The Curiosity of Chance (2006)

Regie: Russell P. Marleau | 95 minuten | komedie | Acteurs: Tad Hilgenbrink, Brett Chukerman, Aldevina Da Silva, Pieter Van Nieuwenhuyze, Chris Mulkey, Maxim Maes, Colleen Cameron, Magali Uytterhaegen, Tony Beck, Danny Calander, Tineke Caels, Joyce Berx, Dirk Calander, Stefan Van Haarlem, Sophie Engel

‘The Curiosity of Chance’ is volledig onbekend, heeft de bios niet gehaald, maar is verrassend, absoluut. En overwegend in positieve zin. Voor wie niets met gayfilms kan, niet direct een aanrader, maar eigenlijk valt het allemaal reuze mee. Chance is inderdaad openlijk gay, okay en hij ontmoet travestieten die hem inspireren tot nieuwe grensverruimingen, maar uiteindelijk is Chance gewoon een interessante jongen die er wat excentrieke gewoontes op na houdt en hooguit iets te gevat uit de hoek komt hier en daar. Toch valt ook dit allemaal te verklaren in de context van een uitgesproken identiteit als beschermende mantel voor puberale onzekerheid.

Want net als elke puber is ook hij onzeker over zijn uiterlijk en wordt ook hij hopeloos verliefd en weet ook hij niet goed wat hij daarmee aanmoet, hoewel er een extra handicap bijkomt: valt diegene op wie hij verliefd is wel op jongens? Een dimensie die weer extra creatieve en dus dramatisch interessante uitdagingen met zich mee brengt.

Waarom de jaren tachtig en waarom een internationale school in (waarschijnlijk, afgaande op de namen) Vlaams België, doet er niet zo veel toe en voegt ook niet veel toe aan het verhaal; het heeft ongetwijfeld te maken met het verleden, dan wel de fantasieën van de scenarist/regisseur Russell P. Marleau, die er een aardig geheel van weet te maken. Drags zijn trouwens ook wel erg eighties en de muziek uit die tijd leent zich ook goed voor de gayeske context.

Het verhaaltje is aardig, hoewel het wat cliché begint allemaal. De football jongens zijn wel heel erg uitvergroot, evenals het typetje van het vrouwelijk schoolhoofd en bij voorbeeld Chance’s maatje Hank, die met een koffer onder zijn armen gepropt en een raar visserspetje door het leven gaat. Het maakt deze mensen net iets te karikaturaal om echt grappig te zijn, omdat het de geloofwaardigheid en daardoor de pijnlijkheid van situaties onderuit haalt. De vader van Chance daarentegen, gespeeld door supermacho Chris Mulkey, is een getrainde officier, die het moederloze huishouden runt alsof het een kazerne is, maar op een prettige manier genuanceerd is. Hij heeft moeite met de homoseksualiteit van zijn zoon, maar doet zijn best hem desondanks lief te hebben, wat voelbaar is. Een sterk punt in de film.

Verder wordt de film gedragen door een sterke hoofdrolspeler, met de excentrieke naam Tad Hilgenbrink (ook Laaglandse roots?), die geloofwaardig een tot de verbeelding sprekend personage neerzet, zonder twijfel, zonder hapering. Hij neemt zijn medespelers wat op sleeptouw, lijkt het, en is één van de hoofdredenen dat de film van begin tot het eind best onderhoudend is, mits je een beetje open geest hebt, dat wel.

Arjen Dijkstra