Rambo IV – John Rambo (2008)

Regie: Sylvester Stallone | 91 minuten | actie, drama, thriller | Acteurs: Sylvester Stallone, Julie Benz, Paul Schulze, Ken Howard, Matthew Marsden, Graham McTavish, Reynaldo Gallegos, Jake La Botz, Tim Kang, Maung Maung Khin, Cameron Pearson, Thomas Peterson, Tony Skarberg, James With, Kasikorn Niyompattana, Shaliew Manrungbun, Supakorn Kitsuwon, Aung Aay Noi, Aung Theng, Pornpop Kampusiri, Wasawat Panyarat, Kammul Kawtep, Sornram Patchimtasanakarn, Noa Jei, Kjan Saen, Aun Lung Su, Pan Dokngam, Han Pik, Tip Tiya, Nee Lungjai, Yupin Mu Pae, Moan Adisak, Somsak Wongsa, Surachai Muangdee, Mana Sen-Mi, Toole Khan Kham, Saiwan Lungta, Warcharentr Sedtho, Rapimpa Dibu, May Kung    

Na de Rocky-serie te hebben afgesloten met het nostalgische en aandoenlijke ‘Rocky Balboa’, besloot Sylvester Stallone hetzelfde te doen met zijn andere populaire actiefilmicoon, John Rambo. Voor de laatste keer kruipt Stallone in de huid van deze legendarische filmheld, die niets anders wil dan zijn gewelddadige verleden vergeten, maar hier constant weer mee geconfronteerd wordt. Echter, ook al wordt er net als in ‘Rocky Balboa’ teruggegrepen naar de zwijgzame, teruggetrokken figuur uit het eerste deel, Stallone de regisseur maakt het de kijker bijzonder moeilijk enige sympathie voor goede oude John te voelen. Daarbij voegt dit deel inhoudelijk en qua vorm erg weinig toe aan de delen die er tot op heden gemaakt zijn. Op zich is het bewonderenswaardig dat Stallone op zijn rijpe leeftijd nog steeds weet te overtuigen als actieheld, en als je als kijker niets anders wilt dan Rambo als vanouds op brute wijze een vijandig leger kapot te zien schieten, dan is deze episode wellicht bevredigend te noemen. Kijkers die enige meerwaarde wensen en bijvoorbeeld een origineler verhaal willen of wat meer inzicht in de psyche van deze Vietnamveteraan, komen er hier bekaaid vanaf.

De film moet het laatste woord zijn over John Rambo, maar laat als zodanig een wat nare bijsmaak achter. Waar ‘Rocky Balboa’ ervoor zorgde dat iedereen deze sympathieke bokser in zijn armen sloot, en er gesproken kon worden van een waardige afsluiting van de filmserie en de ontwikkeling van het personage, in ‘John Rambo’ is een reactie van onverschilligheid het meest waarschijnlijk. Ja, het is tragisch dat Rambo zijn gewelddadige levensstijl niet kan ontvluchten, maar verder dan dit gaat de betrokkenheid van de kijker niet. Het is ook moeilijk te zien wat Stallone nu eigenlijk met deze film wil zeggen. De verbitterde Rambo maakt enerzijds duidelijk dat je zonder wapens helemaal niets klaarspeelt tegen kwaadwillende vijanden. Maar anderzijds laat hij ook zien dat geweld slecht is en je sowieso niets aan de staat van de wereld kunt veranderen. Veel psychologie hoef je in ieder geval niet te verwachten. Rambo lijkt even heel principieel elke inmenging in gespannen situaties te vermijden en geweld voorgoed te hebben afgezworen, maar wordt, net als in ‘Rocky Balboa  wel erg snel overgehaald om zijn oude levensstijl weer op te pikken. Al wat hier voor nodig is, is een emotioneel verhaal van Sarah Miller over de waarde van een mensenleven. En ook weer net als in de laatste Rocky-film komt Rambo in zijn oude ritme terug omdat hij een vrouw wil beschermen. Dit moment – één van de weinige echt spannende scènes in de film – betreft een explosieve confrontatie met een stel piraten op de rivier en is een sleutelscène in de film. De scène zegt eigenlijk alles wat de film in zijn geheel ook zegt, of zou moeten zeggen: dat geweld vreselijk is, maar dat het toch soms een noodzakelijk kwaad kan zijn.

De rest van de film is eigenlijk een zeer bombastische, en onsmakelijke, uitwerking van dit thema, waarbij de nadruk komt te liggen op het afschuwelijke aspect van het geweld. Het probleem is dat de film door dit accent op eigenlijk geen enkele manier werkt. Niet als psychologisch drama, aangezien de ontwikkeling van het hoofdpersonage en de aandacht voor zijn mentale toestand op zijn zachtst gezegd schetsmatig is. Niet als (semi-)vermakelijke popcornfilm, aangezien de daden in de film veel te gruwelijk en expliciet zijn om even “lekker” te kunnen wegzakken voor een hersenloze actiefilm. En ook niet als documentaire-achtige, maatschappijkritische film, omdat er nauwelijks iets zinnigs verkondigd wordt, en de actie in de film vaak zo onrealistisch overkomt en zo eenzijdig wordt belicht, dat inhoudelijke (meer)waarde ver te zoeken is. Stallone lijkt echter zijn film te hebben bedoeld als een mengelmoesje van dit alles, en dit is waarschijnlijk zijn fout geweest. Er hoeft geen diepgang in een film te zitten, maar laat het dan gewoon een lekker onzinnige actiefilm zijn zoals de delen twee en drie uit de serie, waarbij de kijker kan juichen om deze larger-than-life filmheld. Of Stallone had zich, teruggrijpend naar ‘First Blood’ puur kunnen richten op de mentale staat van Rambo en de actie vanuit zijn gezichtspunt kunnen behandelen. Nu wordt eerst duidelijk gemaakt dat de Burmese schurken het kwaad zelve zijn, door iedere geweldsdaad – ook bij vrouwen en kinderen – gepaard te laten gaan met fonteinen bloed en afgehakte ledematen, om vervolgens de vergeldingsactie van Rambo net zo gruwelijk te laten zijn. Is dit dan Stallone’s uiteindelijke statement? Dat niemand het recht heeft om geweld te gebruiken en dat het altijd het gruwelijke gezicht heeft dat Stallone hier laat zien? Het zou te prijzen zijn, ware het niet dat de vergeldingsactie toch met een zekere euforische “flair” wordt gepresenteerd. De orgie van geweld, waarbij vijanden door ieder contact met een afgevuurde kogel ofwel tien meter naar achteren vliegen, ofwel een ledemaat, ingewanden, of het hoofd verliezen – lijkt toch een gevoel van genoegdoening bij de kijker te moeten bewerkstelligen. Dit, gecombineerd met het ongeïnspireerde verhaal en de weinig spannende actiescènes, maakt van ‘John Rambo’ vooral een nare en zinloze film.

Bart Rietvink

Waardering: 2

Bioscooprelease: 21 februari 2008