Mio fratello è figlio unico (2007)
Regie: Daniele Luchetti | 108 minuten | drama | Acteurs: Elio Germano, Riccardo Scamarcio, Angela Finocchiaro, Luca Zingaretti, Anna Bonaiuto, Massimo Popolizio, Ascanio Celestini, Diane Fleri, Alba Rohrwacher, Vittorio Emanuele Propizio, Claudio Botosso, Antonino Bruschetta
Net als ‘Romanzo criminale’ en ‘La meglio gioventú’ is ‘Mio fratello è figlio unico’ geschreven door Stefano Rulli en Sandro Petraglia. Al deze drie films hebben gemeen dat ze persoonlijke, intieme verhalen volgen in een grotere historisch-politieke context in Italië. Alleen ‘La Meglio Gioventú’ slaagt er eigenlijk optimaal in om zowel deze context als de persoonlijke verhalen die zich tegen deze achtergrond afspelen, op bevredigende wijze te vertellen. Wellicht dat dit te maken heeft met de astronomische speelduur van deze film. In een zes uur durend epos kun je nu eenmaal meer en beter aandacht besteden aan de verschillende componenten van het verhaal dan in een film van een kleine twee uur. Het is erg ambitieus om een dergelijke aanpak voor films met een standaardspeelduur te gebruiken en zowel ‘Romanzo criminale’ als ‘Mio fratello è figlio unico’ slagen er dan ook niet volkomen in hun brede doelstellingen te verwezenlijken, hoe sterk ze technisch gezien en op hun eigen specifieke gebieden ook in elkaar zitten.
Waar in ‘Romanzo criminale’ het vooral de grotere politieke context is die de film boven water houdt, is het in Daniele Luchetti’s ‘Mio fratello’ juist de intieme familieband die de film tot een bovengemiddeld drama maakt. Een band die uiteraard lang niet zo goed zou werken zonder het uitstekende acteerwerk van de hoofdrolspelers. Met name Elio Germano, die ook in ‘Romanzo criminale’ speelde, maakt indruk als de rebelse Accio die zich, betrekkelijk kortstondig, laat verleiden tot het fascisme.
Net als in Ken Loach’ ‘The Wind That Shakes the Barley’ komen hier twee broers lijnrecht tegenover elkaar te staan in hun politieke denkbeelden, maar in tegenstelling tot in die film levert het hier niet noodzakelijkerwijs onverzoenbare en destructieve situatie op, wat de film een onverwachte, spannende dimensie geeft. Hoe kunnen twee zoons met zulke verschillende denkbeelden binnen het gezin blijven functioneren? Interessant is ook hoe Francesca, de vriendin en partijgenoot van communist Manrico, het net zo goed – misschien nog wel beter – met zijn broer Accio kan vinden, ook al krijgen ze in hun politieke discussies altijd ruzie. Het is een interessante relatie, die laat zien dat politieke verschillen niet alles hoeven te overheersen. Francesca verklaart zelfs te genieten van hun kleine ruzies.
Natuurlijk is het de vraag of deze speelse relatie lang goed had kunnen blijven gaan als Accio echt met volle overtuiging zijn politieke medestanders zou hebben gevolgd. Het lijkt meer een daad van rebellie en Accio blijkt vrij moeiteloos afscheid te kunnen nemen van zijn fascistische broeders. Hoewel dit weer eens wat anders is dan de gangbare representatie van fascisten in films, haalt het ook de angel uit deze specifieke context. Zowel de wijze waarop Accio zich aansluit bij de fascisten als de manier waarop hij weer weggaat, wordt nauwelijks gemotiveerd. Ook komt er weinig verhelderends of diepzinnigs naar voren met betrekking tot de machinaties en filosofieën van de partij, wat een beetje jammer is. Het wordt niet echt tastbaar gemaakt wat de aantrekkingskracht is van deze partij voor jongens als Accio.
Toch is de intimiteit van het verhaal van de twee broers, de driehoeksverhouding die ze vormen met Francesca, en de persoonlijke groei van Accio meer dan genoeg om de kijker voortdurend in de gebeurtenissen op het scherm geïnteresseerd te houden en is de populariteit van ‘Mio fratello è figlio unico’, de film sleepte Donatello’s – Italiaanse Oscars – in de wacht, goed te begrijpen. Ook al zijn sommige plotmomenten of achtergronden haastig of beperkt uitgewerkt, Elio Germano slaagt er goed in de kijker emotioneel aan de film te binden. Luchetti geeft zijn acteurs dan ook goed de ruimte, waardoor deze de kijker het verhaal in trekken en in hun personages laten geloven.
Bart Rietvink
Waardering: 3.5
Bioscooprelease: 31 januari 2008