Sukiyaki Western Django (2007)

Regie: Takashi Miike | 103 minuten | actie, western, fantasie | Acteurs: Hideaki Ito, Masanobu Ando, Koichi Sato, Kaori Momoi, Yusuke Iseya, Yoshitsune, Renji Ishibashi, Yoshino Kimura, Takaaki Ishibashi, Teruyuki Kagawa, Toshiyuki Nishida, Shun Oguri, Masato Sakai, Hideaki Sato, Christian Storms, Yoji Tanaka, Quentin Tarantino

Met Manga-achtige beeldpoëzie en verhaallijn, doet Takashi Miike een aardige poging het western genre naar zijn hand te zetten. Het is alleen wel verdomd wennen om die Japanners allemaal Engels te horen spreken, vooral ook omdat het soms nogal slecht verstaanbaar is door de zware accenten. Op een gegeven moment wen je er aan, maar het blijft de vraag of dit de juiste keuze is geweest. De motieven zullen in de lijn van commercie hebben gelegen, of was het toch een artistieke overweging om door het Engels dichter bij de oorspronkelijke stijl te blijven? Uitdrukkingen als hold your horses en meer van dat soort, laten zich immers moeilijk vertalen.

Op zich zijn de verwijzingen naar het cowboy genre niet onbekend, beroemde landgenoot Akira Kurosawa ging Miike hierin al meerdere malen voor, met titels als ‘Seven Samurai’ (1954) en ‘Jojimbo’ (1961), films die geciteerd worden door Miike. Grote verschil is echter dat zijn ‘Sukiyaki Western Django’ echt een mix van genres is. Dat zie je zelfs terug in de kostuums: cowboylaarzen en leren hoeden worden afgewerkt met schitterende gewaden uit met Oosterse taferelen rijk beschilderde en geborduurde stoffen. Ook in de muziek komt dit terug, die een mix is van Ennio Morricone en Japanse instrumenten.

Takashi Miike die niet bekend staat om zijn subtiliteit en gevoelige hoofdpersonages en die het bloed rijkelijk laat vloeien, is in deze film ook weer trouw aan zijn stokpaardjes. De wereld is hard en onrechtvaardig en we zullen het weten ook. Moord, doodslag, verkrachting en mannen met veel te grote ego’s zijn ruim vertegenwoordigd in deze film, die overigens naast een mannelijke een vrouwelijke held kent, wiens gevoelige kant óók naar diepere regionen is verbannen. Het zijn Miike’s vaste stijlkenmerken die hem passen, maar die de film ook wat op een afstand houden, inleven is soms wat moeilijk.

Dat komt ook doordat er veel geposeerd wordt, met grote gebaren en uitvergrote beeldspraak, zoals het wederom ook in westerns én in Manga gebruikelijk is. Stoere praat, droog en cool, close-ups van rauwe mannen. Toch voelt het hier en daar wat leeg omdat het een maniertje is geworden en een dramatische onderbouwing mist.

Het lijkt erop dat Takashi Miike niet te genezen is van zijn negatieve wereldbeeld, maar de geur van geweld om geweld is sterk aanwezig en geeft de film soms een raar bijsmaakje. Is het nu grappig of is het allemaal doodse ernst? Door het gebrek aan warmte blijven we wat op afstand. Voeg daaraan toe nog het acteren dat soms wat te overdreven is en door het slecht uitgesproken Engels vaak slecht te volgen en Miike’s western avontuur is niet meer dan een aardige stijloefening. En daar kan zelfs Quentin Tarantino, in een leuke cameo, niet veel meer van maken.

Arjen Dijkstra

Waardering: 3

Speciale vertoning: Amsterdam Fantastic Film Festival 2008