The Lonely Dorymen (1968)

Regie: George Sluizer | 58 minuten | documentaire, geschiedenis

George Sluizer heeft een duidelijke voorliefde voor het documenteren van unieke (sub)culturen. Daarbij gaat het dan niet zelden over mensen die leven in primitieve omstandigheden én grote inzet en veel doorzettingsvermogen moeten tonen om te kunnen overleven. Of het nu gaat om een arm gezin in de bossen van Brazilië dat een paar maanden per jaar met een gigantisch vlot op pad moet om zichzelf in leven te kunnen houden, of om de schrijnende leefomstandigheden en (waarschijnlijk) vergeefse vrijheidsstrijd van twee Palestijnse families, als kijker verbaas je je er steeds weer over hoe deze mensen iedere dag weer heelhuids en relatief hoopvol doorkomen. Dit geldt ook zeker voor de hoofdrolspelers van ‘The Lonely Dorymen’, een documentaire over een groep onvermoeibare Portugese kabeljauwvissers die massaal in kleine, gammele bootjes (dory’s) voor de kust van Newfoundland hun leven wagen voor een goede vangst.

De voice-over heeft soms een wat te nadrukkelijke poëtische inslag – met de dramatiek er lekker dik bovenop – en legt de mannen hier en daar waarschijnlijk wat woorden of emoties in de mond die ze niet helemaal zo gevoeld hebben, maar veel meer dan dat is er niet aan te merken op de indrukwekkende documentaire van Sluizer, gemaakt in opdracht van The National Geographic.

Maar liefst zes aaneengesloten maanden per jaar zijn deze mannen op zee om het hele ruim van hun (moeder)schip tot de nok toe vol te krijgen met kabeljauw. Vis die ze op schip dag in dag uit eten maar die ze, ironisch genoeg, bij thuiskomst zelf niet kunnen betalen. En thuis, dat is Lissabon (of ergens anders in Portugal), waar hun vrouwen en familie ze ieder jaar weer begeleid met vele tranen en klaagzangen uitzwaaien, zich er zeer van bewust dat dit wel eens de laatste keer zou kunnen zijn dat ze elkaar zien.

Want gevaarlijk – en soms ronduit onverantwoord – is dit ‘vistochtje’ zeker. Ze moeten vissen in de vrieskou, lopen kans tegen een ijsschots te varen met hun kleine dory’s, wat vrijwel altijd fataal is, ze hebben maandenlang nauwelijks nachtrust, en navigatie naar de vracht/vissersboot terug is soms bijna onmogelijk, zeker in de mist. Daarnaast is het een hele fabriek aan boord. De vis moet niet alleen gevangen worden, maar ook gefileerd, opgeslagen en gepekeld met precies de juiste hoeveelheid zout (anders gaat de hele oogst verloren).

Als kijker voel je je als een van de vissers. De crew van Sluizer zit bovenop de huid van, bijna iedereen. De vissers zelf, die hun kleine bootjes zo vol mogelijk met kabeljauw stoppen – tot ze bijna kapseizen – en bij het moederschip aangekomen ze met hun prikstokken stuk voor stuk aan boord werpen. Maar ook de kersverse kapitein, die voor een groot deel op zijn kennis van de zee, de getijden maar ook zijn intuïtie moet kunnen vertrouwen om de juiste visplekken uit te kiezen. Hij mag niet met een slechts half gevuld ruim huiswaarts keren, maar hij is ook verantwoordelijk voor de levens van alle vissers aan boord. Even is het kantje boord als op een avond een doryvisser in de mist niet terugkeert en het is niet moeilijk om mee te leven met de kapitein en de rest van de bemanning in dit dramatisch en spannend geschoten gedeelte van de film.

Ze gaan maar door, deze doryvissers en uiteindelijk kun je niets anders dan respect hebben voor deze rasechte zeemannen. Als Freek Vonk hier had gefilmd voor zijn ‘Wilde Wereld’ had hij ongetwijfeld iets gezegd als: ’Holy moly wat een bikkels!’

Bart Rietvink

Waardering: 4

DVD-release: 1 februari 2019 (exclusief bij de Volkskrant)
DVD-release: 23 april 2019