La ruche (2021)

Recensie La ruche CinemagazineRegie: Christophe Hermans | 81 minuten | drama | Acteurs: Ludivine Sagnier, Sophie Breyer, Mara Taquin, Bonnie Duvauchelle, Tom Vermeir, Romain Guillermic, Arthur Buyssens, Vincent Overath

‘La ruche’ (‘De bijenkorf’) is de eerste langspeelfilm van Christophe Hermans, die sinds 2008 al documentaires maakt. De in het Belgische Namen geboren regisseur wist al jaren dat hij een fictief verhaal naar het witte doek wilde brengen en óók waarover dit moest gaan: de relatie tussen een moeder en haar kinderen. Toen hij op aanraden van zijn producente het boek van Arthur Loustalot las, werd hij erg geraakt door het verhaal over een moeder met een persoonlijkheidsstoornis, die moeite heeft (en er soms ook niets om geeft) haar gezin bij elkaar te houden en besloot hij dit te verfilmen.

Ludivine Sagnier speelt de rol van Alice, moeder van drie dochters en onlangs gescheiden van hun vader. De meisjes – tussen de dertien en twintig jaar oud – hebben voor moeder gekozen en ze wonen met z’n vieren in het goed gevulde apartement. Het lijkt zo’n drukte van komen en gaan in de centrale ruimte, dat je aanvankelijk het idee hebt dat er meer dan vier personen verblijven. De oudste dochter, Marion (Sophie Breyer) werkt als serveerster en bereidt zich voor op een jaar Brazilië. Ze heeft haar eigen vriendenkring, beoefent caipoera, maar het meest bekommert ze zich om haar moeder en zussen. Ze wil ervan verzekerd zijn dat iedereen het naar het zin heeft, door haar moeders bipolaire stoornis zijn de rollen vaak omgedraaid. Deze verantwoordelijkheid – die zich in de loop der tijd heeft opgebouwd – laat onderhand zijn sporen bij haar na.

De middelste dochter, Claire (Mara Taquin), is de meest mysterieuze. Dat ze veel van feesten (en de bijbehorende verdovende middelen) houdt, is wel duidelijk, maar wat ze precies allemaal uitvreet tijdens haar afwezigheid, laat ‘La ruche’ meestal niet zien. Claire is fel en lijkt op een gegeven moment helemaal klaar met de situatie. Het is ook niet makkelijk om de middelste te zijn. Ze moet lijdzaam toezien dat haar oudere zus, tegen wie ze stiekem ook wel opkijkt, het nest gaat verlaten, maar ontbeert de extra liefde die mama voor de junior van het stel voelt.

Die junior, dat is Loulou (Louise), gespeeld door Ludivine Sagniers échte dochter, Bonnie Duvauchelle. We zien haar in de weer met plantjes – een hobby die ze samen met moederlief beoefent, op het schoolplein (als Alice haar wil laten spijbelen om samen een ijsje te gaan eten – wat ze op weldoordachte wijze weigert) en opgetogen als vader op bezoek komt. Het lijkt alsof zij van de drie het meeste hunkert naar een stabiele ouder, maar de gemankeerde ouder-kind-relatie heeft op alle drie de meiden hun nadelige uitwerking. Het gezegde luidt dan misschien wel ‘What doesn’t kill you, makes you stronger’, maar of dat voor deze jonge vrouwen geldt, moet nog maar blijken.

Toch is er ook veel liefde in ‘La ruche’, wat met name naar voren komt in de laatste scènes, als de dochters een brunch hebben voorbereid voor Alice en er herinneringen aan een langgeleden vakantie opgehaald worden. De actrices zijn erg goed, ook de jonge actrices weten zich knap staande te houden naast de doorgewinterde Sagnier. ‘La ruche’ is subtiel, mooi en met veel respect gefilmd en het verhaal kruipt onder je huid. Het is een film die nog wel even blijft hangen en je laat nadenken – zeker in de huidige tijd waar de geestelijke gezondheidszorg zo onder druk staat – over de verschrikkelijke gevolgen van niet (goed) behandelde geestelijke stoornissen.

Monica Meijer

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 21 juli 2022