Spur der Steine – Traces of Stones (1966)
Regie: Frank Beyer | 129 minuten | drama, komedie, romantiek | Acteurs: Manfred Krug, Krystyna Stypulkowska, Jutta Hoffmann, Eberhard Esche, Johannes Wieke, Walter Richter-Reinick, Hans-Peter Minetti, Walter Jupé, Ingeborg Schumacher, Gertrud Brendler, Helga Göring, Erich Mirek, Fred Ludwig, Helmut Schreiber, Erik Veldre, Karl Brenk, Hans-Peter Reinicke, Detlef Eisner
Wie een beeld wil hebben over hoe het leven er in de Duitse Democratische Republiek (DDR) in de jaren 60 van de twintigste eeuw aan toe ging, heeft met ‘Spur der Steine’ een schoolvoorbeeld in handen. En daarmee wordt niet alleen de film zelf bedoeld, maar ook hoe de autoriteiten in dat land op een drama met een satirische inslag reageerden.
Op de bouwplaats heerst de tegendraadse voorman Hannes Balla (Manfred Krug) over een klein koninkrijkje. Hij is een ritselaar die overal de juiste materialen vandaan haalt en heeft een groep getrouwen om zich heen, waarvan hij de onbetwiste leider is. Dat hij met zijn vrienden in cowboy outfit (à la ‘The Magnificent Seven’) rondloopt is tot daar aan toe, maar wanneer ze naakt in een vijver gaan zwemmen – met alleen hun hoed nog op – en een politieagent het water in gooien, trekken ze ongewenste aandacht. Er wordt een partijman op de bouwplaats afgestuurd, in de vorm van partijsecretaris Werner Horrath (Eberhard Esche). Met de gelijktijdige komst van Kati Klee (de Poolse Krystyna Stypulkowska, met de Duitse stem van Jutta Hoffman) ontstaat er een merkwaardige driehoeksverhouding. Krug is in topvorm als de luidruchtige Balla, die zich maar weinig aantrekt van de bestaande conventies. Met een duidelijk verveeld gezicht bekijkt hij de socialistische partijlijn en zijn grote oorbel lijkt vooral een daad van verzet te zijn tegen conformiteit en gezag. Hij krijgt goed tegenspel van zijn tegenpool Ecke, die de lastige taak heeft om een bureaucraat als Werner Horrath toch sympathiek neer te zetten. Zeker omdat hij eigenlijk getrouwd is en dus vreemd gaat. De botsing tussen de rouwdouwende, zuipende voorman en de ogenschijnlijk zo keurige partijsecretaris is boeiend om te zien. Stypulkowska laat zich overigens beslist niet ondersneeuwen. Ze heeft een sterke rol als een vrouw die voor geluk gaat en zich niet zomaar de wet laat voorschrijven.
De film is in sober zwart-wit gefilmd, zonder al te veel visuele flair in het camerawerk. De montage is wel opvallend, met een aantal flashbacks en een paar fraaie overgangsshots. Wellicht wilden de makers niet te veel de aandacht van de inhoud afleiden
Door morele en sociale kwesties op deze manier aan de kaak te stellen, toonden cast en crew veel lef. Hoewel regisseur Beyer met enige omzichtigheid moest handelen, zijn een aantal scènes bijzonder gewaagd: het al genoemde vijver incident, maar ook de partijbijeenkomst die uit de hand loopt, terwijl met grote letters ‘Vorwärts für unsere gemeinsame Sozialistische Sache!’ op de achterwand staat, was nogal wat in de DDR (een land met al twee leugens in de naam). Oorspronkelijk was Beyer nog van plan om liedjes van de bekende componist Wolf Biermann in de film te verwerken, maar moest dat plan al vooraf laten varen, nadat Biermann tegen de haren van het regime had ingestreken en uit de gratie viel.
De film was op voorhand al controversieel. Aanvankelijk ware de verwachtingen hooggespannen, maar nog voordat de film in première ging, kwam het ministerie van Cultuur al tegen ‘Spur der Steine’ in het geweer. Posters en advertenties weren teruggehaald en tijdens de première zelf (in aanwezigheid van cast en crew) werd er luidkeels geprotesteerd, waarschijnlijk door medewerkers van het ministerie zelf. Het was duidelijk dat ‘Spur der Steine’ te ver was gegaan. De film werd na een paar dagen uit de bioscopen gehaald en verboden. Van 1966 tot 1989 werd de film niet meer vertoond. Na de val van de Berlijnse Muur werd de film vertoond op het internationale Filmfestival van Berlijn en won daar, 24 jaar na dato, de publieksprijs. Zelf zou Beyer ook de consequenties voelen van het misnoegen van de overheid. Hij mocht tien jaar lang geen films maken en zou pas vijf jaar later weer wat televisiewerk doen.
Achteraf bezien is het opmerkelijk dat de film überhaupt gemaakt is. Het is een symbool van een repressieve overheid versus kunstenaars die de grenzen opzoeken en die soms overschrijden. Eén van de meest bijzondere producties uit de rijke filmgeschiedenis van de legendarische DEFA filmstudio.
Hans Geurts