Paul (2011)

Regie: Gregg Motola | 104 minuten | komedie, science fiction | Acteurs: Simon Pegg, Nick Frost, Seth Rogen, Jason Bateman, Sigourney Weaver, Jane Lynch, Kristen Wiig, Bill Hader, Blythe Danner, Jeffrey Tambor, David Koechner, Jesse Plemons, John Carroll Lynch, Joe Lo Truglio, Mia Stallard, Steven Spielberg    

‘Fly-over country’ wordt het gebied tussen New York en Californië weleens genoemd. Dit om gekscherend aan te duiden dat je er als city slicker niets te zoeken hebt. De twee Engelse dertigers, wannabe tekenaar Graeme Willy (Simon Pegg) en wannabe schrijver Clive Gollings (Nick Frost) zouden die uitdrukking heel anders interpreteren: voor hen is ‘fly-over country’ het gebied waar de vliegende schotels heersen. De twee vrienden zelf vlogen naar de Verenigde Staten voor een geeky bedevaart langs lokaties waar de mens ooit in contact zou zijn gekomen met UFO’s en buitenaardse wezens, zoals Area 51, Roswell en een zekere zwarte postbus (die niet zwart is). Welnu, Graeme en Clive krijgen meer dan ze ooit hadden kunnen wensen: ze krijgen Paul.

Graeme en Clive tuffen tegen het vallen van de avond met hun megacamper over een eindeloze weg, als Paul letterlijk hun leven binnencrasht – diens overhaaste auto slaat over de kop. Al snel worden de stofwolken vervangen voor sigarettenrook en de sonore stem van Seth Rogen. Tevoorschijn stapt, ongedeerd, een kaal, iel wezentje met een heel groot hoofd. Paul is het ultieme buitenaardse wezen, hij ziet er precies zo uit als ons al decennialang wordt voorgehouden. Zij het dat hij in woord, daad en gevoel voor humor opvallend menselijk blijkt. Graeme reageert verbouwereerd, Clive valt flauw en leegt zijn blaas. Maar daar heeft Paul geen tijd voor: na zestig jaar op een geheime militaire basis te hebben gewoond, waar hij zich onder andere anoniem nuttig maakte als Hollywood-adviseur, heeft Paul er schoon genoeg van. Hij wil terug naar huis. Daarvoor moet hij wel eerst afrekenen met de mannen in het zwart die hem achternazitten: special agent Zoil (Jason Bateman), onverbiddelijk serieus, en zijn hulppieten Haggard en O’Reilly, die hun diensten opleuken met verstoppertje. Achter de schermen omklemt The Big Guy, met haar stem van zoetgevooisd looizuur, alle touwtjes. Graeme, Paul en uiteindelijk ook Clive zetten zich schrap voor een razende asfaltexpeditie door wat ooit het Wilde Westen werd genoemd.

‘Paul’ bestaat uit een gezelschap van meer en minder zonderlinge types, waarin de grootste zonderling, Paul zelf, misschien nog wel de meest menselijke is. In dit ensemble schuilt de kracht – beter gezegd: de humor – van deze film. Aanstekelijk is de verkneukeling van rossige Graeme en bollige Clive (“It’s not fat, it’s power.”) als zij zich op hun hotelkamer, in knusse badjassen, realiseren dat ze toch nu maar mooi hun jongensdroom vervullen. Je lijdt mee als Graeme niet van zijn alien-sorbet-met-parapluutje durft te genieten, omdat ongeschoren bullebakken hem grimassend aanstaren. Getweeën vormen ze een kleine ode aan de mannen die eigenlijk liever jongens zouden zijn, jongens met hobbies, met fantasieën over vrouwen met drie tieten, over orken, trollen of – waarom niet? – modelbouwtreintjes en ontvoeringen tot aan de rand van de Melkweg. Waar ze zich zullen verdedigen met hun magische samoeraizwaard. Zelfs de koud geschoren antagonisten in deze film, in hun plechtige grotemensenpakken, kunnen niet voor zich houden dat ze eigenlijk vooral spelen dat ze groot, sterk, geslepen en volwassen zijn. Centrum van de film is de ronkende kampeerwagen, een evolutionair verantwoorde ‘Beagle Traveller’, waarin naast Graeme, Clive en Paul op zeker moment ook de vrome, eenogige, fanatiek Christelijke Ruth (Kristen Wiig) plaatsneemt: “Blasphemy!”, antwoordt Ruth op alles dat riekt naar Darwinisme. Maar ‘Paul’ is een film waarin het bestaan van UFO’s en aliens een stuk meer voor zich spreekt dan het bestaan van God. Waarin humorloze Christenen zich bekeren, de lol van fuck, piss en ass ontdekken, en dan figuurlijk én letterlijk pas leren zien welke mogelijkheden de wereld hen biedt.

‘Paul’ zelf maakt net niet alle mogelijkheden en verwachtingen waar. Alles klopt, alles is overdacht, maar een onweerstaanbare komedie trekt je uit je stoel en zet je na afloop met klitten in je haar weer terug. Daarin slaagt ‘Paul’ net niet. Zo wordt de vloek van de reli-babe met elke herhaling iets minder grappig. En hoe soepel Seth Rogens stem ook is, Pauls hoekige houterigheid maakt het lastig om te vergeten dat je naar een uit pixels opgebouwde ‘immigrant’ kijkt. Al zullen fans van het stop-motion-werk van Ray Harryhausen ook daar de charme wel van inzien. Al met al is ‘Paul’ een veelbelovende film, en dat is-ie aan het eind nog steeds.

Martijn Laman

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 14 april 2011