Mantis in Lace – Lila (1968)

Regie: William Rotsler | 87 minuten | thriller, erotiek, misdaad | Acteurs: Susan Stewart, Steve Vincent, M.K. Evans, Vic Lance, Pat Barrington, Janu Wine, Stuart Lancaster, John Caroll, John LaSalle, Hinton Pope, Bethel Buckalew, Lyn Armondo, Norton Halper, Judith Crane, Cheryl Trepton

‘Mantis in Lace’ is niets meer dan een exploitatiefilm, en nog een behoorlijk saaie ook. De amusante samenvatting ten spijt – die een wilde, psychedelische achtbaanrit belooft à la ‘Fear and Loathing in Las Vegas’, gecombineerd met wat gore en fijn zinloos geweld – is de film slechts een parade van striptease-danseressen die af en toe high worden met behulp van LSD. Zo was de film ook aanvankelijk bedoeld, maar toen bleek dat hij het slecht deed in het seksfilmcircuit en bij de liefhebbers van “tripfilms”, werd er een onzinnig moordplotje aan toegevoegd. Dit heeft tot resultaat dat de kijker met een traag, saai, en te lang durend moordmysterie zit opgescheept, waarin blote borsten belangrijker zijn dan het opbouwen van spanning of het vormgeven van personages.

Naar de omschrijving van de film gekeken, zou dit een doldwaze film moeten zijn die de kijker zelf laat trippen en, in de beste Troma-traditie, laat genieten van veel bloot, slechte smaak, en mutilaties. Maar helaas, afgezien van de opzichtige close-ups en langgerekte shots van borsten of een buikdansende Pat Barrington, wordt deze belofte nergens waargemaakt. Wanneer er net aandacht is besteed aan de moordende Lila en de agenten die haar moeten zien op te sporen, ziet de kijker minutenlange en volkomen gratuite scènes met dansende meisjes. Het tempo ligt sowieso tergend laag, ook tijdens de scènes die ertoe doen en het verhaal moeten voortstuwen. Zo duurt de vrijpartij die vooraf gaat aan Lila’s eerste slachting maar voort en begint de kijker stilaan zijn geduld te verliezen. Terwijl dit niet had gehoeven. Zo zouden de trips die ze ervaart tijdens de seks boeiender en vaker in beeld kunnen zijn gebracht dan nu het geval is. Meestal betreft het saaie beelden van het gezicht van haar minnaar, dat ineens vreemd beschilderd is. Een gemiste kans, aangezien dit toch een visueel element is waarmee een filmmaker helemaal los kan gaan. Slechts af en toe komen er leuke kleurschakeringen of kippengaasstructuren naar voren. Of een hectische, snelle montage tussen gezichten die Lila’s toenemende opwinding of nervositeit. Nu duurt het vooral te lang en gaat het gepaard met eentonige, droog opgelepelde dialoog van Lila, die voortdurend “Wow!” roept terwijl de kijker zich niet met haar kan identificeren. Wanneer de seksscène, tenslotte, nu ook niet bepaald stomend is, verslapt de aandacht onvermijdelijk.

Dit is een ander eigenaardig punt: het tonen van naakt door het hoofdpersonage. Want, terwijl ze in haar club op het podium alles laat zien, wordt er in haar privé-vertrek met minnaars opvallend weggecut wanneer er, tijdens een vrijpartij of striptease-sessie een blote borst in beeld dreigt te komen. Wat dan wel een interessante oplossing is, is om alleen de schaduw van haar lichaam te tonen wanneer ze haar ondergoed uittrekt. Dan ziet de toeschouwer precies wat er gebeurt, en krijgt hij een goed indruk van de vorm van haar lichaam, maar kan hij tegelijkertijd nog voldoende fantaseren. Dit is veel prikkelender en interessanter dan alle blote borstenshots van de gehele film bij elkaar.

Het is een van de weinige boeiende scènes in de film. Een film die totaal geen spanning genereert, aangezien de detectives nauwelijks speurwerk verrichten en ze Lila eigenlijk als bij toeval tegen het bevallige lijf lopen. Ook zijn de moordpartijen vaak knullig gefilmd en onovertuigend in hun uitvoering. Zo is het ongeloofwaardig dat de slachtoffers er niet in slagen aan Lila te ontvluchten, die soms langzaam met haar moordwapen aan komt strompelen of vele trage steken met haar schroevendraaier nodig heeft om haar minnaar te vellen. Genoeg mogelijkheden om haar te overmeesteren. Ook worden de personages niet ontwikkeld en worden ze niet van een achtergrond voorzien. De kijker maalt er dus totaal niet om wat er met ze gebeurt.

De themesong van Lila, die ze tijdens haar privé-stripsessies aanzet, is best aanstekelijk en Lila zelf danst schattig en is aardige eye-candy – net als haar welgevormde vrouwelijke collega’s in de film – maar ‘Mantis in Lace’ heeft bar weinig in zich om aan te bevelen en is met zijn speeltijd van anderhalf uur een erg lange en oninteressante zit.

Bart Rietvink