vrienden Seydou (Seydou Sarr) en Moussa (Moustapha Fall) willen meer dan hun leven in Dakar. In afgeraagde voetbalshirts van Barcelona en Real Madrid gaan ze nog naar school maar ondertussen sparen ze hard om hun droom, een trip naar het belovende land, te verwezenlijken. Wanneer Seydou dit voorzichtig aan zijn moeder voorlegt, voelt ze zich in de steek gelaten door haar oudste zoon. Moussa vindt het vooral dom dat zijn beste vriend het heeft verteld want veel mensen in hun omgeving zullen nooit begrijpen waarom ze de grote oversteek willen maken. Bovendien willen de tieners juist de familie in Dakar financieel ondersteunen als ze het eenmaal in Europa hebben gemaakt.

Eén woord om Seydou’s en Moussa’s ontsnappingsreis aan hun kabbelend leventje in Dakar te beschrijven is: ontberingen. Redelijk argeloos beginnen de twee aan de grote reis, eentje die de vorm van het vagevuur zal aannemen. Het zal hun confronteren met de woestheid van natuur en het slechtste in de mens. Zo heeft een leugen voor eigen bestwil een verblijf in een gevangenis tot gevolg waar martelkamers tot de standaard behuizing horen. Hoe dichter de jongens bij de oversteek naar Sicilië komen, hoe meer levensbedreigende uitbuiting op de loer ligt.

Toch komen de jongens ook mensen van goede aard tegen. Zo werpt de oudere Martin (Issaka Sawadogo) zich op als vaderfiguur voor Seydou als ze in de gevangenis zitten. Tot later in Napels zeggen ze tegen elkaar als hun wegen eenmaal scheiden. Maar de reis moet nog over de Styx, waar op de gevaarlijke overtocht per boot Seydou dan eindelijk de kapitein vindt.

Dan ben je nog niet eens aan vasteland in fort Europa en heb je dit al voor de kiezen gekregen. Voor veel minder zou je al weigeren (zie ook wat er na aankomst kan gebeuren in ‘Tori et Lokita’ (Dardenne gebroeders, 2023)). Regisseur Matteo Garrone lijkt zich hardop af te vragen of de Europeaan wel bewust is van de beproevingen bij deze zoektocht naar geluk. Het is een beetje alsof hij in je oor schreeuwt: huiver en wees voorzichtiger met oordelen over migratie.

Bijna voel je de ontberingen, alsook de naïviteit, van de tieners, zo dicht zit de camera op hun huid. Af en toe, alsof het een tweede natuur voor Garrone is, neemt de film magische zijpaadjes. Dus, hoewel hij de traditie van het neorealisme eer aandoet, lonkt hij continue naar mythen en sprookjes waarmee hij zijn andere werk doorspekte, zoals ‘Dogman’ (2018). Bij Garrone staan de onvernietigbare oorsprongsverhalen altijd op de waakstand.

Echter wie vertelt hier het verhaal? Wat je ziet zijn de beproevingen van de Seydou’s en Moussa’s vanuit een Garrone’s blik, een Italiaanse filmmaker die verhalen van immigranten verzamelden en een spectaculair podium geeft, met verder zeer weinig context over het aandeel van de bestemming daarin. Kijk hiervoor het nieuws, zou je zeggen. En toch. Bij ‘The Battle of Algiers’ (Gillo Pontecorvo, 1966) kan je deze kanttekening ook plaatsen maar daarin zie je tevens de burelen (en wapens) van de Franse militairen. In ‘Io Capitano’ is European onzichtbaar (achter de camera). Daarom, hoe knap het ook gemaakt is, wat voegt deze film precies toe aan het migratievraagstuk als je het niet hebt over de rol van Europa daarin?

Roy van Landschoot

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 15 februari 2024