Spartan (2004)

Regie: David Mamet | 106 minuten | actie, drama, misdaad, thriller | Acteurs: Tia Texada, Derek Luke, Val Kilmer, Jeremie Campbell, Bob Jennings, Lionel Mark Smith, Johnny Messner, Chris LaCentra, Renato Magno, Mark FitzGerald, Tony Mamet, Clark Gregg, Ron Butler, Steven Culp, Vincent Guastaferro, William H. Macy, Ed ONeill

Je kunt een scriptschrijver waarderen om zijn creatieve plotwendingen als ze de spanning ten goede komen. Spanning is in principe niets anders dan wachten tot het onbekende je overrompelt, omdat je voelt dat er iets móét gaan gebeuren. In ‘Spartan’ heeft scriptschrijver / regisseur David Mamet de creatieve plotwending helaas niet als middel maar als doel gehanteerd. Dit leidt niet tot spanning, maar tot verwarring en – erger nog – tot irritatie. Tel daarbij een flinke portie zinloos en excessief geweld op en je hebt een film ‘waarvan je moet houden’.

‘Spartan’ begint al vreemd wanneer we Robert Scott in zijn functie als ‘recruiter’ voor de geheime dienst in actie zien. Vlak nadat hij twee nieuwelingen in een man-tot-man gevecht laat bepalen wie van hen toegelaten wordt (tot iets belangrijks, maar wat weet geen mens), moet hij snel in actie komen in zijn functie als ‘werkbij’ voor de geheime dienst. Als echte spion deert de weinige nachtrust hem niet en staat hij te springen om iets te ondernemen wanneer hij hoort, dat de dochter van de president is ontvoerd. Hij krijgt hulp van de victorieuze cadet uit de openingsscène die, gezien het gladde gelaat, bij het gevecht weinig heeft geïncasseerd. Het hoe en waarom deze cadet nu ineens weer hier is beland, is volkomen onduidelijk.

Een paar martelingen verder, is de geheime dienst erachter dat de dochter ontvoerd is door een groep Arabische vrouwenhandelaren, die overigens niet weten dat ze te maken hebben met de dochter van. Om te zorgen dat de zaak opgelost gaat worden, stelt hoge baas Burch (Ed O’Neill) aan Scott voor buiten het boekje om te gaan handelen. Dat deed hij blijkbaar dus nog niet. Een paar doden verder, blijkt de zaak ineens heel anders in elkaar te zitten, dan we tot dan toe hadden aangenomen. De werkbij is zelfs zo geïntrigeerd, dat hij op eigen houtje verder gaat. Dat levert wel geteld één spannend moment op, wanneer Scott en zijn cadet nog eens een kijkje gaan nemen in het huisje waar de presidentsdochter mogelijk gezeten heeft.

De film hobbelt verder, van de hak op tak en totaal niet spannend. Voor wie wil weten of dat enige spannende moment de moeite waard is of benieuwd is naar het einde, zou de wandeling naar de plaatselijke videotheek nog wel eens een overbodige handeling kunnen blijken. Zo ja, wees dan alvast voorbereid op een zoektocht door de onderste schappen, want daar hoort deze film thuis. Die David Mamet is een rare, met aardige films op zijn naam als ‘Ronin’ en ‘Wag the Dog’ en zelfs een ijzersterke als ‘Glengarry Glen Ross’. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor draken als ‘Lansky’ en ‘Hannibal’ – en voor ‘Spartan’, die prima in dit laatste rijtje past.

Boudewijn de Boe