Kinshasa Kids (2012)

Regie: Marc-Henri Wajnberg | 85 minuten | drama | Acteurs: Gabi Bolenge, Bebson Elemba, Joël Eziegue, Emmanuel Fakoko, Mickaël Fataki, Gauthier Kiloko, José Mawanda, Sammy Molebe, Joséphine Nsimba Mpongo, Rachel Mwanza, Emmanuel Ndosi El Bas, Django Abdul Bampu Sumbu, Jean Shaka Tshipamba

Tijdens een ritueel dat niet zou misstaan in een horrorfilm, worden jonge Congolese kinderen ‘bevrijd’ van de duivel. Een angstaanjagende voodoopriester bijt de navels van de kinderen open, om ze zo van hun navelstreng te ontdoen. De kinderen die dit gruwelijke lot moeten ondergaan, worden beschuldigd van hekserij. In werkelijkheid worden ze afgewezen door hun stiefmoeders of –vaders, die weigeren te zorgen voor kinderen die ze niet zelf op de wereld gezet hebben. José (José Mawanda) is zo’n jongen die ‘overbodig’ is volgens zijn stiefmoeder. Omdat hij er niet op zit te wachten open gebeten te worden door een voodoopriester, vlucht hij weg. Hij stapt in een overvolle trein richting Kinshasa, waar een leven op straat hem te wachten staat.

José is een van de ruim 25.000 ‘shégués’, straatkinderen die zogenaamd bevangen zouden zijn door boosaardige geesten en daardoor verstoten zijn door hun familie. De kinderen, soms amper zes jaar oud, zoeken elkaar op en proberen samen wat geld bijeen te sprokkelen om van te leven. ’s Nachts liggen ze dicht tegen elkaar aan te slapen tussen de golfplaten. Overdag poetsen ze in de smerige, overvolle straten van Kinshasa schoenen, helpen ze zware ladingen te vervoeren en laten ze zich door de corrupte agenten voor hun karretje spannen. Een uitzichtloos bestaan. Alle kinderen in de door de Belgische filmmaker Marc-Henri Wajnberg geregisseerde film ‘Kinshasa Kids’ (2012) hebben dromen; dat ze ooit naar school kunnen gaan ‘om intelligent te worden’, of om een succesvolle muzikant te worden en op te treden in Europa. We weten dat de kans nagenoeg nihil is dat ze hun dromen kunnen waarmaken. Toch geeft Wajnberg hen een sprankje hoop, door hen muziek te laten maken aan de zijde van de excentrieke Bebson de la Rue (Bebson Elemba) en zijn kleurrijke band. Al is Bebson niet de meest betrouwbare bondgenoot; een optreden met de legendarische Congolese artiest Papa Wemba gaat aan zijn neus voorbij als hij te dronken is om degelijk vervoer te regelen…

‘Kinshasa Kids’ is een bijzondere film, niet in de laatste plaats doordat de scheidslijn tussen documentaire en fictie flinterdun is. Als je goed oplet, zie je dat de gebeurtenissen in scène gezet zijn, maar Wajnberg doet zijn stinkende best om de film er zo veel mogelijk als een documentaire uit te laten zien. Niet alleen met zijn schokkerige handheld camera, maar ook door zo nu en dan iemand ‘There’s a white man filming!’ te laten roepen. Bovendien zijn de belevenissen van de kinderen – van het exorcisme aan het begin van de film tot allerlei vormen van misbruik – zeker niet mals. Op andere momenten, veelal zodra de muziek de boventoon voert, verdwijnt dat realisme en die zwaarmoedigheid naar de achtergrond (met als lichtvoetig hoogtepunt een animatiescène waarin we zien hoe Bebson zijn afspraak met Papa Wemba heeft gemist). Het mag duidelijk zijn; in de ogen van Wajnberg is muziek voor deze kansloze kinderen een uitvlucht die hoop, geluk en saamhorigheid brengt. Magisch hoogtepunt is de scène waarin de kinderen Joséphine (Joséphine Nsimba Mpongo) en haar cello volgen naar een grote hal waar in volle overgave muziek van Mozart gezongen en gemusiceerd wordt.

‘Kinshasa Kids’ is een chaotische film die zich maar moeilijk in een hokje laat stoppen. Een fictieve Congolese straatmusical in documentaire stijl? Dat komt in elk geval nog het meest in de buurt. Kleurrijk, rommelig, confronterend en tegelijkertijd bij vlagen opbeurend. Een film die aantoont dat zelfs in de meest deplorabele omstandigheden, muziek een reddingsboei kan zijn.

Patricia Smagge

‘Kinshasa Kids’ wordt in december 2013 vertoond in het kader van Movies that Matter On Tour 2013.