Snakeman – The Snake King (2005)

Regie: Allan A. Goldstein | 88 minuten | actie, horror, avontuur | Acteurs: Stephen Baldwin, Jayne Heitmeyer, Larry Day, Gary Hudson, Ross McCall, Marcelo Gomes de Oliveiro, Gideon Rosa, Caco Monteiro, Shelly Varod, Mike Zafra, Lucas Wilber Silva Laborda, Charles Paraventi, Michael P. Flannigan

Deze film is er een van het soort dat vele kijkers maar al te bekend zal voorkomen. Een groep personen op een dwaaltocht door de jungle op zoek naar het een of ander. De dwaaltocht is dan een mooie reden om de kijker allerlei taferelen voor te schotelen die op wat voor manier dan ook tot de verbeelding moeten spreken. Er zijn binnen dit genre films genoeg die wat dat betreft als geslaagd genoeg zijn aan te merken, maar voor deze film is dat helaas niet het geval.

Allereerst vallen de maar al te bekende ingrediënten op. De door de jungle trekkende groep personages bevat diverse wetenschappers, een held, een heldin, een schurk en een stel oninteressante bijfiguren. De held en heldin maken maar al te vaak ruzie met de schurk die snode geheime bedoelingen heeft en die wordt gesteund door het bedrijf waar hij voor werkt en de bijfiguren worden de een na de ander uit de weg geruimd door welke bedreiging dan ook. De gezamenlijk doorstane gevaren zorgen menigmaal voor wat liefdesperikelen tussen de held en de heldin, en aan het eind van het verhaal wordt als toegift soms ook nog een morele boodschap van welke aard dan ook uitgedragen.

Nogal clichématig dus. Dat hoeft niet per definitie nadelig te zijn, vooropgesteld dat de film op andere terreinen genoeg te bieden heeft. En het begin van deze film is wat dat betreft veelbelovend genoeg. Een paar plaatselijke inboorlingen die door een reusachtig monster te grazen worden genomen, een onheilspellende gebrul vanuit de jungle, moordzuchtig uitziende Amazone-indianen die de nodige slachtoffers maken, de melding dat een expeditie naar de jungle uitgerust gaat worden… het is een veelbelovende inleiding voor wat komen gaat.

Maar al snel valt de mate op waarin deze film ontspoort door de overmaat aan verhaallijnen, gebeurtenissen en op de proppen komende personages. Er blijkt zich nogal wat af te spelen in de jungle: een al in de jungle verblijvend wetenschappelijk team wordt opgeruimd door een onduidelijk in beeld gebracht gevaarte, de helikopter van het expeditieteam crasht, in de jungle duiken twee indianenstammen op waarvan er een vijandige bedoelingen heeft, een verwilderde overlevende van het eerste team kruist het pad van het expeditieteam, onze ‘helden’ hebben – terwijl het onderling vrij nietszeggend geruzie ondertussen alsmaar doorgaat – wat confrontaties met slangen en spinnen en ander ongedierte, ze worden gevangen genomen en dreigen een gruwelijk lot te ondergaan, er is sprake van een bron met magisch water dat een eeuwige jeugd schenkt, er duiken er een stel zwaarbewapende commando’s op die met mitrailleurs en ander wapentuig de toch al niet meer zo serene rust in de jungle nog een stuk verder verstoren, en er blijkt een reusachtige slang met de naam ‘Gana’ in de jungle te huizen dat tussendoor af en toe opduikt om met verschillende personages zijn honger te stillen.

