Lunchbox – Tamamono (2004)

Regie: Shinji Imaoka | 65 minuten | drama, romantiek, thriller | Acteurs: Yumika Hayashi, Mutsuo Yoshioka, Lemon Hanazawa, Ryo Kurihara en Kiyomi Ito

Het grote voordeel van pinkfilms is dat potentieel filmtalent van de producent geld en mogelijkheden krijgt om ervaring op te doen en creatieve ideeën te etaleren. De enige vereiste is namelijk dat er om de circa tien minuten een seksscène voorbijkomt. Hierbuiten wordt de regisseur in kwestie vrij gelaten in zijn invulling van het verhaal en zijn genrekeuze. Hoewel de filmmaker zich dus puur op de seks zou kunnen concentreren en verder geen behoefte hoeft te hebben heeft aan het produceren van enige inhoud, zou deze vrijheid ook kleine meesterwerkjes kunnen opleveren. Nu is hier in het geval van ‘Lunchbox’ niet echt sprake van, maar de film van Shinji Imaoka heeft veel meer te bieden dan je op basis van de poster en de voornaamste doelgroep van het pink genre zou verwachten.

Net als collega Zeze Takahisa bedient Imaoka zich van een rustige toon en heeft hij als protagonist een vrouw een mentale onrust gekozen, die seks gebruikt om regelmaat en haar greep op de realiteit en haar geestelijke gezondheid te behouden. De vrouw in ‘Lunchbox’ heeft nog meer dwangneuroses. Ze bowlt vrijwel iedere dag in opperste concentratie en heeft haar hele kamer ingericht in dit thema, met posters, prijzen, en een altaar gewijd aan de bowlsport. Af en toe komt de zwarte bowlingbal op het altaar zelfs schijnbaar tot leven, en maant haar om strikes te gooien. De laatste neurose is meteen de titelverklaring. Ze is geobsedeerd in haar verzameling en met inhoud voorzien van wegwerp lunchboxjes. Haar hele kast staat er vol mee, en zo gauw ze een (potentiële) vriend aan de haak heeft geslagen, staat ze erop om voor hem iedere dag zo’n lunchboxje te maken voor op kantoor. Dus, wanneer deze jongeman, die niet zeker weet of hij wel een relatie met haar wil – eentje die verder gaat dan seks wel te verstaan – de dag na zijn seksuele escapade op zijn werk verschijnt, ziet hij tot zijn verbazing een goed gevuld lunchtrommeltje in zijn koffertje zitten, eentje met etenswaren die in de vorm van lachende gezichtjes zijn gerangschikt. Het is zijn vrouwelijke collega – die een oogje op hem heeft – duidelijk: hij heeft een vriendin. Maar de jongen ontkent in alle toonaarden, want hij is onzeker over de status van de relatie met zijn pas gevonden minnares. Naast de besproken issues, is het ook een probleem dat ze niet praat – of ze dit niet kan of wil is niet duidelijk – en dat ze mentaal achtergesteld lijkt. Ze klampt zich soms letterlijk aan haar jonge vriend vast, wanneer deze weg wil gaan in een extreme vorm van verlatingsangst.

Het feit dat ze niet praat en dat we haar emoties puur uit haar non-verbale communicatie moeten opmaken, is filmisch interessant omdat er een actieve houding van de kijker wordt verwacht. Ook wordt het nooit helemaal duidelijk wat ze precies denkt en wat voor problemen of oorzaken er achter haar verschillende gedragingen schuilen. Het is een intrigerend personage, en had de basis kunnen zijn voor een psychologisch rijke en dramatisch zeer bevredigende speelfilm, maar er wordt eigenlijk net niet genoeg context en psychologie gegeven. Wel van het niet pratende vrouwelijke hoofdpersonage, maar niet genoeg van de jongen en zijn bewonderaarster op kantoor, die meteen na een potje seks met hem wil trouwen. De hele film hoop je als kijker meegetrokken te worden in de spannende verhoudingen in de film en de persoonlijke problematiek, maar het einde, hoewel zeer zeker boeiend, laat de kijker met iets teveel vraagtekens zitten waardoor de film zijn belofte niet geheel inlost. ‘Lunchbox’ is zeker de moeite waard en wordt niet gehinderd door de frequente seksscènes die zeker in de helft van de gevallen gewoon functioneel zijn. Imaoka’s film laat wederom zien dat de pinkindustrie niet hoeft te worden afgedaan als platte rommel, maar dat het een broedplaats kan zijn voor talent, en al naar gelang de ambities van de filmmaker, zeer zeker interessante werkjes kan opleveren. ”

Bart Rietvink