The Fury (1978)
Regie: Brian De Palma | 118 minuten | horror, thriller | Acteurs: Kirk Douglas, John Cassavetes, Carri Snodgress, Charles Durning, Amy Irving, Fiona Lewis, Andrew Stevens, Carol Eve Rossen, Rutanya Alda, Joyce Easton, William Finley, Jane Lambert, Sam Laws, J. Patrick McNamara, Alice Nunn, Melody Thomas Scott, Hilary Thompson, Pat Billingsley, J.P. Burnstead, Barry Cullison, Jack Callahan, Dennis Franz, Anthony Hawkins, Michael ODwyer, Felix Shuman, Albert Stevens, Anne Brunk, Eva Cadet, John Roche, Gordon Jump, Eleanor Merriam, Harold Johnson, Wayne Dahmer, Joe Finnegan, Kathleen Francour, Daryl Hannah, Laura Innes, Clair Nelson, Peter OConnell, Al Wyatt Sr., Douglas J. Stevenson, Mickey Gilbert, Hanns Manship, Mariana Proctor, Marshall Colt, Roberta Feldner, Stephen Johnson, Robin Marmor, Michael Copeland, Alfred Tinsley, Tom Blair, Gunnar Lewis
Brian De Palma’s ‘The Fury’ borduurt voort op het succes van de succesvolle voorganger ‘Carrie’ uit 1976. Wederom draait het om het bovennatuurlijke en zijn het nu twee jonge mensen die anders zijn en speciale krachten hebben. Een interessant gegeven voor een film die het midden houdt tussen horror en science fiction. ‘Fury’ valt echter tegen door een matig script en een vergezocht plot.
En dat terwijl een aantal scènes, zoals een vreselijk verkeersongeluk waarbij Douglas en Irving zijn betrokken, fantastisch in elkaar zit. Zwaarlijvige dramatiek is immers toevertrouwd aan Hitchcock-liefhebber De Palma. De manier waarop Douglas in een enorm uitvergroot auto-ongeluk de ene vrouw aan haar einde ziet komen, terwijl de ander in zijn armen valt, kan nauwelijks bombastischer. Verder zijn het echter voornamelijk gemiddelde of hooguit aardige scènes die aan je voorbij trekken. Kijk bijvoorbeeld naar het begin: het begint met allerlei verwachtingen en pretenties, maar wil niet tot wasdom komen. Natuurlijk is het uit elkaar halen van vader en zoon dramatisch, maar met name de montage komt nogal slordig en goedkoop over.
De beeldschone Irving, die eerder een hoofdrol had in ‘Carrie’ naast Sissy Spacek, voldoet in ‘Fury’ als jonge meid die geen raad weet met haar bovennatuurlijke krachten. Daarnaast zijn Cassavetes (‘The Dirty Dozen’) en Durning (‘Dog Day Afternoon’) noemenswaardig als snode regeringsfunctionaris en als hoofd van een psychiatrische instelling. Beide overtuigen in hun rollen. Alleen Douglas valt tegen en oogt vermoeid; ten tijde van het uitkomen van de film was hij 62 jaar oud. Nee, de ster uit ‘Spartacus’ en vader van Michael, komt niet goed uit de verf en lijkt niet te passen in een verhaal dat draait om spionage en het bovenmenselijke.
De Palma balanceert in zijn films nogal eens op het randje van genialiteit en goedkope rommel. Zijn kracht ligt in het visuele met technieken zoals split screen, slowmotion en het opzettelijk weglaten van diepte in close-ups. De voor hem kenmerkende technieken zijn ook nu voorhanden, maar kunnen niet verhullen dat ‘Fury’ geen al te grote film is. Wanneer in een achtervolgingsscène Douglas en zijn bijrijder rustig met elkaar babbelen over koetjes en kalfjes, terwijl een stel zware jongens hen op de hielen zit, weet je dat het allemaal beter kan.
‘The Fury’ is een tegenvallende film, die wel vanaf het begin hoge verwachtingen opwekt. De film kan echter niet voldoen aan het verwachtingspatroon. Hollywood-icoon Douglas is ondermaats, anderen doen het prima. Je geduld wordt op de proef gesteld door wetenschappelijk gebrabbel over het bovenmenselijke en de ontwikkeling van wapens en nogal wat zwakke, goedkope scènes die ongewoon zijn voor de visueel sterke De Palma. Eén van zijn mindere films. Vond je David Cronenberg’s ‘Scanners’ te gek dan is ‘The Fury’ je film.
Robbert Bitter