Plata quemada – Burnt Money (2000)

Regie: Marcelo Piñeyro | 125 minuten | drama, thriller, romantiek, misdaad | Acteurs: Leonardo Sbaraglia, Eduardo Noriega, Pablo Echarri, Leticia Brédice, Ricardo Bartis, Dolores Fonzi, Carlos Roffé, Daniel Valenzuela, Héctor Alterio, Claudio Rissi, Luis Ziembrowsky, Harry Havilio, Roberto Vallejos, Adriana Varela, Ángel Alves

Misdaad en passie gaan vaak hand in hand. Een van de meest tot de verbeelding sprekende criminele duo’s uit de filmgeschiedenis vormen ‘Bonnie & Clyde’, uit de gelijknamige klassieker van Arthur Penn uit 1967, waarin Faye Dunaway en Warren Beatty op sublieme wijze het tragische bankroverskoppel portretteren. Desperados op de vlucht. Ook de feministische roadmovie ‘Thelma & Louise’ (1991) en de misdaadklassieker ‘Butch Cassidy and the Sundance Kid’ (1967) passen perfect in dat plaatje. De Argentijnse filmmaker Marcelo Piñyero liet zich duidelijk door deze films inspireren toen hij ‘Plata quemada’ (‘Burnt Money’) maakte. Tevens keek hij goed naar het werk van Quentin Tarantino. Piñyero baseerde zich op het waargebeurde verhaal van twee Argentijnse bandieten, die niet alleen hun buit maar ook hun bed met elkaar deelden. In de jaren zestig beroofden ze een bank in Buenos Aires, waarna ze op de vlucht sloegen naar Uruguay, alwaar hun ondergang zich inzette.

Al vanaf het eerste moment dat Nene (Leonardo Sbaraglia) en Angel (Eduardo Noriega) elkaar in het geniep ontmoetten in een smoezelig openbaar toilet, zijn ze onafscheidelijk. Ze zijn niet alleen partners in crime, maar ook partners in love. De bandieten, die in de onderwereld bekend staan als ‘de tweeling’ omdat ze zo onafscheidelijk zijn, worden ingehuurd voor een grote gewapende overval, waarbij de worden gekoppeld aan de drugsverslaafde wijvendief Cuervo (Pablo Echarri), die de vluchtauto bestuurt. De overval loopt echter vreselijk uit de hand. Ze weten er wel met de buit vandoor te gaan, maar in het strijdgewoel komen twee agenten om en raakt Angel gewond. De grond in Buenos Aires wordt het drietal te heet onder de voeten en ze vluchten naar Uruguay. Ook daar is de gewelddadige overval uitgebreid in het nieuws en dus zijn de drie beperkt in hun bewegingsvrijheid. Wanneer ze opeengepakt in een pakhuis zitten, raken de gemoederen oververhit. De labiele Angel hoort stemmen in zijn hoofd en keert zich steeds meer tegen zijn geliefde. Nene en Cuervo snakken naar de buitenlucht en nemen daarbij onnodig veel risico’s. Bovendien beseffen ze alle drie maar al te goed dat de kans om uit handen van de politie te blijven minimaal is…

‘Plata quemada’ is een broeierige misdaadthriller waar een flinke dosis erotische spanning voor de nodige afwisseling zorgt. In principe is deze stilistisch interessante film in drie delen in te delen. Piñyero begint met de overval, begeleid van een voice-over die een en ander uit de doeken doet. Het gebruikmaken van een alwetende verteller is eigenlijk een zwaktebod. Gelukkig maar dat de regisseur er snel alweer van afstapt en de acteurs het werk laat doen. Wat stijl betreft doet dit eerste deel sterk denken aan het werk van Quentin Tarantino (meer in het bijzonder ‘Reservoir Dogs’, 1992 – niet in de laatste plaats door de strakke pakken die de heren dragen). In het tweede gedeelte zakt de boel – althans wat actie betreft – wat in. De psychologische worsteling van de personages neemt hierin de overhand. Angel met zijn stemmen in zijn hoofd, Nene die nog altijd maar half geaccepteerd heeft dat hij homo is. Samen met de homofoob Cuervo zijn ze in Uruguay beland en daar kunnen ze in feite geen kant op. Piñyero en cinematograaf Alfredo F. Mayo kleden deze scènes vooral aan met sfeervol kleurgebruik en bedompte, beklemmende ruimtes. Het onvermijdelijke zit eraan te komen en de regisseur laat de spanning bij vlagen zwaar opzwellen.

In dit middelste deel zijn er ook scènes waarin je het idee hebt dat er nauwelijks wat gebeurt. En het husselen van de seksuele escapades van Nene (met een man én een vrouw) met de wanhoop van Angel (die eerst hulp van boven vraagt en daarna zijn toevlucht neemt tot drugs) doet sterk aan als een stijloefening. Wanneer verreweg het grootste gedeelte van de tijd verstreken is, zet Piñyero het slotakkoord in. Een geweldexplosie waar je u tegen zegt, die vergelijkbaar is met bijvoorbeeld het spetterende einde van ‘True Romance’ (1993) – en wie schreef daar ook alweer het scenario voor…? Precies! Dankzij zijn overdonderende en zeer gewelddadige actiescènes slaat ‘Plata quemada’ in als een bom. Van hoofdrolspelers Noriega (bekend van ‘Alatriste’, 2006 en ‘Vantage Point’, 2008) en Sbaraglia (‘Salvador (Puig Antich)’, 2006) wordt echter nog genoeg gevraagd. Zij hebben vooral de taak het slepende middendeel van de film te dragen en slagen daar redelijk in. Het duurt alleen even voor je hebt uitgevonden wie nou eigenlijk wie is… De aankleding van de prent is verder dik in orde, met een heerlijke soundtrack van Osvaldo Montes, die prachtig het midden houdt tussen typisch Latijns-Amerikaanse muziek en tijdloze hits uit de sixties. Zowel de muziek als de cinematografie vielen in de prijzen op het Havana Film Festival en de film sleepte een Goya in de wacht als beste Spaanstalige buitenlandse film.

Wie een liefhebber is van het werk van Quentin Tarantino – en geen homofoob is, hoewel het met de lijfelijke mannenliefde nog wel meevalt in deze film – mag ‘Plata quemada’ best een kijkje gunnen. Laat je maar eens verrassen door deze broeierige Argentijnse misdaadfilm. Regisseur Marcelo Piñyero heeft zeker in stilistisch opzicht heel wat in huis. Inhoudelijk valt er nog wel wat te schaven aan ‘Plata quemada’; de regisseur lijkt soms zijn verhaal wat naar de achtergrond te hebben gedrukt ten gunste van wat stijloefeningen. Maar deze getalenteerde Zuid-Amerikaanse filmmaker levert met zijn vierde prent in ieder geval een bijzonder geslaagd visitekaartje af.

Patricia Smagge