Kangaroo Jack (2003)
Regie: David McNally | 89 minuten | komedie, avontuur, misdaad | Acteurs: Jerry O’Connell, Anthony Anderson, Estella Warren, Christopher Walken, Martin Csokas, Dyan Cannon, Michael Shannon, Bill Hunter, David Ngoombujarra, Mark Sellito, Damien Fotiou, Christopher Baker, Ryan Gibson, Denise Roberts, Antonio Vitiello, Mario Di Ienno, Tony Nikolakopoulos, Robert Reid, Shawn Smith, Brian Casey, Emma Jane Fowler, Helen Thomson, John McNeill, Paul Wilson, David Walsman, Lara Cox
Over het algemeen krijgt ‘Kangaroo Jack’ van de meeste critici en op de meeste prominente filmsites en fora geen al te beste beoordeling. Met een Oscarwaardig product hebben we hier inderdaad niet te maken, maar hoe je deze film beoordeelt heeft ook sterk te maken met de verwachtingen die je vooraf koestert en met een zekere mate van inlevingsvermogen. Het verhaaltje is flinterdun, maar desondanks redelijk origineel.
Twee klungelige types, waarvan de ene toevalligerwijs de notoire maffiabaas Sal Maggio (Christopher Walken) als stiefvader heeft, worden er op uit gestuurd om ergens in Australië een pakje met 50.000 dollar af te leveren bij een zekere Mr. Smith. De nogal clichématige plot is niet de enige tekortkoming van deze film. Zo slaan sommige grappen de plank redelijk mis omdat ze gewoon erg flauw zijn of onder de noemer onderbroekenlol geschaard kunnen worden, is het acteerwerk (met name van Estella Warren) niet altijd om over naar huis te schrijven en bevindt de film zich af en toe in een wat ongemakkelijke spagaat tussen kinderfilm en een op een wat ouder publiek (jonge tieners) toegespitste komedie. De kangoeroe, die toch een zeer prominente rol inneemt in de trailer en op de filmposter, is niet de hoofdrolspeler in deze film en krijgt minder screentime dan je zou verwachten. Bovendien is het maar zeer de vraag of de allerjongsten veel kunnen met de verhaallijn die rondom de maffia is opgebouwd en met bepaalde schuine grappen waarvan O’Connell en Anderson zich bedienen. Kortom, de manier waarop de film zich marketingtechnisch presenteert, sluit niet altijd helemaal aan bij de daadwerkelijke inhoud van de prent.
Ondanks deze minpunten heeft ‘Kangaroo Jack’ toch zeker ook zijn positieve kanten. Jerry O’Connell en Anthony Anderson vormen best een aardig duo, en met name de scènes die een hoog slapstickgehalte hebben en bij vlagen doen denken aan het klassieke duo Laurel & Hardy zijn best vermakelijk. De chemie tussen de beide hoofdrolspelers is zeker aanwezig en het is duidelijk dat de twee mannen veel plezier aan hun optreden beleven. Een ander belangrijk pluspunt zijn de computergeanimeerde kangoeroes. De dieren zien er – zowel in stilstaande toestand als al springend door de Australische woestijn – meestal vrij realistisch uit. Het jongere publiek zal zeker genieten van de kuren, de mimiek en de menselijke trekjes van de kangoeroe Jack. Er zijn genoeg voorbeelden van films die grotendeels steunen op computergeanimeerde dieren of monsters die duidelijk inferieur zijn aan de in deze film optredende kangoeroe, maar desondanks een hogere waardering genieten.
De film wordt ondersteund door fraaie beelden van de uitgestrekte Australische outback, mooi in al zijn woestheid en onherbergzaamheid. Kijkers die op zoek zijn naar diepgang, cinematografische haute cuisine of een mysterieus Lynchiaans rollenspel kunnen deze film maar beter overslaan. De kids of volwassenen die zin hebben in een portie luchtig en pretentieloos vermaak zullen echter aan ‘Kangaroo Jack’ best wel het nodige plezier beleven.
Frank Heinen
Waardering: 3
Bioscooprelease: 5 juni 2003