The Dictator (2012)

Regie: Larry Charles | 83 minuten | komedie | Acteurs: Sacha Baron Cohen, Megan Fox, Anna Faris, Ben Kingsley, John C. Reillly, B.J. Novak, Olivia Dudley, J.B. Smoove, Kevin Corrigan, Jim Piddock, Aasif Mandvi, Erick Avari, Danielle Burgio, Bobby Lee, Jason Mantzoukas, Joanna Moskwa, Fred Melamed, Anthony Mangano, Natasha Ononogbo, Adeel Akhtar, Jenny L. Saldaña, Tracey Ruggiero, Rock Kohli

Er zullen weinig films in het westelijk halfrond in de bioscoop verschijnen die beginnen met de tekst “opgedragen aan de grote leider Kim Jong Il”. ‘The Dictator’ is zo’n film. Wanneer de film begint met de foto van deze Noord-Koreaanse dictator gecombineerd met deze mededeling is de toon gezet en zijn de eerste lachsalvo’s binnen. Hierna volgt een leuke introducerende compilatie in de stijl van ‘Borat’, die in vogelvlucht laat zien met wat voor sujet we, met de persoon van generaal Aladeen, te maken hebben. Vanaf het begin is Aladeen weer een aanstekelijk persoon die we, ondanks zijn onsympathieke handelingen en gedachtes, toch willen zien slagen. Tot op zekere hoogte is ook Aladeen, net als Borat, onwetend, maar hij is zeker een stuk minder onschuldig en aandoenlijk dan Borat, die bijna per ongeluk grof en ongevoelig was, wat het allemaal extra grappig maakte. ‘The Dictator’ is in zijn geheel een stuk minder doeltreffend en efficiënt, zowel qua humor als satire, dan eerdergenoemde hit van Sacha Baron Cohen. ‘Borat’ kende nauwelijks een zwak moment, leidde de kijker van lachstuip naar lachstuip en toonde ook nog eens mooi de aard van het Amerikaanse volk door zijn reacties op de gedragingen van deze rare snuiter. ‘The Dictator’ is zeker een film met veel leuke momenten en een geslaagd nieuw komisch typetje, maar verzandt ook vrij vaak in flauwiteiten en makkelijke grappen. Gelukkig zijn het vooral de leuke momenten die bijblijven en aangezien daar ook enkele onvergetelijke dijenkletsers tussen zitten, is ‘The Dictator’ uiteindelijk toch een film die je niet mag missen.

‘The Dictator’ begint met een vliegende start middels een opeenvolging van scènes die Aladeen in zijn natuurlijke omgeving tonen. Zo is te zien hoe extravagant zijn paleistuinen eruit zien, met hagen en tuinen naar zijn evenbeeld; hoe hij zijn lachen niet kan houden wanneer hij vanaf zijn balkon zijn volk toespreekt en zegt dat hij kernenergie voor vreedzame en duurzame zaken zal gebruiken; en hoe hij keer op keer zijn Olympische spelen wint door simpelweg zijn tegenstanders op de atletiekbaan dood te schieten. Erg leuk is ook het feit dat de admiraal-generaal driehonderd woorden heeft veranderd in zijn eigen naam, wat soms veel verwarring oplevert, zoals bij de woorden “positief” en “negatief”, die nu allebei in “Aladeen” zijn veranderd. Want hoe moet je nu reageren als je hoort dat je HIV Aladeen bent? Later in de film is te zien hoe deze beslissing van Aladeen een soort smurfentaal oplevert, omdat één woord bijna alles kan betekenen. Als een restaurant een bordje wil ophangen over de mogelijke toegang tot het etablissement, kan hier immers staan: “Kom binnen, we zijn Aladeen.” en “Sorry, we zijn Aladeen.” Verder is bijvoorbeeld te zien hoeveel beroemde Amerikaanse bedpartners hij heeft gehad (op dat moment Megan Fox), wat zijn favoriete, antisemitische Wii-spelletje is, en wat er voor nodig is voor Aladeen om iemand te laten executeren.

Aladeen (en ‘The Dictator’ als geheel) werkt regelmatig op de lachspieren, maar hij is ook vaak eentonig, flauw, overdreven lomp en bewust kwetsend. Clous van grappen zijn vaak zwak, en bepaalde terugkerende komische thema’s worden soms te lang uitgemolken, zoals de wens van Aladeen om een puntige raket te maken in plaats van een bolle. Daarbij is er niet de toegevoegde waarde dat we het gedrag van echte, niet acterende Amerikanen live kunnen observeren omdat, in tegenstelling tot ‘Borat’ en ‘Brüno’, hier alle situaties en personages fictief zijn. Wanneer er dus nu een xenofobe Amerikaanse hoteleigenaar zegt dat voor Amerikanen alle buitenlanders Arabier zijn en ze uitmaakt voor zandnikkers en kamelenneukers, heeft dit een heel andere lading dan in ‘Borat’, omdat de scenaristen hebben gewild dat er een dergelijke racistische Amerikaan gepresenteerd wordt.

Maar ook al had ‘The Dictator’ meer goede grappen uit zijn ruim 80 minuten moeten halen, de grappen die goed werken, doen dit dan vaak ook zo goed, dat je niet meer bij komt van het lachen en altijd een lach op je gezicht zullen toveren bij het terugdenken aan de film. Sommige situaties zul je echt nooit meer vergeten, met name wel heel bijzondere bevallingsscène. De film slaagt er aan het einde zowaar in om een bijtend satirisch moment tegen de Amerikaanse regering te richten, die je bijna op doet staan om te applaudisseren. Een speciale vermelding is er ook nog voor de muziek. De wijze waarop bekende hits als “The Next Episode”, “Everybody Hurts”, “Let’s Get it On” op Wadyiaanse wijze bewerkt worden is ronduit hilarisch. Tenslotte is het knap dat The Dictator er ook nog in slaagt om enkele “liefdevolle” momenten te creëren, zoals wanneer Aladeen op slag verliefd wordt wanneer zijn idealistische Amerikaanse “vriendin” ineens heel fel tegen een agent tekeer gaat en haar opgeheven vingertje en strakke blik – als een vrouwelijke Hitler – zijn knieën doen knikken.  Ondanks al zijn grofheid en politieke incorrectheid, communiceert ‘The Dictator’ één boodschap luid en duidelijk: uiteindelijk wil iedereen geknuffeld worden.

Bart Rietvink

Waardering: 3

Bioscooprelease: 16 mei 2012
DVD- en blu-ray-release: 10 oktober 2012