Saw II (2005)

Regie: Darren Lynn Bousman | 93 minuten | misdaad, horror, thriller | Acteurs: Donnie Wahlberg, Shawnee Smith, Tobin Bell, Franky G, Glenn Plummer, Dina Meyer, Emannuelle Vaugier, Beverly Mitchell, Erik Knudsen, Timn Burd, Lyriq Bent, Noam Jenkins, Tony Nappo, Vincent Rother, Linette Robinson

Het was dé sleeperhit van 2005: ‘Saw’. De film was voor een appel en een ei gemaakt door twee enthousiaste vrienden, James Wan en Leigh Whannell, die compleet verrast werden door het succes. De productie deed het behoorlijk goed aan de bioscoopkassa’s en al snel werd een vervolg aangekondigd. Amper een half jaartje later verschijnt ‘Saw II’ in de zalen. Meestal staat zo’n korte productietijd niet garant voor een goede film, geldt dat ook voor ‘Saw II’?

In ‘Saw II’ maken we kennis met de norse politieman Eric (Wahlberg). De man heeft een nogal turbulent verleden achter de rug en slijt nu zijn dagen als kantoorslaaf. Het werk op straat heeft de agent achter zich gelaten, maar als Eric hoort dat zijn zoon ontvoerd is door de sadistische killer Jigsaw (Bell) ziet hij zich gedwongen om weer in actie te komen. Jigsaw laat zich wel erg makkelijk oppakken door de politie, maar dat heeft een reden. De killer heeft acht mensen opgesloten in een vertrek waarin zijn slachtoffers letterlijk moeten vechten om te overleven.

Dat je naar een sequel kijkt wordt al snel duidelijk. ‘Saw II’ is goorder en gestoorder dan zijn voorganger, maar vooral meer van hetzelfde. De griezelscènes zijn grafischer in beeld gebracht en moordenaar Jigsaw speelt ditmaal een veel prominentere rol. Helaas wil de film nooit echt spannend of interessant worden. Daarvoor kent ‘Saw II’ te veel gebreken.

Het grootste manco is het gebrek aan verrassing. ‘Saw’ was fris, onvoorspelbaar en sympathiek. De film was met duidelijk veel lol in elkaar was gezet door twee groentjes. Net als bij die andere sleeperhit, ‘The Blair Witch Project’, had niemand het succes zien aankomen. De ontstane hype rond de film lokte veel mensen naar de bioscoop.

Mensen willen verrast worden en dat deed ‘Saw’ heel goed. ‘Saw II’ is niet gemaakt door dezelfde makers en is overduidelijk gericht op het generen van geld. Veel geld. De kassa’s van Hollywood moeten overduidelijk rinkelen en dat proef je duidelijk af aan ‘Saw II’. Met de geldbeluste Hollywoodstudio’s aan het roer, mist de film originaliteit en de sprankeling die het eerste deel zo genietbaar maakte.

Maar goed, nu het nieuwtje er af is wat blijft er dan over van de horrorserie? De nieuwste telg in het ‘Saw’ universum, eind 2006 verschijnt er een derde deel, is zoals gezegd harder en smeriger dan de grote voorganger. Er spelen meer personages in de film, dus volgens de ijzeren wetten van het horrorgenre zul je ook meer lijken zien. Ook de vallen, die Jigsaw gebruikt, zijn een tandje erger dan de martelwerktuigen die je in deeltje een voorbij zag komen.

Jammer genoeg is de manier waarop debuterend regisseur Bousman de ‘blood and gore’ in zijn film verwerkt nooit echt spannend of indrukwekkend. Met uitzondering van de briljante openingsscène waarin hij ‘Saw II’ in stijl opent. Jammer genoeg weet Bousman het sterke begin niet vast te houden, bij het introduceren van de hoofdpersonages zakt de spanning als een pudding in elkaar.

Waar Bousman zich aan vertilt is aan het enorme aantal karakters dat hij introduceert. In ‘Saw II’ worden er zo’n tien personages aan je voorgesteld. En echte horrorfans voelen de bui al hangen: die personages zijn slecht uitgewerkte karikaturen. Zo zul je een brede, drugsdealende Latino tegenkomen, zie je een gevaarlijke Afro-Amerikaan en lopen er een drietal mooie meiden met indrukwekkende cupmaat en dito gezichtje rond.

Geen enkel karakter komt goed uit de verf en de interactie tussen de personages is saai en langdradig. Omdat je je niet kunt identificeren met de karakters zal het je koud laten wat er met ze gebeurt. Dood moeten ze! Maar het wachten op de onvermijdelijke ondergang van het clubje duurt te lang.

In ‘Saw II’ zitten dan wel veel meer ziekelijke passages, maar de opbouw van de onmenselijke testen wordt niet zo akelig uitgewerkt als in deel een. De kracht van het ‘Saw’ concept ligt in de uitgebreide motieven van Jigsaw. De killer heeft een reden voor zijn misselijke, persoonlijke acties. De verwrongen logica van Jigsaw is op een nare manier enigszins te begrijpen.

Wat ook zo genietbaar was aan deel een was het feit dat je Jigsaw niet zag. De moordenaar sprak via een freaky pop die een ongemakkelijk sfeertje opleverde. Bouman haalt de gehele mystiek rond de onzichtbare Jigsaw onderuit door de killer pontificaal in beeld te brengen. Niks geen pop of masker: Jigsaw is hier te zien in zijn ware gedaante.

Tobin Bell speelt de moordenaar, maar indrukwekkend is hij nu niet bepaald te noemen. De ongrijpbare moordenaar blijkt in het vervolg tot een zielig kasplantje te zijn verworden. Jigsaw is een kankerpatiënt die veroordeeld is tot een rolstoel en tja dat is nu niet bepaald een akelig gezicht. De charismaloze Bell doet zijn best om een kille moordenaar, à la Hannibal Lector, neer te zetten maar het lukt hem niet. Alleen in de scènes waarin enkel de blikkerige, slepende stem van Bell te horen is lopen de rillingen over je rug.

De cast bestaat uit het anonieme B-garnituur van Hollywood. Alleen Bell en Wahlberg zijn nog enigszins bekend en tevens de beste acteurs van de film. Het acteerwerk is degelijk, maar saai. De acteurs worstelen niet alleen met hun eigen tekortkomingen, maar ook met een rammelend script. De dialogen zijn te tam en de plotwendingen zijn onlogisch en vergezocht. Vooral het einde van de film is behoorlijk idioot en doet veel afbreuk aan de film in zijn geheel. Dat er een vervolg aankomt okay, maar moet dat op zo’n ridicule getoond worden? Jammer.

‘Saw II’ is een aardige horrorfilm, maar niet meer dan dat. Het verhaal is te rommelig, soms te voorspelbaar en flauw. De frisheid is er inmiddels wel af, maar de echte horrorfan zal nog wel plezier beleven aan dit product. Verwacht alleen niet dat je een geïnspireerde film te zien krijgt die je bij zal blijven.

Frank v.d. Ven

Waardering: 3

Bioscooprelease: 5 januari 2006