Oasis – Supersonic (2016)

Regie: Mat Whitecross | 122 minuten | muziek, documentaire | Met: Liam Gallagher, Noel Gallager, Paul Arthurs, Paul McGuigan, Peggy Gallagher, Alan McGee, Tony McCarroll, Marcus Russell

Nooit zullen ze nog samen muziek maken, zo beweren de gebroeders Noel en Liam Gallagher bij hoog en laag. Door onderlinge ruzies uit elkaar gedreven, zoeken de broers tegenwoordig los van elkaar hun weg. Voor de trouwe liefhebber resteert het beluisteren van hun oude albums, vol klassieke en tijdloze hits als ‘Life Forever’, ‘Wonderwall’ en ‘Don’t Look Back in Anger’. En nu, 22 jaar na het uitkomen van hun eerste album (‘Definitely Maybe’) en zeven jaar na het uiteenvallen van de band, verschijnt documentaire annex treurdicht ‘Supersonic’. De aanleiding voor het verschijnen van ‘Supersonic’, na al die jaren, wordt niet geheel duidelijk. Het zal er mee te maken kunnen hebben dat de betrokkenen van toen, inclusief de Kaïn en Abel van de popmuziek zelf, hun medewerking hebben verleend. Er zitten daardoor echter wel wat haken en ogen aan de film.

‘Supersonic’, zowel verwijzend naar één van hun eerste singles als hun snelle opkomst in het popcircuit, volgt de chronologische opkomst van de band tot het moment dat ze, drie jaar na oprichting, voor een kwart miljoen mensen op een festivalweide mogen spelen. Eén van de absolute hoogtepunten voor het vijftal. De jaren ervoor zijn een strijd geweest. Tegen de publieke opinie maar net zo vaak tegen zichzelf. Veel van die momenten zijn met camera’s vastgelegd. Het toont maar dat het maken van filmbeelden in de jaren negentig voor een ieder gemeengoed werd. Wat er met die beelden gedaan wordt, is echter wel van belang.

De talrijke beelden zijn rap achter elkaar gemonteerd. Daarbij wordt eveneens gebruik gemaakt van animaties (over die beelden heen) en van gemaakte én echtbestaande krantenkoppen. Door die drukte wil de documentaire nooit helemaal esthetisch worden. Het rommelige karakter van ‘Supersonic’ is typerend voor televisie- of Youtube-documentaires. Op het grote bioscoopscherm heeft de film daardoor weinig meerwaarde. Dat komt mede door de manier waarop de film van achtergrond is voorzien. Hoewel interessant zijn de terugblikken die aan de geluidsband zijn toegevoegd ook wat statisch. Bovendien krijgt ‘Supersonic’ door al die archiefbeelden nauwelijks zijn eigen stem. De film ontstijgt als gevolg nergens het niveau van de liefdevolle ode. Sympathiek, maar niet bijzonder. Daarbij is het de vraag wat het waarheidsgehalte van de herinneringen na al die jaren is.

Oasis stond bekend om zijn grootspraak. Zo opperde de band ooit dat ze groter dan God waren, appellerend aan de ‘groter dan Jezus’-opmerking van John Lennon. Die openhartige pocherij is decennia later nog altijd intact. Emotionele momenten worden met sarcastische humor weggewuifd. Echt inzicht in hun motivaties of karakters krijgt de toeschouwer daardoor niet. De vraag waarom de twee broers, boegleden van de band, na verloop van tijd niet meer door één deur konden, wordt te makkelijk verklaard met de opmerking dat twee kapiteins op één schip niet samen de dienst kunnen uitmaken. Daar had meer ingezeten. Ook de andere bandleden komen er bekaaid vanaf. Enigszins begrijpelijk, maar in een documentaire van twee uur ook wat onterend.

Doordat de mooie herinneringen de boventoon voeren, worden er in ‘Supersonic’ weinig kritische noten gekraakt. Dat terwijl de band na de succesvolle eerste twee albums nooit meer hun niveau hebben kunnen evenaren. Laat staan verbeteren. De vraag waarom het met Oasis is misgegaan, is wellicht nog interessanter dan de vraag hoe ze tot hun grootste prestaties kwamen. Helaas komt die eerste vraag in ‘Supersonic’ gewoonweg te weinig aan bod.

Wouter Los

Waardering: 2

Bioscooprelease: 6 oktober 2016