One, Two, Three (1961)

Regie: Billy Wilder | 105 minuten | komedie | Acteurs: James Cagney, Horst Buchholz, Pamela Tiffin, Arlene Francis, Howard St. John, Hanns Lothar, Leon Askin, Ralf Wolter, Karl Lieffen, Hubert von Meyerinck, Loïs Bolton, Peter Capell, Til Kiwe, Henning Schlüter, Karl Ludwig Lindt, Liselotte ‘Lilo’ Pulver

In de tweede helft van de twintigste eeuw is de wereld decennialang gebukt gegaan onder de Koude Oorlog. Na de Tweede Wereldoorlog ontstond er een tweedeling; het kapitalistische westen stond onder de invloedssfeer van de Verenigde Staten, terwijl het communistische Oostblok geleid werd vanuit de Sovjet-Unie. De stad Berlijn bevond zich in de unieke positie dat het een kapitalistisch en een communistisch deel had, dat was zo bepaald na de oorlog. Maar omdat veel jonge, hoogopgeleide mensen het oosten verlieten en hun geluk in het westen gingen beproeven, werd in 1961 besloten een muur te bouwen. De Oost-Berlijners raakten zo meer en meer afgesloten van de buitenwereld. Enkele weken voordat de muur werd gebouwd, nam de van oorsprong Duitse regisseur Billy Wilder de film ‘One, Two, Three’ op in het grensgebied. Een film die als een van de eerste kritiek geeft op de hele situatie en zowel het kapitalistische Amerika als het communistische Sovjetbolwerk te kijk zet.

‘One, Two, Three’ speelt eveneens in 1961. C.R. MacNamara (James Cagney) is het hoofd van de West-Duitse tak van The Coca Cola Company (het colamerk is natuurlijk een van de schoolvoorbeelden van de kapitalistische expansiedrift). In die tijd was er nog verkeer mogelijk tussen Oost- en West-Berlijn, al waren de grenswachten wel achterdochtig. MacNamara hoopt vurig op promotie; hij zou graag het hoofd worden van de complete Europese tak van het bedrijf en zich in Londen vestigen. Op een dag biedt zich een uitstekende mogelijkheid aan om zijn baas te paaien. Deze Wendell P. Hazeltine (Howard St. John) vraagt hem namelijk om op zijn dochter, die voor een tijdje in Europa zit, te passen. Tegen zijn zin, maar met het oog op die aantrekkelijke promotie, stemt hij toe. Maar de jonge Scarlett (Pamela Tiffin) blijkt een oliedom ongeleid projectiel te zijn. Bovendien valt ze voor iedere vent die zich aan haar aanbiedt. Nauwelijks een dag vóór Hazeltine zelf naar Berlijn komt om Scarlett weer op te pikken, blijkt ze hals over kop te zijn getrouwd met de Oost-Berlijnse communist Otto Piffl (Horst Buchholz). En ze blijkt nog zwanger van hem te zijn ook! MacNamara heeft nog maar enkele uren de tijd om de idealistische jongeman om te toveren tot een voorbeeldige kapitalist waar diens toekomstige schoonvader trots op kan zijn.

Wilder baseerde het scenario, dat hij met I.A.L. Diamond schreef, op een obscuur toneelstuk van Ferenc Molnár. Eigenlijk was de film toen hij in première ging al achterhaald, omdat de Berlijnse Muur de samenleving drastisch beïnvloedde. Was er in het Berlijn van ‘One, Two, Three’ nog sprake van enigszins vreedzaam naast elkaar leven, na de komst van de muur was daarvan absoluut geen sprake meer. De film was geen groot succes, waarschijnlijk omdat Wilder niet duidelijk stelling neemt tégen de communisten. In plaats daarvan neemt hij alle heersende politieke ideologieën van die tijd op de hak. Niet alleen de Russen, ook de Amerikanen komen er niet ongeschonden vanaf. Zeer gewaagd voor die tijd, maar wie anders dan Wilder durfde het aan zo’n film te maken. Een soortgelijk thema wordt aangekaart in ‘Ninotchka’ (1939), de film van Ernst Lubitsch, waarvoor Wilder het scenario schreef. Het grote verschil met die film is het razendsnelle tempo waarmee ‘One, Two, Three’ zich ontvouwt. Zelfs anno 2007 moet je even bijkomen van het spervuur aan oneliners, slapstick en regelrechte nonsens dat je te verwerken krijgt. Wie te lang moet lachen om de ene grap, mist prompt vier andere. De film wordt zo een ware uitputtingsslag…

De motor van de film is de legendarische acteur James Cagney. In de jaren dertig en veertig was hij vooral bekend als meedogenloze gangster in films als ‘Angels with Dirty Faces’ (1938) en ‘White Heat’ (1949). Maar Cagney was veelzijdig en kon met gemak een razendsnelle komedie dragen, al heb je tijdens het kijken naar ‘One, Two, Three’ constant de vrees dat de zestigplusser een hartaanval zal krijgen. Cagney zou na deze film een pauze van twintig jaar inlassen, waarin hij niets met acteren te maken wilde hebben. Pas in de jaren tachtig zou hij nog eenmaal op het witte doek opduiken, in de film ‘Ragtime’. Als tegenspeler kreeg hij te maken met de jonge Duitse acteur Horst Buchholz, die in eigen land al enige tijd een gevierd acteur was en ook in de VS door zou breken. Hij overtuigt als de idealistische Otto. Verder zien we Pamela Tiffin als de naïeve southern belle Scarlett, Arlene Francis als de cynische mevrouw MacNamara en Hanns Lothar als de oerdegelijke en uitermate gehoorzame assistent van MacNamara. De uitbundige score van André Previn en de voor een Oscar genomineerde cinematografie van Daniel L. Fapp (‘West Side Story’) zijn zeker een meerwaarde voor de film.

Even rustig gaan zitten om ‘One, Two, Three’ te kijken is er niet bij; het moordende tempo bepaalt alles. De film duurt ‘slechts’ 105 minuten, maar vanwege de snelheid waarmee de grappen op de kijker worden afgevuurd lijkt het veel langer te duren, omdat je geen tijd krijgt om ze op je in te laten werken. Het effect van de grap is dan helaas vaak weg. Gelukkig is het altijd een feest om naar filmlegende James Cagney te kijken en ook het thema van de film is – hoewel gedateerd – interessant. ‘One, Two, Three’ is een heftige kijkervaring maar Wilder haalt er helaas niet alles uit dat erin had gezeten. Waarschijnlijk is dit een ware eye-opener voor mensen die durven te beweren dat zwart-witfilms traag zijn!

Patricia Smagge

Waardering: 3