Piccolo corpo (2021)
Regie: Laura Samani | 89 minuten | drama | Acteurs: Celeste Cescutti, Ondina Quadri
‘Zal ik haar nog zien?’ vraagt Agata, de hoofdrolspeelster in ‘Piccolo corpo’ (2021) aan een priester. De vraag gaat over haar doodgeboren dochtertje, die, omdat ze haar eerste ademtocht nog niet heeft genomen, geen naam mag dragen en daarom niet gedoopt kan worden. Ongedoopte kinderen gaan niet naar de hemel, zo luidt het dogma, maar moeten eeuwig rondzwerven in het voorgeborchte. Het antwoord van de priester luidt dus van ‘nee’, Agata zal, ook na haar eigen dood, haar dochtertje niet terugzien.
Hiermee is wat Agata betreft de kous niet af. Na negen maanden het kind in haar buik te hebben gedragen, bindt ze het nu in een kistje op haar rug en gaat op reis door het landschap van de regio Friuli-Venezia Giulia naar een onofficieel heiligdom in de Dolomieten. In een zogenaamd respijtkapel of sanctuaire à répit kan het dode lichaam van een kind, voor een kort moment, tot leven gewekt worden voor een eerste ademhaling, waarna het gedoopt kan worden.
Zo’n toevluchtsoord voor wanhopige ouders, waar een moment van uitstel van de dood kan worden aangevraagd, zijn geen bedenksel van debuterend regisseuse Laura Samani, maar waren sinds de middeleeuwen vrij gebruikelijk in Europa. En zelfs in 1900, het jaar waarin het verhaal van ‘Piccolo corpo’ zich afspeelt, waren ze nog steeds te vinden in Frankrijk en het noorden van Italië.
Het waren de vaders die een bedevaartstocht naar deze respijtkapellen ondernamen, reizen was een gevaarlijke onderneming, vooral voor een vrouw alleen. Maar Samani kiest juist voor een vrouwelijk perspectief. Mannen spelen een secundaire rol in het verhaal; ze vertegenwoordigen eerder een passieve en conservatieve kracht. Zo legt Agata’s echtgenoot zich berustend neer bij de dood van zijn dochtertje, blijft ook de priester stoïcijns, en nemen een groep mannen Agata, die immers zonder echtgenoot op pad is en daarom verdacht is, gevangen om haar te verkopen als min (vanwege de moedermelk).
Daarentegen ontmoet ze op haar reis een stoere vrouw die aan het hoofd staat van een roversbende en haar bevrijdt. Wordt ze medisch verzorgd door wijze kruidenvrouwtjes (weliswaar inruil voor een groot stuk van haar haar). En ook Lynx, de jongensachtige maar behulpzame reisgezel en gids van Agata, blijkt een vrouw te zijn. Veelzeggend is dat de vader van Lynx niet in beeld komt, maar dat we hem alleen horen schreeuwen, dat hij zijn dochter (Lynx) nooit meer wil zien. Vermoedelijk vanwege deze genderambiguïteit en haar vrije, zwervende bestaan. Dat betekent niet dat deze vrouwen de sympathiekste figuren zijn in ‘Piccolo corpo’, maar wel de enigen die haar verder helpen.
Het gros van al deze personages wordt gespeeld door niet professionele acteurs. Het filmen van Agata’s reis verliep chronologisch en Samani maakte gebruikt van de plaatselijke bevolking om gaandeweg de rollen in te vullen. Daardoor is er een soort van extra rol weggelegd voor de vele verschillende plaatselijke dialecten die Italië rijk is. Dit draagt bij aan een gevoel van authenticiteit, maar het gebrek aan acteerervaring wraakt zich soms wel wat in droog en stroef spel.
Desalniettemin is ‘Piccolo corpo’ een aangrijpende en vooral ook spannende arthousefilm, die je dankzij het doelgerichte verhaal en de betoverende beelden van het Italiaanse landschap meesleept naar het magische einde.
Alberto Ciaccio
Waardering: 4
Bioscooprelease: 14 juli 2022