Sylvana, demon of diva (2018)

Recensie Sylvana, demon of diva CinemagazineRegie: Ingeborg Jansen | 90 minuten | documentaire | Met: Sylvana Simons

Op zondag 18 november 2018, ongeveer een jaar nadat het filmen gestart was, ging de documentaire ‘Sylvana, demon of diva’ op het IDFA in première. Het moment had haast niet treffender gekund. Een dag eerder was op diverse plekken in Nederland bij vreedzame demonstraties van de actiegroep Kick Out Zwarte Piet lichamelijk en verbaal geweld gebruikt door pro-zwartepieters. De leus ‘Zwarte Piet is racisme’ trok dit jaar onder andere hooligans en neo-nazi’s aan die open en bloot, in het zicht van de politie, de demonstranten belaagden. De dag na de première weigerde Mark Rutte, minister-president van heel Nederland, het woord racisme in de mond te nemen. Sterker nog, hij suggereerde dat de KOZP-demonstranten zelf aso’s waren.

Een van de meest exemplarische scènes in ‘Sylvana, Demon of Diva’ (en er zijn er nogal wat) gaat over dit benoemen van racisme in Nederland. Een witte man van middelbare leeftijd, biertje in de hand, spreekt Simons aan na een verkiezingsdebat. Hij bestempelt zichzelf als “best wel een anti-Zwarte-Piet-activist”, maar heeft er moeite mee dat Simons het woord ‘racisme’ in de mond neemt, want dat voelt zo naar. Dat moet toch anders kunnen, volgens hem. Als Simons rustig en helder uitlegt dat je een probleem niet kan bespreken zonder het te benoemen, blijft hij maar over dat ene woord vallen, ‘racisme’. Hij luistert naar wat Simons zegt, maar de kern lijkt maar niet door te dringen.

Hoe welbespraakt Simons haar standpunten en inzichten ook uiteenzet, er lijkt bij veel (witte) mensen automatisch een cognitieve dissonantie op te treden. Wat te denken van de (mannelijke, witte) journalist die Simons glazig aankijkt nadat ze in het kort haar gebruik van de term ‘intersectionaliteit’ in haar partijprogramma heeft toegelicht: dat je voor oplossingen van afzonderlijke problemen moet kijken naar de verbanden tussen die problemen. Hoewel het concept eenvoudig door Simons wordt uitgelegd, blijft de journalist haar vragend aankijken. Simons zegt hier later over dat nieuwe manieren om naar de wereld te kijken tijd kosten om te landen. Als je zelf nooit racisme (of bijvoorbeeld seksisme) hebt ervaren, kan het lastig zijn om toe te geven dat het er wel is.

De documentaire geeft dus een stand van zaken aan. Zo staat het er nu, in 2018, voor in Nederland. Een waardevol tijdsdocument, maar tevens een portret van een vrouw die tegen wil en dank symbool is gaan staan voor erkenning van zwarte mensen in Nederland, nadat ze zich op live-televisie heeft uitgesproken tegen het gebruik van de term ‘zwartjes’. Dat was het grote keerpunt, want daarna kon ze zich niet meer stilhouden. Wat voor impact het op haar leven heeft, wordt maar ten dele duidelijk. Enkele van de haatberichten die ze vrijwel dagelijks ontvangt worden hardop voorgelezen, maar andere belangrijke consequenties (zoals verlies van inkomsten) komen in de documentaire niet expliciet aan bod.

De aanleiding voor de documentaire was eigenlijk de gang naar de gemeenteraadsverkiezingen van Amsterdam BIJ1, de partij waar Simons lijsttrekker van is. Er is daardoor veel aandacht voor partijbijeenkomsten, debatten, tv-optredens en dergelijke, maar het is expliciet geen documentaire over BIJ1. Alles is gefilmd met de focus op Sylvana Simons. We zien haar thuis vertwijfeld bij een ontplofte kledingkast staan, bellend met haar dochter om haar alsjeblieft te helpen met opruimen. We zien haar zitten bij een organisatiecoach (die makkelijk voor psychiater aangezien kan worden, omdat zijn functie niet duidelijk wordt gemaakt), pratend over haar onzekerheden. En we zien haar tussen alle racistische drek die ze door willekeurige passanten op straat toegeslingerd krijgt, dankbaar reageren op mooie uitroepen. Want die zijn er gelukkig ook.

Aanvankelijk lijkt de titel van de documentaire tamelijk ongelukkig gekozen, met de keuze tussen demon of diva, maar uiteindelijk blijkt hij heel treffend. De termen komen uit de mond van Sylvana Simons zelf, maar de context is hier heel belangrijk. Simons geeft de tendens van de media aan om haar af te schilderen óf als demon óf als diva. Maar, zo zegt ze, en hier ligt de crux, beide creëren een afstand, terwijl zij juist toenadering wil. Er ontstaat dus een oneerlijke situatie als je moet kiezen tussen demon of diva, want beide zijn onterecht. En die oneerlijkheid staat symbool voor de situatie waarin Simons zich als zwarte vrouw bevindt. Je kunt het nooit goed doen.

Het is regisseur Ingeborg Jansen gelukt om een intiem portret te maken van Simons, tijdens een tumultueuze periode in haar leven. Voor wie er oog voor heeft, bevat de documentaire een hoop bijzonder fraaie momenten. Als Simons op een familiefeestje (dus in een vertrouwde omgeving) staat te dansen, als ze voor de spiegel staat om zich op te maken, als ze zich op de avond van de verkiezingen even afzondert achter een openstaande deur, terwijl in de ruimte erachter mensen aan het feestvieren zijn. Het zijn prachtige shots, die de documentaire naast maatschappelijk extreem relevant ook nog eens een lust voor het oog maken. Genomen als portret van een politicus laat de documentaire het liggen op inhoud, maar genomen als portret van een zwarte vrouw die vecht voor haar rechten, is dit een onmiskenbaar en onmisbaar tijdsdocument geworden.

Wouter de Boer

Waardering: 4