Maria (2024)
Regie: Pablo Larraín | 124 minuten | drama, biografie | Acteurs: Angelina Jolie, Pierfrancesco Favino, Alba Rohrwacher, Haluk Bilginer, Kodi Smit-McPhee, Stephen Ashfield, Valeria Golino, Caspar Phillipson, Lydia Koniordou, Vincent Macaigne, Aggelina Papadopoulou, Erophilie Panagiotarea, Jörg Westphal, Philipp Droste, Alessandro Bressanello, Paul Spera, Kay Madsen, Lyès Salem, Christophe Favre, Hugo Dillon, Lidia Zelikman Kauders, Toma Hrisztov, Botond Bartus, Rebecka Johnston, Lili Walters, Jeremy Wheeler, János Geréb, Andrew Hefler, Bálint Magyar, Patrick Mccullough, Francis McBurney, Christiana Aloneftis, Miklós Béres, Lorena Santana Somogyi, Tímea Kása, Kembe Sorel, András Sütö, Suzie Kennedy
Met ‘Maria’ heeft de Chileense regisseur Pablo Larraín zijn trilogie over fameuze vrouwen uit de twintigste eeuw, voltooid. Eerder waren er het imponerende ‘Jackie’ (2016) en ‘Spencer’ (2021). Larraín en de hoofdvertolker van Maria Callas, Angelina Jolie, weten de moed en het trieste in haar gouden kooigevecht met een fijn gevoel voor melancholie en venijn te treffen.
In ‘Maria’ richten Larraín en scenarioschrijver Steven Knight, van onder meer “Peaky Blinders” (2013 – 2022) en ‘Spencer’, zich op de winter van de operaster. De camera observeert in strakke kaders hoe de vijftigjarige Callas dwaalt door haar opulente appartement, haar herinneringen en de koortsdromen van de succesjaren. Ook al is het afhankelijk van denkbeeldige afspraken, hoopt Callas nog altijd dat ze het podium weer bestormt om haar engelenstem te delen met het grote publiek. In wezen is die uitgeblust en daarmee ook Callas. De diva wordt nog enkel en alleen overeind gehouden door twee loyale dienaren, de butler Ferruccio (Pierfrancesco Favino) en de huishoudster Bruna (Alba Rohrwacher), beide prachtacteurs om de Amerikaanse ster Jolie tegengewicht te bieden.
Evenals in ‘Jackie’ is er een filmmaker annex journalist, Mandrax (Kodi Smit-McPhee), die rond zijn onderwerp heen zwermt terwijl de vrouw in kwestie in crisis is. Een klassieke haat-liefde verhouding volgt. De zangeres is een spraakwaterval maar weigert ook eenduidig te zijn. Ze danst met plezier rond waar haar legendarische stem zijn oorsprong heeft. In ieder geval uit grote pijn, zegt ze. Callas meent dat de echte goede zangers niet zonder kunnen. Ergens moet het lichaam immers die vele emotionele tonen vandaan halen. Zelf vermijdt ze het liefst dokters, ook al zou dat misschien de kans kunnen vergroten op een comeback.
En net als bij ‘Last Days’ (Gus van Sant, 2005), over de laatste dagen van Kurt Cobain, weet je al vanaf het begin dat een tragedie in de sterren staat geschreven. Als de Grieks-Amerikaanse weer probeert te zingen, stort haar hele wezen haast ineen. Sterker nog, ze kan haar jongere ik op plaat ook niet meer bijbenen. Zo zit je met Callas gevangen in haar hoofd en haar fragiele lichaam waar de machtige stem van toen ergens huist maar geen thuis meer geeft. Het continue laten verzetten van de vleugelpiano door butler Ferruccio blijkt een absurde afleiding van het feit dat ze de stem uit de zomer van haar carrière niet meer kan opbrengen. De onmetelijke pijn die de krachtmotor was voor haar legendarische operarollen, is zo langzaamaan de motor achter de fysieke en geestelijk ondergang van Callas geworden.
Binnen de trilogie is er een ietwat pikante link tussen ‘Jackie’ en ‘Maria’. Beide vrouwen waren geliefden van Aristoteles Onassis, een ultra rijke Griek-Argentijnse zakenman. Ook maakt de Kennedy uit ‘Jackie’ een korte cameo die nogmaals een gedeeld thema vet onderstreept. Alle hoofdpersonages in de trilogie worstelen met mannen die macht en tradities gebruiken als wapens om anderen te onderwerpen aan hun verlangens. Hiervan droegen Jackie Kennedy (later Onassis), prinses Diana en Maria Callas levenslang littekens.
Geheel in de trant van de lijdende kunstenaar lijkt Callas in de winter van het leven tegelijk op haar meest decadent (er zijn ook aanwijzingen dat ze bijna alle realiteitszin aan het verliezen is). De film en het scenario varen dan ook op het idee dat de kunstenaar moet lijden voor de kunst. Als je daar minder mee hebt dan kan het wel eens een lange zit zijn. Gelukkig is er altijd nog de stem van Callas uit het verleden die het heden nog steeds kippenvel bezorgt.
Roy van Landschoot
Waardering: 3.5
Speciale vertoning: IFFR 2025
Bioscooprelease: 13 februari 2025