The Purple Plain (1954)

Regie: Robert Parrish | 100 minuten | drama, oorlog, avontuur | Acteurs: Gregory Peck, Win Min Than, Brenda de Banzie, Bernard Lee, Maurice Denham, Lyndon Brook, Anthony Bushell, Josephine Griffin, Ram Gopal

Eric Ambler was een gevierd schrijver, gespecialiseerd in spionageromans. Sinds 1938 was hij adviseur voor filmproducent Alexander Korda en in korte tijd had hij vele succesvolle scenario’s op zijn naam staan. Voor ‘The Purple Plain’, het script waarvoor hij een BAFTA-nominatie ontving, bewerkte hij de roman van HE Bates, die tijdens de Tweede Wereldoorlog een aantal oorlogsboeken had geschreven voor de Royal Air Force onder het pseudoniem ‘Flying Officer X’, waarmee de indruk werd gewekt dat de verhalen door een echte RAF-piloot werden opgetekend.

In ‘The Purple Plain’ speelt Gregory Peck de Canadese piloot Bill Forrester, die tijdens de nadagen van de Tweede Wereldoorlog – waarin hij in Birma strijdt tegen de Japanners – te kampen heeft met een zenuwinzinking en levensmoeheid. Zijn collega’s vinden zijn roekeloze gedrag en knorrige humeur maar niks en bestempelen hem als ‘een gevaarlijke gek’. Wat zij niet weten is dat Forresters gedrag een tragische oorzaak heeft; aan het begin van de oorlog verloor hij zijn kersverse bruid bij een bombardement van de Duitsers op London. Hij heeft die gebeurtenis nooit goed kunnen verwerken en heeft het gevoel dat hij nergens meer voor te leven heeft. Door in zijn werk de grenzen op te zoeken hoopt hij de dood tegemoet te gaan om zo weer bij zijn geliefde vrouw te kunnen zijn.

Dokter Harris (Bernard Lee, bekend als ‘M’ uit diverse James Bond-films en Sergeant Paine uit ‘The Third Man’) wil de getormenteerde piloot wat afleiding bieden en nodigt hem daarom uit mee te gaan naar een Birmees dorp en daar kennis te maken met een Schotse missionaris, Miss McNab (Brenda de Blanzie, ‘The Man Who Knew Too Much’). Daar is ook de jonge Birmese lerares Anna (Win Min Than), die als een blok voor de charmante piloot valt. En dat is wederzijds. De ontmoeting met Anna zorgt voor nieuwe levensenergie bij Forrester. Helaas slaat het noodlot dan toe: tijdens een routinevlucht stort hij samen met zijn co-piloot Carrington (Lyndon Brook) en passagier Blore (Maurice Denham) neer in vijandig gebied. Hoe komen ze daar, zonder voedsel en met slechts een kleine hoeveelheid drinkwater, weer levend uit?

Gregory Peck staat bekend om zijn veelal integere en heldhaftige rollen. Ook de rol van Bill Forrester past uitstekend in dat plaatje. De piloot ondergaat een ware transformatie; naarmate het verhaal vordert en Forrester met twee gewonde kameraden in de Birmese wildernis strandt, vindt hij, door omstandigheden gedwongen, zijn wil om te leven terug. Juist dit element van karakterstudie maakt deze film anders dan andere oorlogsfilms. Vóór Peck in ‘The Purple Plain’ speelde, had hij al vier Oscarnominaties op zak, waaronder een voor het vergelijkbare ‘Twelve O’Clock High’ uit 1949. Daarin speelde de sympathieke acteur een generaal die een regiment piloten aanvoert. Volgens velen speelde Peck in die film een van zijn beste rollen, maar de Oscar ging aan zijn neus voorbij. Toen hij voor ‘The Purple Plain’ zelf in de cockpit plaatsnam, kreeg hij niet eens een nominatie. Sterker nog, de Academy of Motion Picture Arts and Sciences negeerde de film volledig. Wel kreeg ‘The Purple Plain’, een Britse productie, vier BAFTA-nominaties. Peck zou overigens later nog wel een Oscar winnen voor zijn fantastische rol van Attacus Finch in ‘To Kill a Mockingbird’ (1962).

Behalve Peck speelt ook de rest van de cast erg sterk. Een heel blik karakteristieke Britse toneelacteurs is opengetrokken om de film kleur te geven. Vooral Brenda de Banzie en Bernard Lee zetten memorabele personages neer, maar ook de onervaren Birmese Win Min Than en de voor een BAFTA genomineerde Maurice Denham als de eigengereide Blore zijn indrukwekkend. Regisseur van ‘The Purple Plain’ was Robert Parrish, een voormalig kindacteur die na zijn carrière vóór de camera een Oscarwinnende editor was geworden. Met zijn achtergrond in filmmontage groeide hij uit tot een talentvol filmmaker. Na zijn veelbelovende debuutfilm ‘Cry Danger’ uit 1951 en sterke films als ‘The Purple Plain’ en ‘The Wonderful Country’ uit 1959 werd de kwaliteit van zijn werk helaas grilliger.

‘The Purple Plain’ is een van de meest onderschatte oorlogsfilms uit de jaren vijftig. Een meeslepend avontuur en een inspirerende karakterstudie tegelijk, met prachtig locatiewerk in Sri Lanka en een intense, broeierige hoofdrol. Een aanrader!

Patricia Smagge