Kick-Ass (2010)

Regie: Matthew Vaughn | 106 minuten | actie, drama, komedie | Acteurs: Aaron Johnson, Chloe Moretz, Mark Strong, Nicolas Cage, Christopher Mintz-Plasse, Jason Flemyng, Lyndsy Fonseca, Clark Duke, Xander Berkeley, Tamer Hassan, Yancy Butler, Michael Rispoli, Evan Peters, Omari Hardwick, Nelson Frazier Jr., Ashleigh Hubbard, Deborah Twiss, Randall Batinkoff, Katrena Rochell, Adrian Martinez, Melissa Anne Smith, Kofi Natei, Tim Plester, Val Jobara, Kenneth Simmons

Uit de previews, trailers en reclameposters kon je het al opmaken: ‘Kick-Ass’ is alles behalve een gewone superheldenfilm. Deze actiekomedie is dan ook meer een satire op het genre waar het onderdeel van uitmaakt – zoals ‘Hancock’ – dan een regelrechte stripverfilming van veel bekendere helden zoals Batman of Spider-Man. Het verhaal ontbeert echter voldoende coherentie om met (recente) hoogvliegers uit het genre de draak te kunnen steken. Het resultaat van de fantasie van striptekenaar Mark Millar (‘Wanted’) en regisseur Matthew Vaughn (‘Layer Cake’, ‘Stardust’) is namelijk meer een sketchshow dan een volwaardig stripheldenepos, waarin energieke actiestandjes en kinderachtige humor elkaar aflossen.

Kick-Ass, de titulaire ‘held’ van het verhaal, is Dave Lizewski (Aaron Johnson), een doorsnee tiener die besluit dat hij er genoeg van heeft dat mensen op straat altijd maar toekijken wanneer er iemand overvallen of in elkaar geslagen wordt, en zichzelf daarom maar tot superheld transformeert. Hij verzint een passende naam, bestelt een flitsend duikpak en een wapenstok en is klaar voor de strijd. Het enige nadeel: hij heeft geen superkrachten. Of eigenlijk, sowieso geen noemenswaardige krachten. Het enige dat hem bijstaat in zijn misdaadbestrijdende avonturen is het feit dat hij eens overreden is door een auto en dankzij een medische ingreep een hogere pijngrens kent. Zijn technieken om overvallers en andere criminelen te lijf te gaan, bestaan dan ook vooral uit het incasseren van klappen, en minder uit het uitdelen ervan. Tot hij tijdens één van zijn nachtelijke activiteiten door een omstander gefilmd wordt tijdens het gevecht met drie zware jongens en zodoende op YouTube belandt. Een grote stap naar bekendheid, zo blijkt. Al snel heeft hij een uitgebreid online netwerk, waar hij via een mailtje of berichtje in te schakelen is om het onrecht te bestrijden. Geheel op zijn eigen manier.

Één van de potentiële opdrachtgevers voor een klus voor Kick-Ass is klasgenoot en liefdesinteresse Katie (Lyndsy Fonseca), die – bijzonder praktisch – wordt lastig gevallen door een kleinschalige drugsdealer. In de hoop haar hart te winnen gaat Kick-Ass er direct op uit om deze crimineel te vertellen dat hij haar met rust moet laten. Op het strijdtoneel aangekomen leert hij Hit-Girl (Chloe Moretz, die feitelijk de film draagt) en Big Daddy (een heerlijk overdreven Nicolas Cage) kennen, twee veel succesvollere superhelden die erop uit zijn lokale misdaadbaas Frank D’Amico (Mark Strong) ten val te brengen. Vader en dochter zijn, naast de vrienden van Dave, de voornaamste komische noot in het verhaal, door de bijzondere (en verontrustende) band die het tweetal heeft, de dagelijkse ‘superheldentraining’ waar Big Daddy zijn Hit-Girl aan onderwerpt en de combinatie van taalgebruik en vechttechniek waar het jonge meisje zich mee profileert. Van daaruit wordt het steeds gekker met de plot en vooral ook de geloofwaardigheid, wanneer ook de zoon van D’Amico (Christopher Mintz-Plasse) zich als semi-superheld in de verwikkelingen stort. Al is dit natuurlijk niet het type film om over verhaal of realisme te vallen.

Aan het einde van de rit moet je namelijk vooral vaststellen dat het bij uitstek het type film is waarvoor je verstand volledig op nul moet. ‘Kick-Ass’ biedt dan namelijk een hoop vermaak, in zijn onwaarschijnlijke verslaggeving van een stel krankzinnige superhelden die erop uit trekken om de plaatselijke misdaad te bestrijden. Toch komt de film als komedie niet volledig uit de verf. De humor zit namelijk enkel in de actie zelf, en nauwelijks in het verhaal eromheen. Je lacht het hardst wanneer Hit-Girl op fantastische wijze afrekent met een stel zwaarbewapende tegenstanders, of wanneer het in schooluniform uitgedoste meisje een groepje bewakers uitschakelt. Eigenlijk lach je sowieso het hardst als de fabuleuze Hit-Girl in actie is. De scènes die daadwerkelijk de komische lading van de film moeten dragen, missen echter vaak de juiste toon. Het gestuntel van Kick-Ass in zijn eerste pogingen als superheld, de dynamiek met zijn vriendengroep, of het feit dat Katie toenadering zoekt tot Dave omdat ze denkt dat hij homo is. Een hoop cliché geintjes, die je al veel vaker (en meestal beter) gezien hebt. Het maakt van ‘Kick-Ass’ een onevenwichtige sketchshow, waarbij het geslaagde vermaak dat de vaak inventieve actiechoreografie biedt – in combinatie met een snelle, vrolijke soundtrack – wordt afgewisseld met onnodig langdradige scènes met flauwe humor die eigenlijk niet thuishoort in een film die niet geschikt is voor kinderen.

Robert Nijman

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 15 april 2010