The Phantom of the Opera (1983)
Regie: Robert Markowitz | 92 minuten | drama, horror | Acteurs: Maximilian Schell, Jane Seymour, Michael York, Jeremy Kemp, Diana Quick, Philip Stone, Paul Brooke, Andras Miko, Gellért Raksányi, László Németh, Jenö Kis, László Soós, Dénes Ujlaky, Teréz Bod, Ágnes Dávid
Markowitz’s ‘The Phantom of the Opera’ claimt een duistere navertelling te zijn van het bekende boek van Gasten Leroux, waarop later ook de musical van Andrew Lloyd Webber is gebaseerd. Niets is minder waar, deze monsterlijke versie doet in geen enkel opzicht denken aan het origineel. Waar het wel goed in is, is het creëeren van een duistere setting, zoals een horror-film betaamt. Maar helaas zijn dat slechts enkele spannende scènes…
Markowitz’s film speelt zich zelfs niet af in het de gebruikelijke Parijse Opera Populaire, maar in een Hongaars opera-huis. Al krijgen we daar zelf weinig van te zien, het moet gezegd worden dat het een mooie locatie is.
Ook geen Erik, Christine, Raoul of Madame Giry te bekennen in dit verhaal. Dirigent Korvin (zwakke rol van Schell) en zijn vrouw Elena (Seymour) zijn gelukkig getrouwd. Elena is op Korvin’s aandringen en verzoek soliste in de nieuwe Faust opera, dit terwijl ze eigenlijk helemaal geen goede vocaliste is. Na de verwachte negatieve kritieken gooit ze zichzelf van de brug af. Korvin vliegt enkele scènes later in brand, overleeft dit, maar is totaal misvormd – anders dan de geboren mismaakte Erik van Leroux – en het spook is geboren.
Dan verplaatst het verhaal zich naar de toekomst, naar de hooghartige Maria Gianelli (een dubbelrol van Seymour). Deze keer kan Seymour wel zingen, en behoorlijk goed ook. De erg jonge Jane Seymour (bekend van ‘Dr. Quinn’) is nog best indrukwekkend in haar vertolking van wie ooit origineel Christine Daae was. Zij doet haar best het slechte verhaal, dat vaak van de hak op de tak springt, nog enigszins draaglijk te maken.
Korvin raakt, zodra hij haar ziet en hoort spelen, uiteraard volledig betoverd door deze gelijkenis met zijn gestorven vrouw. Intussen heeft hij de naam spook van de opera gekregen, maar waarom wordt in deze film niet echt duidelijk naar voren gebracht. Dat is blijkbaar gewoon zo, klaar. Na wat wikken en wegen, en onduidelijk gebrachte toespelingen en ontmoetingen, besluit Maria wonderbaarlijk genoeg op zijn aanbod in te gaan: hij gaat haar lesgeven. Maar niet in de kelders van de opera, nee nee, in zijn eigen huis waarvan zij de sleutel krijgt! Kan een verhaal nog onherkenbaarder worden verminkt…?
Helaas voor Korvin is Maria al verliefd op de Britse Hartnell (een weinig overtuigende Michael York, die geen chemie heeft met Seymour). Daarover wordt Korvin natuurlijk vreselijk kwaad en hij plant onder andere daarom wraak te nemen op alles en iedereen. Als dan eindelijk het hele verhaal tot een climax komt (mocht men de film uit kunnen zitten), is deze onverwacht – immers niet trouw aan het originele verhaal – en eindigt de film behoorlijk abrupt.
Dat de makers weinig budget tot hun beschikking hadden, is duidelijk te zien aan de hele film, het geluid, decors, kleding, kortom alles. Maar ook zonder geld kan men een mooie film maken. Helaas is dat ditmaal niet gelukt, mede dankzij het totaal herschreven verhaal, waar geen stuk van heel is gebleven. Dit zorgt niet alleen voor frustratie bij de fans, die zich afvragen of Markowitx überhaupt kennis heeft van het origineel, maar ook voor de onwetende kijker: de scènes lijken vaak aan elkaar gelijmd, en de rode draad is bijna niet te herkennen. Het eens zo mooie, ontroerende liefdesverhaal is een surrealistische, mismaakte horror geworden, het kijken eigenlijk niet waard.
Tessa Obbens