The Nanny (1965)

Regie: Seth Holt | 89 minuten | drama, horror, thriller | Acteurs: Bette Davis, William Dix, Wendy Craig, Jill Bennett, James Villiers, Pamela Franklin, Jack Watling, Maurice Denham, Alfred Burke, Harry Fowler, Angharad Aubrey, Nora Gordon, Sandra Power

“Anyone can be liked, but it takes guts to be a monster.” Het is een van de bekendste uitspraken van Hollywoods favoriete bitch, Bette Davis. Zo beeldschoon als haar tijdgenoten Ingrid Bergman en Rita Hayworth was ze niet. Toch werd ze een van de grootste heldinnen van het witte doek. Davis was het levende bewijs dat je met talent, wilskracht en vooral veel haar op de tanden óók een superster kunt worden. Dat ze op weg naar de top rigoureus te werk ging bracht haar niet van haar stuk. Haar grootste rivaal, Joan Crawford, kreeg er geregeld van langs met weinig subtiele uitspraken, waaronder het legendarische “She has slept with every male star at MGM except Lassie.” Maar Davis was ook niet zo braaf als ze deed voorkomen. Als ultieme publiekstrekker zette regisseur Robert Aldrich de beide diva’s tegenover elkaar in de film ‘Whatever Happened to Baby Jane?’ (1962). Drie jaar later schitterde Davis als het gestoorde kindermeisje uit de titel in ‘The Nanny’.

In deze film van regisseur Seth Holt zien we Bette Davis op haar best. De tienjarige Joey (William Dix) heeft drie jaar in een psychiatrische inrichting gezeten nadat hij er van beschuldigd werd zijn jongere zusje te hebben verdronken in bad. Joey is verbolgen over zoveel onrecht; hij blijft erbij dat niet hij maar het kindermeisje (Bette Davis) de schuldige is. Zijn labiele moeder Virginia (Wendy Craig) en zijn strenge en bovenal afwezige vader Bill (James Villiers) geloven hem niet en dus probeert hij op zijn eigen manier duidelijk te maken hoe de vork in de steel zit. Als Joey thuiskomt en merkt dat het kindermeisje er nog steeds is, besluit hij haar te negeren. Tot grote ergernis van zijn moeder. Het duurt niet lang of hij wordt er opnieuw van verdacht kwaad in de zin te hebben, wanneer blijkt dat zijn moeder met acute voedselvergiftiging in het ziekenhuis moet worden opgenomen. Zijn tante Pen (Jill Bennett), door de ouders gesommeerd een oogje in het zeil te houden, houdt het ook niet lang vol in huis. Joey is echter niet van zijn stuk te krijgen. Al snel ontstaat er een kat-en-muisspel tussen de dubieuze vrouw en haar jonge rivaal.

Ook al waren de meeste films in 1965 al wel in kleur, toch koos producent Jimmy Sangster ervoor de thriller ‘The Nanny’ in zwart-wit te schieten, omdat hij van mening was dat kleuren niets zouden toevoegen aan het verhaal. Het zou de laatste film zijn die de Britse Hammer Studios in zwart-wit zouden maken. Mede dankzij deze beslissing van Sangster, de bekwame regie van Seth Holt en de sterke acteerprestaties van Bette Davis en kindacteur William Dix is ‘The Nanny’, dat gebaseerd werd op het gelijknamige boek van Evelyn Piper, een klein pareltje geworden. Het verhaal op zich is niets bijzonders, maar de cast en crew weten er iets bijzonders van te maken. Doordat er heel subtiel informatie over de achtergrond van de familie wordt onthuld, voel je de spanning naarmate de film vordert steeds sterker worden. Als kijker word je gedwongen om jezelf telkens opnieuw de vraag te stellen wie van de twee nou de waarheid spreekt. Het is Joey’s woord tegen dat van het kindermeisje. De tipjes van de sluier worden overigens niet zomaar aan de kijker getoond, maar vinden ook hun doorgang via de dialogen, wat eveneens de spanning ten goede komt.

Het is nu eigenlijk niet meer voor te stellen, maar de hoofdrol in ‘The Nanny’ was aanvankelijk aangeboden aan de Britse actrice Greer Garson (die een Oscar won voor haar hoofdrol in het oorlogsdrama ‘Mrs. Miniver’ uit 1942). Garson had de rol zelfs al geaccepteerd, maar bedacht zich later toch. De rol zou haar carrière geen goed doen, dacht ze. De producenten klopten vervolgens aan bij Bette Davis, die na een matige periode eind jaren vijftig weer uit haar dal was geklommen met successen als ‘Whatever Happened to Baby Jane’ (1962) en ‘Hush… Hush, Sweet Charlotte’ (1964). Davis is op haar best als ze personages mag spelen waar een steekje aan los zit, dus de psychisch gestoorde kindermeid is haar op het lijf geschreven. Haar tegelijkertijd dramatische en stoïcijnse nanny is een van de meest angstaanjagende personages uit de geschiedenis van de film geworden. Vooral het beeld van Davis die stilzwijgend in een schommelstoel voor zich uit staart laat je niet gauw meer los. De veterane van het witte doek (Davis was inmiddels achter in de vijftig) krijgt verrassend goed partij van de jonge William Dix die erin slaagt van Joey een bijzonder complex kereltje te maken.

Boze tongen beweren dat de aanwezigheid van Bette Davis het enige is dat ‘The Nanny’ de moeite waard maakt. Maar daarmee doen ze de rest van de cast en crew absoluut tekort. Dit is namelijk een uitstekend gemaakte film, die zo vol onderhuids drama en sidderende suspense zit dat je de volledige anderhalf uur speeltijd aan je beeldscherm gekluisterd zit. De legendarische Bette Davis is op haar best als het kindermeisje from hell, dus liefhebbers van deze geniale actrice doen er goed aan deze film eens te bekijken. Ze zullen er zeker geen spijt van krijgen!

Patricia Smagge