Ontwikkelingen genoeg, en daarmee komt ook de nodige actie in ruime mate tot stand. Maar aansprekend of overtuigend is het allemaal niet. De voorgeschotelde gebeurtenissen komen over als een stel te kunstmatig bij elkaar geharkte ontwikkelingen die in het verhaal worden gepropt om toch maar vooral de nodige actie mogelijk te maken en spanning op te roepen. Maar het teveel op elkaar gestouwde gebeurtenissen haalt de geloofwaardigheid van het hele gebeuren te ver omlaag. Het idee dat overheerst is dat deze film teveel kanten op wil, maar dat door de te vele gebeurtenissen het scala aan verhaallijnen nergens uit de verf komt, temeer daar diverse ontwikkelingen vrij snel afgekapt worden. En hoewel het hele gebeuren niet eentonig te noemen is, is de afloop van de verschillende eenmaal ontstane situaties ook maar al te voorspelbaar.

Daarnaast laat de verschijning van de grootste bedreiging in dit verhaal, een reusachtige slang met meerdere koppen, ook wat te wensen over, net als de mate waarin hij opduikt overigens. Er worden er veelbelovende verwachtingen gewekt aangaande zijn toekomstig optreden door de openingsscène waarin hij slachtoffers maakt en door de angstige houding van de jungle-indianen. En de slang maakt inderdaad meerdere slachtoffers. Op wrede wijze wel te verstaan, want hij gebruikt zijn meerdere koppen om zijn slachtoffers af te maken. Aan stukken gescheurde prooien, afgebeten lichaamsdelen en onthoofdingen zijn daarmee het gevolg. Helaas zijn de verschijningen van de slang niet frequent en steeds vrij kort. Grootste minpunt is echter dat de effectiviteit van zijn optreden onderuit wordt gehaald doordat het CGI-gehalte duimendik van zijn verschijning afspat. Opnieuw niet erg overtuigend, temeer daar door zijn verschijning en optreden ook wat vraagjes rijzen, waar de antwoorden echter op uitblijven.

Allereerst komen er steeds maar drie koppen van de slang in beeld, maar later blijkt hij er vijf te hebben. Waar waren tijdens zijn eerdere verschijningen zijn andere twee koppen gebleven? Is het wel een slang? Zijn koppen lijken eerder op die van een draak. En waarom brult de slang in plaats van te sissen? Hoe kan hij op verschillende momenten in grootte variëren? Waar komt hij überhaupt vandaan? Er kleven aan de verschijning van de slang toch wat teveel onverklaarbare eigenschappen. Ook op andere terreinen ontstaan de nodige vragen. Hoe kan de held van het verhaal eerst stervende zijn aan een slangenbeet, maar later weer gewoon rondlopen? Waar heeft het opperhoofd van de nooit ontdekte indianenstam zijn kennis van de Engelse taal vandaan? Waarom valt de slang de jungle-indianen niet aan? Ook het geheim van ‘the water of long life’ is te vergezocht om ook maar enigszins geloofwaardig te zijn. Waarom de misleidende titel ‘SnakeMan’ van deze film? En zo zijn er achter het totaal aan gebeurtenissen en situaties nog wel wat meer vraagtekens te plaatsen. Waarvan het voornaamste resultaat is dat, naast de toch al te vele onwaarschijnlijke en ongeloofwaardige ontwikkelingen, de geloofwaardigheid van het hele verhaal eens te meer naar een dieptepunt keldert.

Tenslotte spreekt ook de rolverdeling niet aan. De held doet niet veel meer dan redetwisten en ruzie maken met de schurk van het verhaal en verdere mogelijkheden om te schitteren raken, evenals dat van de heldin, ondergesneeuwd door alle optredende perikelen. Er lopen ook teveel bijfiguren rond en aangezien al direct is in te vullen wie er als slangenvoer zal dienen of op andere manieren ten onder zal gaan zal identificatie al bij voorbaat achterwege blijven. Het acteerwerk is niet al te overtuigend, iets wat van dit soort producties overigens ook niet teveel verwacht mag worden. En met een al even onwaarschijnlijk als overbodig einde maakt dat deze film tot een mislukte jungle-film van het soort waarvan er veertien in een dozijn gaan. Geen aanbevelenswaardige manier om met dit genre kennis te maken, behalve wanneer het als voorbeeld kan dienen hoe het niet vormgegeven moet worden.

Frans Buitendijk