Miss Firecracker (1989)

Regie: Thomas Schlamme | 102 minuten | komedie | Acteurs: Holly Hunter, Mary Steenburgen, Tim Robbins, Alfre Woodard, Scott Glenn, Veanne Cox, Ann Wedgeworth, Trey Wilson, Amy Wright, Kathleen Chalfant, Robert Fieldsteel, Greg Germann, Avril Gentles, Bert Remsen, Angela Turner

De ontelbare miss-verkiezingen in de Verenigde Staten zijn op zichzelf al hoogst vermakelijk, schrijnend en lachwekkend. Voor documentaires en speelfilms zijn zij dan ook een dankbaar onderwerp, wat geleid heeft tot hilarische hoogtepunten als de mockumentary ‘Drop Dead Gorgeous’ (1999). Net als Kirsten Dunst in voornoemde film is Holly Hunter in ‘Miss Firecracker’ vastbesloten een miss-verkiezing te winnen. Hunters personage Carnelle is echter een tragisch geval, een echte ‘loser’ zonder baan, zonder ouders en zonder zelfvertrouwen. Al jarenlang wil ze meedoen aan de wedstrijd en als ze zich dan eindelijk werkelijk opgeeft wordt ze door vriend en vijand – al dan niet achter haar rug om – uitgelachen. Gestoorde maar filosofische neef Delmount vindt miss-verkiezingen sowieso bespottelijk en populaire nicht Elain gunt haar pleegzusje de titel – die zij ooit bezat – niet. Gelukkig staan de naïeve kleermaakster Popeye Jackson (Alfre Woodard) en de immer hoestende geliefde Mac Sam nog achter Carnelle. Een grote kans maakt ze echter niet.

Op ‘Miss Firecracker’ wordt wat gemakkelijk het labeltje ‘komedie’ geplakt. Er zijn dan wel degelijk vele komische elementen aanwezig: absurde personages (vaak tegen het karikaturale aan), het grappige onderwerp van een onzinnige lokale miss-verkiezing en de nodige voorspelbare romantische ontwikkelingen. Maar bij het kijken naar ‘Miss Firecracker’ krijg je vaker een behoefte om te huilen dan om te lachen. Carnelle mag dan een beetje dom (“They say we’re all gonna die someday; I believe it too”) en een beetje gek in de kop zijn, ze is ook tegelijkertijd sympathiek en zielig. In haar kleine stadje staat ze bekend als een slet, ze heeft geen uitzicht op wat voor carrière dan ook en staat op het punt het huis waarin ze woont te verliezen aan een stinkend rijke dame. Je moet wel erg van leedvermaak houden om daar om te gaan lachen. Bovendien laat Holly Hunter met verve zien hoeveel hoop Carnelle nog heeft om haar nietige doel te bereiken. Die hoop te zien breken is ‘drama’-waardig.

Niet alleen Hunter speelt goed (zoals we van haar gewend zijn uit onder andere ‘The Piano’ (1993) en ‘The Big White’ (2005)), ook Steenburgen, Robbins en Woodard zetten overtuigende personages neer, al blijven die personages wat aan de vlakke kant. Pogingen om een wat diepgaander familiedrama te schetsen, en daarmee het gedrag van neef en nicht begrijpelijk te maken, verzanden in clichés als ‘mama was gemeen’ en ‘Delmount heeft veel nachtmerries’. Waar die nachtmerries over gaan kom je niet te weten, net zoals de gemeenheid van mama niet gespecificeerd wordt. Regisseur Schlamme lijkt zo niet te kunnen kiezen tussen komedie en drama, terwijl met enkele kleine aanpassingen het genre ‘zwarte komedie’ goed van toepassing had kunnen zijn.

Desondanks is het juist de combinatie van vreemde personages en pijnlijke situaties die ‘Miss Firecracker’ zo boeiend maakt. De film brengt zowel een vermakelijke parodie van een missverkiezing als een geloofwaardig en hartverscheurend verhaal van een meisje met een bescheiden doch onbereikbare ambitie.

Emy Koopman