The Imposter (2008)

Regie: Daniel Millican | 101 minuten | drama | Acteurs: Kevin Max, Kerry Livgren, Jeff Deyo, Tom Wright, Arianne Martin, Troy Baker, Meredith Mauldin, Chris Burnett, Jackson Doyle, Mike Harville, Gregg Hedtke, Bradly Prakope, Annette Algoso, Paul Braoudakis, Dillon Burroughs      

‘The Imposter’ gaat over een gevallen rockster die de neerwaartse spiraal aan drankmisbruik en een overspelige aard te danken heeft. Klinkt bekend? Klopt, al wijkt ‘The Imposter’ af van de gebruikelijke rock & roll biopics. De antiheld van deze film is namelijk een Christelijke rockster. Dan is zijn ondergang net een tikkie heftiger, omdat zijn publiek dergelijke capriolen al helemaal niet accepteert. Een comeback lijkt onzeker…

Johnny C (Kevin Max) is de leadzanger van de Christelijke rockband Grand Design, een groep die goed in de markt ligt en het geloof uitdraagt. C mag dan wel de liefde voor God en een zuiver leven prediken, zelf houdt hij zich er niet mee bezig. De rocker gaat vreemd en onlangs heeft hij de verdovende middelen ontdekt. Zijn vrouw is het zat en zet hem op straat. De band heeft ook genoeg van zijn gedrag en dumpt hem. Johnny C, gezworen rockster, is gedwongen om een zwerversbestaan te leiden. Geld krijgt hij niet meer, want de kleine lettertjes in het platencontract melden dat zijn bezittingen naar zijn ex gaan. Blut en berooid moet C zich terug naar de top knokken.

‘The Imposter’ heeft een interessant uitgangspunt. De Christelijke rockscene is in ons land vrij klein, maar in Amerika is dit een gigantische markt. Zowat elk muziekgenre kent een Christelijke tak. Er is zelfs Christelijke deathmetal bijvoorbeeld. Onder het mom van ‘goedgekeurd door Jezus & co’ kun je als band een hoop fans binnen harken. Het is een fascinerend uitgangspunt, omdat de muziek vaak klinkt als standaard rock-, metal- of popmuziek. Tekstueel gezien verschillen dergelijke bands wel van de atheïstische concurrentie. De liefde voor Hem wordt volop gepredikt. ‘The Imposter’ gaat niet heel diep in op de Christian rock scene, al kom je een paar interessante dingen te weten. Zo kun je bekritiseerd worden als je het woord ‘God’ te weinig in de tekst verwerkt en vanuit een introvert uitgangspunt zingt. Geloofsbelijdenis moet voorop staan en niet je eigen leven.

Het is duidelijk dat ‘The Imposter’ mikt op een Christelijk publiek – er wordt veel over het geloof gesproken – maar tegelijkertijd een bredere doelgroep probeert te benaderen. Zo is het onderwerp (gevallen rockster) aansprekend voor een breed publiek en worden de verwijzingen naar Hem ingeperkt. Daarnaast is er ook veel aandacht aan de muziek besteed. Of je nu gelovig bent of niet: de soundtrack is erg aansprekend (mits je van Amerikaanse stadionrock en post-grunge houdt). Max heeft een prettige stem en de stevige rock is gemaakt voor de radio.

Als je door de worship-teksten kunt prikken die soms voorbij komen, dan zal de muziek je blij verrassen. De scènes die zich in de studio afspelen zijn goed. Helaas geldt dat niet voor de rest van de film. Max is een echte muzikant (hij is lid van DC Talk), maar geen acteur. Zijn spel is houterig en amateuristisch. Hetzelfde geldt voor Jeff Deyo (bekend van Sonic Flood) en Kerry Livgren (o.a. van de band Kansas) die wel een vette riff tevoorschijn kunnen toveren, maar op acteergebied flink door de mand vallen. Het is niet tenenkrommend slecht, maar het spel laat flink te wensen over. De makers van deze film hadden er verstandig aan gedaan om echte acteurs te kiezen. Op visueel vlak schiet de film ook een paar keer flink uit de bocht. Psychedelische droomscènes waarin Johnny C ineens gaat twijfelen over zijn leven, ogen erg goedkoop. Alsof de special effects afdeling photoshop heeft ontdekt…

‘The Imposter’ is een matige film (maar wel met een sterk einde). Het acteerwerk is brak en op visueel gebied maakt de film ook weinig indruk. De soundtrack is niet slecht en ook biedt de film een aardig inkijkje in de gang van zaken bij (Christelijke) platenmaatschappijen. Fans van DC Talk en muziekfilms kunnen deze film best een kans geven.

Frank v.d. Ven