The Honey Pot (1967)

Regie: Joseph L. Mankiewicz | 130 minuten | komedie, misdaad | Acteurs: Rex Harrison, Susan Hayward, Cliff Robertson, Capucine, Edie Adams, Maggie Smith, Adolfo Celi, Hugh Manning, David Dodimead, Herschel Bernardi, Antonio Corevi, Cy Grant, Frank Latimore, Massimo Serato, Carlos Alberto Valles, Raymond Burr, Mimmo Poli, Luigi Scavran

Na de dood van William Shakespeare kwam een nieuwe lichting toneelschrijvers opzetten in Groot-Brittannië. Hun stroming werd Jacobean genoemd, naar de toenmalige heerser James I. De bekendste literaire figuur uit die periode is Ben Jonson. In 1606 schreef hij zijn bekendste werk ‘Volpone’ (‘grote vos’ in het Italiaans), een meedogenloze satire over hebzucht en lust. Dit toneelstuk is ook vier eeuwen later nog altijd bijzonder vermakelijk en heeft gedurende de twintigste eeuw zijn weg naar de bioscoopzalen meermaals gevonden. De bekendste bewerking van ‘Volpone’ is wellicht Joseph L. Mankiewicz’ ‘The Honey Pot’ uit 1967, niet in de laatste plaats vanwege de hoofdrollen voor de in die tijd razend populaire Rex Harrison, Susan Hayward en Cliff Robertson, die alle drie in hun prime waren en Oscars in de wacht sleepten voor hun bijdragen in respectievelijk ‘My Fair Lady’ (1964), ‘I Want to Live’ (1958) en ‘Charly’ (1968).

In ‘The Honey Pot’ nodigt de excentrieke miljonair Cecil Fox (Rex Harrison) drie voormalige geliefden uit in zijn imposante, afgelegen Venetiaanse villa. De ordinaire filmster Merle McGill (Edie Adams), de hooghartige Prinses Dominique (Capucine) en de flamboyante en steenrijke Texaanse ‘Lone-Star’ Sheridan (Susan Hayward) worden bij aankomst in de villa begroet door de assistent van Fox, William McFly (Cliff Robertson), die hen meldt dat zijn baas ernstig ziek is en op sterven ligt. Hij heeft de vrouwen bijeengeroepen om te bepalen aan wie hij zijn miljoenen nalaat. Het wantrouwen dat ze naar elkaar hadden wordt in die wetenschap alleen maar groter. Wat de dames niet weten en de kijker wel, is dat Fox en McFly alles in scène hebben gezet. Gewoon, voor de lol. Ze spelen Fox’ favoriete stuk, Jonsons ‘Volpone’ na. Fox denkt de touwtjes stevig in handen te hebben, maar wanneer Sheridan de volgende nacht wordt vermoord blijkt de zaak toch anders in elkaar te steken dan hij denkt. Sheridans begeleidster, de kokette verpleegster Sarah Watkins (Maggie Smith) is de enige die niet aan de erfenis denkt en op onderzoek uitgaat…

Mankiewicz baseerde zijn script op een roman van Thomas Sterling, die op zijn beurt het stuk ‘Volpone’ weer als uitgangspunt had genomen. In alle opzichten ademt ‘The Honey Pot’ het toneel uit. Je bent je constant bewust van het feit dat je naar een toneeladaptatie kijkt en niet alleen omdat de personages op een gegeven moment letterlijk (!) het ‘script’ bespreken. Herkenbaar als een typisch Mankiewicz-element is de voice-over, die je onherroepelijk aan George Sanders’ messcherpe observaties in ‘All about Eve’ (1950) doen terugverlangen. Want ‘The Honey Pot’ delft duidelijk het onderspit ten opzichte van die legendarische klassieker van dezelfde regisseur. In de eerste plaats omdat de film eindeloos duurt. De reden daarvan is dat Mankiewicz het nodig vindt de talloze absurde plottwists die hij in het tweede deel op zijn publiek afvuurt stuk voor stuk uit wil leggen. Ja, daar heb je inderdaad ruim twee uur voor nodig. Het betekent echter ook dat de regisseur ervan uitgaat dat zijn toeschouwers die uitleg nodig hebben en zelf niet intelligent genoeg zijn om één en één bij elkaar op te tellen. Zeker in een satire hoef je echt niet elk detail te ontleden en elke stap te verantwoorden.

‘The Honey Pot’ wordt gered door de sterke cast. Rex Harrison mag zich uitleven als de zeventiende eeuwse edelman die per abuis in de twintigste eeuw terecht is gekomen. Hoewel zijn acteerstijl er een is waar je van moet houden, speelt hij zijn rol uitstekend. Susan Hayward is sterk als de stoere tante Lone-Star, die recht door zee is en in tegenstelling tot Dominique en Merle niet hoofdzakelijk uit is op het fortuin van Fox. De beste prestatie komt op naam van een nog jonge Maggie Smith, die als Sarah Watkins het geweten vormt van deze film. Ze is in feite het enige personage dat helder kan denken en bovendien de reden dat de laatste scène zijn doel niet mist. Ook Adolfo Celi, die een kleine rol speelt als de Italiaanse hoofdinspecteur van politie, heeft een geslaagde bijdrage. Cliff Robertson komt echter wat houterig over en de rollen van Edie Adams en Capucine zijn te eendimensionaal om echt eruit te kunnen springen. Een belangrijke rol is er ook weggelegd voor het camerawerk van Gianni di Venanzo, die de prent een bijzonder weelderige uitstraling meegeeft. Decors, kostuums en make-up zijn tot in de puntjes verzorgd.

‘The Honey Pot’ had een prettige, geslaagde satire kunnen worden op de hebzucht in de rijke kringen. In plaats daarvan is deze film vlees noch vis. Het acteerwerk en de aankleding krijgen een dikke voldoende en ook de plot heeft potentie. Het schort echter in de uitwerking van Joseph L. Mankiewicz, die duidelijk over zijn hoogtepunt heen was en het blijkbaar nodig vond om zijn publiek na de belangrijkste onthullingen en ontboezemingen nog eens bij de hand te nemen om alle twists & turns nog eens haarfijn uit te leggen. Geen wonder dat de film slepend en langdradig is geworden – er had zeker een half uur uitleg geknipt kunnen worden. Als editor David Bretherton iets meer ruimte had gekregen van Mankiewicz was deze film niet alleen bondiger maar ongetwijfeld ook overtuigender geweest!

Patricia Smagge