Len and Company (2015)
Regie: Tim Godsall | 97 minuten | komedie, drama | Acteurs: Rhys Ifans, Juno Temple, Jack Kilmer, Keir Gilchrist, Kathyrn Hahn, Elias Toufexis, Tyler Hynes, Jonathan Potts, Mark O’Brien, Tracey Hoyt, Peter Outerbridge, Matt Baram, Justin Mader, Jenny Raven, Chris Young, Dale Whibley
Rhys Ifans is een eigengereide kerel, dat zat er al vroeg in. Al op relatief jonge leeftijd wijzigde hij zijn achternaam van Evans in Ifans, waarschijnlijk om ook buiten zijn geboorteland Wales de mensen zijn naam op de juiste manier te laten uitspreken. Op de middelbare school bleek hij zich aangetrokken te voelen tot artistieke vakken; toneel, muziek. Een doorbraak bij het grote publiek forceerde hij met zijn rol als Spike, de nietsnutterige (maar zeer geestig uit de hoek komende) huisgenoot van Hugh Grant in de romantische komedie ‘Notting Hill’. Ifans is regisseur Richard Curtis enerzijds zeer dankbaar voor de kans die hij kreeg, anderzijds vervloekt hij hem ook wel eens, omdat hij veel meer kan dan types als Spike neerzetten, maar wel vaak voor dat soort rollen gevraagd wordt. Ifans kwam, vooral in het verleden, nog wel eens negatief in het nieuws, vanwege zijn losbandige levensstijl en zijn haat-liefdeverhouding met de pers. De non-conformistische Welshman leefde lange tijd het leven van een rockster. Niet zo verwonderlijk als je bedenkt dat hij ooit in één huis woonde met Dafydd Ieuan van de psychedelische rockgroep Super Furry Animals en ooit – voordat de groep bekend was – deel van het gezelschap uitmaakte. Toen hij definitief voor een leven als acteur had gekozen, bleek zijn nauwe band met de Britse muziekscene uit rolletjes in videoclips van Oasis, Catatonia, Stereophonics en uiteraard Super Furry Animals.
Ifans is inmiddels de vijftig gepasseerd en lijkt zijn wilde haren een beetje kwijt te raken. De rol van platenproducent Len Black in de film ‘Len and Company’ (2015) is hem op het lijf geschreven. Zijn passie voor muziek wordt erin verbonden met zijn publieke imago van nukkige, weerbarstige egoïst. Als Len inderdaad zo dicht bij zijn ware persoonlijkheid staat als doet vermoeden, dan lijkt het erop dat Ifans wat milder is geworden. Maar daarvoor moet je je wel door een cocon van zelfbescherming heen worstelen. Len Black maakte begin jaren negentig deel uit van een populaire rockgroep en heeft in die tijd alles gedaan wat god verboden heeft. Na verloop van tijd bleek hij meer talent te hebben als producent dan als artiest. Met het opnemen van albums werd hij stinkend rijk. Echt gelukkig was hij niet, zeker niet toen zijn vrouw Bella (Kathryn Hahn) bij hem weg ging omdat ze niet meer tegen zijn drank- en drugsgebruik kon en hun zoon met zich meenam. Inmiddels leeft Len een teruggetrokken bestaan op het platteland en slijt hij zijn dagen het liefst met het luisteren naar oude boeken, het kijken van obscure films en tv-series en het doelloos ronddobberen in zijn vieze zwembad. De enige die hij regelmatig ziet is William (Keir Gilchrist), een jongen uit het nabijgelegen dorp die hem met hand- en spandiensten in en rond het huis helpt.
Maar dan wordt Lens rustig voortkabbelende leventje opgeschrikt door de komst van zijn inmiddels achttienjarige zoon Max (Jack Kilmer). Len heeft zich amper met Max bemoeid de afgelopen jaren, voornamelijk om de jongen te behoeden voor narigheid. Max is opgegroeid tot een brave student. Wat zijn vader echter niet weet is dat hij is gestopt met zijn studie, om al zijn aandacht op zijn bandje te richten. Hij is naar zijn vader gekomen omdat hij hem een demo wil laten luisteren, maar door de afstandelijke houding van zijn vader durft hij dat niet te vragen. Len zit helemaal niet op zijn bezoek te wachten, maar dan komt ook tienersterretje Zoë (Juno Temple) nog langs. Len zette haar als producent op de kaart, maar was op een gegeven moment zo klaar met het ‘wereldje’ dat hij een prestigieuze prijs die hij zou ontvangen voor een album dat hij voor haar had geproduceerd, weigerde aan te nemen. Zoë heeft hem dat uiteraard niet in dank afgenomen, en de twee waren gebrouilleerd, maar ze mist hem als stabiele factor in haar omgeving. En zo zit Len met twee zoals hij het zelf zegt ‘biggetjes’ opgescheept, terwijl hij alleen maar RUST wil.
‘Len and Company’, geregisseerd door Tim Godsall en geschreven door Godsall en Katie Knight, heeft wat tijd nodig om op gang te komen. De film begint met een aantal scènes waarin we Len zien die in zijn auto rijdt, met een koptelefoon op voor zich uit zit te staren en stilletjes in het zwembad drijft. Len die niks doet dus. Pas wanneer de andere personages zijn pad kruisen, gebeurt er wat. Aanvankelijk is Len lastig te peilen; hij gedraagt zich niet bepaald sociaal en zijn zoon negeert hij soms zelfs ronduit. Dit sociaal onaangepaste gedrag is even wennen, maar schetst wel direct dat je met Len krijgt wat je ziet. En dat betekent in elk geval géén vals sentiment! Zodra hij eenmaal ‘los’ is, worden we getrakteerd op enkele hilarische scènes; met name met zijn carrièrepraatje in de klas van William is geniaal! Hoewel de vaderlijke gevoelens uiteindelijk toch worden aangewakkerd, gebeurt dit op een subtiele, geloofwaardige manier. En dat is maar goed ook, omdat het anders stevig had gevloekt met de toon van de film.
Niet iedereen zal sympathie voelen voor Rhys Ifans, maar dat onderstreept alleen maar hoe dicht de rol bij de acteur zelf staat; het is hem er helemaal niet om te doen om zieltjes te winnen. Bovendien grijpt hij aan het einde van de film de mogelijkheid om zijn muzikaliteit te laten horen met beide handen aan. ‘Len and Company’ is een bescheiden, maar oprechte karakterschets waarin Ifans zich als een vis in het water voelt. Met fijne muziek, interessante acteurs en zonder opsmuk!
Patricia Smagge
Waardering: 3
DVD-release: 3 oktober 2017