Kaw (2007)
Regie: Sheldon Wilson | 85 minuten | science fiction, horror, thriller | Acteurs: Sean Patrick Flanery, Rod Taylor, Stephen McHattie, Kristin Booth, Megan Park, Ashley Newbrough, Amanda Brugel, John Ralston, Michelle Duquet, Renessa Blitz, Jefferson Brown, Alexander Conti, Sophie Gendron, Gray Powell
Zoals de titel al doet vermoeden spelen vogels in ‘Kaw’ een zeer vooraanstaande rol. Plaats van handeling is een ingeslapen gehucht ergens in de Verenigde Staten, een oord waarin eigenlijk zelden iets opzienbarends of schokkends gebeurt.Ironisch genoeg wordt er uitgerekend op de laatste werkdag van de plaatselijke sheriff Wayne (Sean Patrick Flanery) een verminkt lijk gevonden. Al snel blijkt dat dit het werk is geweest van een stel moordlustige raven.
Verhaaltechnisch volgt ‘Kaw’ hetzelfde stramien als veel horrorfilms. Een kleine dorpsgemeenschap komt onder invloed te staan van een ernstige en vreemde bedreiging en kan- doordat men om de een of andere reden grotendeels of helemaal is afgesneden van de buitenwereld- niet rekenen op hulp van buitenaf. Het gevaar neemt in dit type films meestal de gedaante aan van een buitenaardse levensvorm (‘The Blob’, ‘Invasion of the Bodysnatchers’), een genetisch gemuteerd wezen (‘The Relic’) of dieren (‘Piranha’, ‘Killer Bees’) die op de een of andere manier ineens belust zijn op mensenlevens. Het beste en bekendste voorbeeld van een film waarin de dreiging vanuit de lucht komt in de vorm van zwermen moordlustige vogels is natuurlijk Alfred Hitchcocks klassieker ‘The Birds’ uit 1963. Wie een blik op de plot van ‘Kaw’ werpt zal dan ook ongetwijfeld grote overeenkomsten en parallellen ontdekken tussen deze beide films. De vraag rijst dan ook of ‘Kaw’ een slappe kloon is van de klassieker uit 1963 of er toch nog in slaagt om redelijk origineel te zijn en enigszins boven het maaiveld uit te steken.
De film is zeker niet ontbloot van de nodige pluspunten. Van de hoogintelligente en samenwerkende raven gaat bij vlagen toch wel een tastbare, licht unheimliche dreiging uit. Om het realiteitsgehalte van ‘Kaw’ op een acceptabel peil te houden, hebben de makers getracht om zoveel mogelijk gebruik te maken van echte raven en zo weinig mogelijk hun toevlucht te nemen tot het gebruik van computeranimaties. Dit blijkt een goede beslissing te zijn, want de scènes waarin de zwerm als geheel nadert en die onvermijdelijk met behulp van CGI zijn opgenomen zien er niet altijd even overtuigend uit. Het acteerwerk is voor een film van dit type behoorlijk. Het optreden van Rod Taylor (die ook in ‘The Birds’ zijn opwachting maakt) is een bewuste en vette knipoog van de makers van dit werkje.
Toch is ‘Kaw’ uiteindelijk niet uitgegroeid tot een echt memorabele film. Debet hieraan zijn voornamelijk het op den duur voorspelbare karakter van dit werkje en een aantal hinderlijke ongerijmdheden. De zoveelste ravenaanval zie je op den duur wel aankomen en echt shockerend wordt het, mede door het wat te braaf in beeld brengen van de toch heftige aanvallen, eigenlijk nooit. Vreemd is ook dat de slachtoffers van de raven al binnen enkele minuten (of nog sneller) het loodje leggen, wat nogal onwaarschijnlijk is aangezien de kraaien alleen hun snavels als steekwapens gebruiken. Verder zal het domme gedrag van enkele protagonisten bij veel kijkers soms nogal wat irritatie opwekken. Over het algemeen is ‘Kaw’ een redelijke film die zeker zijn charmes en aardige momenten kent. Of de film echter goed genoeg is om aan het predikaat middelmatige kloon van ‘The Birds’ te ontsnappen, valt ten zeerste te betwijfelen.
Frank Heinen